Afronden van getallen havo 3

Hoe rond je goed af?
Tijdens toetsen wordt er niet altijd goed afgerond en dat kost punten!
Dus............................... even herhalen!
1 / 10
next
Slide 1: Slide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoe rond je goed af?
Tijdens toetsen wordt er niet altijd goed afgerond en dat kost punten!
Dus............................... even herhalen!

Slide 1 - Slide

Eerst zonder komma 
Tientallen - er staat 1 nul
35- 40         218 - 220        6546 - 6550
Honderdtallen - er staan 2 nullen
847 - 800      1234 - 1200        867 - 900
Duizendtallen - er staan 3 nullen
1450 - 1000           7676 - 8000
Tienduizendtallen - 4 nullen
81.112 - 80.000       108.273 - 110.000

Slide 2 - Slide

Afronden
Getallen kun je afronden op tientallen,
honderdtallen, duizendtallen of
tienduizendtallen.

683 is afgerond op tientallen 680.
683 is afgerond op honderdtallen 700.
5392 is afgerond op honderdtallen 5400.
5392 is afgerond op duizendtallen 5000.

Slide 3 - Slide

Afronden met decimalen
afronden op 1 decimaal - 1 getal achter komma

1 dec.
2 dec.
3 dec.
1,53464
1,5
1,53
1,535
35,7675
35,8
35,77
35,768
377,87178
377.9
377,87
377,872

Slide 4 - Slide

Afronden op een honderdtal
783
A
700
B
800

Slide 5 - Quiz

Afronden op een tiental
783
A
780
B
785

Slide 6 - Quiz

Afronden op een duizental
783
A
1000
B
900

Slide 7 - Quiz

10,5397
Afronden met 2 cijfers achter de komma (2 decimalen) is
A
10,530
B
10,53
C
10,540
D
10,54

Slide 8 - Quiz

Afronden op één cijfer achter de komma.
5,579 wordt
A
5,5
B
5,6
C
5,55
D
5,7

Slide 9 - Quiz

Afronden op hele getallen.
15,49 wordt
A
16
B
15
C
15,5
D
15,4

Slide 10 - Quiz