Beperkingen

Beperkingen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolPraktijkonderwijsvmbo kLeerjaar 2-4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Beperkingen

Slide 1 - Slide

Waar denk jij aan bij het woord beperking

Slide 3 - Mind map

Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
  • Weet je wat een beperking inhoudt;
  • Weet je welke beroepen er in dit werkveld zijn;
  • Weet je wat dagbesteding is en waarom dit belangrijk is.

Slide 4 - Slide

Stoornis, beperking of handicap?

Een stoornis is een lichamelijke afwijking. Als iemand door zo’n stoornis iets niet kan, wordt het een beperking en de beperking wordt een handicap als het een bepaalde rolvervulling in het leven onmogelijk maakt. Bijvoorbeeld als je er niet door kan werken.

Slide 5 - Slide

Soorten beperkingen
  • Lichamelijk beperking, waaronder auditief en visueel
  • Verstandelijke beperking 
  • Sociale beperking

Slide 6 - Slide

Lichamelijke beperking

Motorisch: problemen met bewegen

Zintuigelijk: zintuigen werken niet goed (bijv. horen of zien)

Slide 7 - Slide

Verstandelijke beperking

Licht = ongeveer 12 jaar

Matig = ongeveer 7 jaar

Ernstig  = ongeveer 3 jaar

Slide 8 - Slide

Sociale beperking

Autisme

Autisme verwante stoornis.


Slide 9 - Slide

Iemand die verlamd is heeft de volgende beperking
A
Motorisch
B
Ernstige beperking
C
Zintuigelijk
D
Autisme

Slide 10 - Quiz

Iemand met het niveau van een 12 jarige is
A
Ernstig verstandelijk beperkt
B
Matig verstandelijk beperkt
C
Licht verstandelijk beperkt
D
Motorisch beperkt

Slide 11 - Quiz

Over wat voor soort beperking gaat het? "Iemand kan moeilijk contact maken met anderen"
A
Zintuigelijk
B
Autisme (sociaal)
C
Verstandelijke beperking
D
Functionele beperking

Slide 12 - Quiz

Wat houdt meervoudig beperkt?

Slide 13 - Open question

Slecht ziende


Slechtziendheid betekent dat iemand minder dan 30 procent ziet of een gezichtsveld heeft dat kleiner is dan 30 graden. Een normaal gezichtsveld is 140 graden. De visuele beperking kan niet worden gecorrigeerd door het dragen van een bril of contactlenzen.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Brailleschrift

Slide 17 - Slide

Beroepen in de gehandicaptenzorg

Helpende niveau 2

Medewerker maatschappelijke zorg niveau 3

Persoonlijk gebeleider niveau 4

Woonbegeleider. 

Verpleegkundige. 

Ambulante begeleider. 

Jobcoach. 

Logopedist. 

Diëtist. 

Gedragsdeskundigen.

Slide 18 - Slide

Waarom is een dagbesteding voor mensen met een beperking zo belangrijk?

Slide 19 - Open question

Dagbesteding

1. bieden van structuur en dagritme

2. het gevoel dat je erbij hoort

3. opdoen sociale ervaring

4. goed voor de psychische en lichamelijke stabiliteit

5. motiveren voor het leveren van kwaliteit

6. je nuttig voelen 

7. complimenten krijgen (goed voor eigenwaarde)

8. feedback krijgen waar je van kunt leren en groeien

 

Slide 20 - Slide

Mensen met een ernstige verstandelijke beperking hebben geen dagbesteding nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Opdracht
Werk in tweetallen.
Eén leerling is geblinddoekt, de andere leerling leidt door de school. 
Waarom? Zelf ervaren hoe het is om niet te kunnen zien. 

Slide 22 - Slide