§5.4 Internationale organisaties

§5.4 Internationale organisaties
  • Hoe kwam er meer wereldwijde samenwerking?
  • Welke organisaties vallen onder de VN?
  • Om welke redenen gingen Europese landen samenwerken en welke gevolgen had dit?
1 / 11
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

§5.4 Internationale organisaties
  • Hoe kwam er meer wereldwijde samenwerking?
  • Welke organisaties vallen onder de VN?
  • Om welke redenen gingen Europese landen samenwerken en welke gevolgen had dit?

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

4.1 Wereldwijde samenwerking

Op 26 juni 1945 werd de VN (Verenigde Naties) opgericht, als opvolger van de Volkenbond.

Overeenkomst Volkenbond en VN

  • Handhaven van de vrede en de veiligheid in de wereld.
Verschillen VN met Volkenbond

  • Bijna alle landen van de wereld mochten lid worden (nu 193 lidstaten)
  • Alle landen behoren tot de Algemene vergadering (het parlement) en hebben daarin 1 stem per land.
  • Leden hoeven zich echter niet aan de besluiten van die Algemene vergadering te houden

Belangrijk besluit: De verklaring van de Rechten van de Mens (1948)

- Er is wel een Veiligheidsraad ingesteld om machteloosheid te kunnen voorkomen en bij ernstige zaken toch in te kunnen grijpen.


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

4.2 VN Organisaties
De VN hebben verschillende organisaties waarin problemen of conflicten kunnen worden besproken:
  • De Algemene Vergadering: hierin komen de lidstaten elk jaar bij elkaar om te stemmen over besluiten en actie te ondernemen. 
  • - vb: Rechten van de Mens uit 1948 + oprichting Unicef

Slide 5 - Slide

de VN organisaties
de Veiligheidsraad:
  • -5 permanente leden (VS, Rusland, China Groot – Brittannië en Frankrijk. Zij hebben het vetorecht 
  • -10 niet – permanente leden; deze worden gekozen voor een periode van 2 jaar. Geen veto – recht 
  • Taak: toezicht houden op internationale vrede en veiligheid, mbv de ‘blauwhelmen’. Zij hebben een politietaak. 
  • --> zij kunnen acties van landen veroordelen, strafmaatregelen opleggen of besluiten om een VN-leger te sturen. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

4.3 Europese samenwerking
Landen in West-Europa gingen samenwerken:
  • Eis om Marshallhulp te krijgen 
  • Voorkomen van nieuwe oorlog 
  • Landen die meededen: Frankrijk, West-Duitsland, Italië, België Luxemburg en Nederland. 
  • Kolen en staalbedrijven werkten samen --> was onmisbaar voor de wederopbouw van Europa

Slide 8 - Slide

  • 4.3 Europese samenwerking
1957: Europese Economische Gemeenschap (EEG): Nederland, Frankrijk, België, Luxemburg, Duitsland en Italië
  • zonder belemmeringen handel met elkaar drijven
1967: Europese Gemeenschap (EG) --> samenvoeging van EGKS en EEG
  • samenwerking op gebied van economie, zware industrie, landbouw en het vreedzaam gebruik van kernenergie

Slide 9 - Slide

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 10 - Open question

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question