Module theorie Huidaandoeningen deel 2

     Lichaamsmassage
Les 8
Huidaandoeningen deel 2
1 / 37
next
Slide 1: Slide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 37 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 135 min

Items in this lesson

     Lichaamsmassage
Les 8
Huidaandoeningen deel 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen vandaag
- De student kent de huidaandoeningen van het lichaam die veroorzaakt worden door letsel / trauma, stofwisseling en allergieën. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Uitleg
huidaandoeningen 2

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Fysische huidaandoening
Verbranding of bevriezing: (erythema caloricum)
  • vuur
  • heet water
  • elektriciteit
  • uv-straling (erythema solare)

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Fysische huidaandoeningen

1e graads  verbranding/bevriezing
2e graads verbranding/bevriezing
3e graads verbranding/bevriezing
4e graads verbranding/bevriezing
Erythema solare
Erythema caloriucum

Slide 5 - Slide

Eerstegraads = roodheid/erythema
Tweedegraads = blaarvorming/bulla
Derdegraads = weefselversterf/necrose
Vierdegraads = verkoling
Erythema solare = zonnebrand
Erythema caloriucum = roodheid (of wit) door hitte of bevriezing

 verbranding en bevriezing

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Huidaandoeningen door trauma-letsel
Wond
Litteken (cicatrix)
Roodheid - blauwe plek (erythema)

Slide 7 - Slide

Latent aanwezig: 
als het virus niet meer actief is, blijft deze toch in je lichaam zonder dat je ziek bent. Als je weerstand lager wordt, kan dit weer opspelen en actief worden. Bv koortslip.
Wond
= een huidgebied waarbij de samenhang van het weefsel wordt verbroken b.v. door:
  • steek/prikwond
  • snijwond
  • schaafwond

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Factoren wondgenezing
Factoren:
  •  weerstand en leefstijl
  • diepte wond
  • conditie weefsel
  • stressniveau
  • diabetes
  • plaats van de wond

Slide 9 - Slide

Bijvoorbeeld:
lichamelijke conditie
roken, voeding, vocht
Beweging
Medicijngebruik
Littekens

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hypotrofisch
Te weinig granulatieweefsel: 
ligt onder huidniveau

Slide 11 - Slide

Wordt ook wel atrofisch litteken genoemd.
Hypertrofisch
Extra granulatieweefsel:
ligt boven huidniveau

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Keloïd
Littekenwoekering:
- buiten de oorspronkelijke wondranden.
Meestal bij donkere huid

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Littekens behandelen
- producten
- massages
- laser
- microneedling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Roodheid - blauwe plek

Erythema traumaticum (roodheid door beschadiging):
  • kneuzing
beschadiging bindweefsel
  • hematoom (bloeduitstorting / blauwe plek)
beschadiging bloedvat


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Kneuzing
  • onderhuids bindweefsel beschadigd
  • Zwelling en pijn

Behandeling: koelen, gebruik arnica

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Diabetes mellitus = suikerziekte
Storing in stofwisseling. 
Storing werking alvleesklier, weinig of geen insuline aanmaak.
Hierdoor teveel suiker in het bloed.
Type 1: helemaal geen insuline
Type 2: te weinig insuline (ouderdomssuiker genoemd)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Diabetes mellitus
Complicaties: schade aan bloedvaten en zenuwuiteinden.
- schimmelinfectie
- droge huid
- dikkere huid
- verkleuring
- minder gevoel
- minder goede genezing, tot zelfs afsterving

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Diabetes mellitus Type 1 
Het lichaam maakt zelf geen insuline aan.

Oorzaak is het afweersysteem die de insuline makende cellen vernietigd.

De diabetespatiënt moet dagelijks insuline inspuiten (of insulinepomp dragen).

1 op de 10 diabetespatiënten heeft type 1

Slide 19 - Slide

Insuline afhankelijke diabets. Vroeger heette diabetes type 1 ook wel 'jeugddiabetes'.
Door verandering van de genen, niet bekend hoe dit te voorkomen
Deze vorm van diabetes komt veel minder vaak voor: 1 op de 10 mensen met diabetes heeft diabetes type 1.

Bij type 1 maakt het lichaam helemaal geen insuline aan. Het afweersysteem maakt per ongeluk de cellen kapot die insuline aanmaken. De oorzaak van deze ziekte is onbekend.

Diabetes mellitus Type 2
Het lichaam maakt te weinig insuline aan en is ongevoeliger voor de insuline.
 
Oorzaken: ouderdom, overgewicht, erfelijkheid, weinig beweging
Behandeling bestaat uit medicijnen, voedingsadvies, bewegingsadvies, soms insuline spuiten.
Type 2 komt het meest voor: 9 van de 10.
Ouderdomsdiabetes genoemd.


Slide 20 - Slide

Insuline ONafhankelijke diabetes. Lichaam maakt te weinig insuline en ongevoeligheid voor insuline.
Diabetes type 2 komt het vaakst voor: 9 van de 10 mensen met diabetes hebben diabetes type 2.
Overgewicht en weinig beweging, maar ook oudere leeftijd naast erfelijke aanleg vergroten de kans.
Vroeger heette diabetes type 2 ‘ouderdomsdiabetes’.
Zwangerschapsdiabetes = verhoogde bloedsuikerspiegel door schommelende hormoonspiegel.

 Bij type 2 maakt het lichaam te weinig insuline aan. Overgewicht en te weinig beweging vergroten de kans op deze ziekte, maar ook erfelijkheid en leeftijd spelen een rol. Diabetes type 2 komt het meeste voor. Diabetes is te behandelen met insuline-injecties of –pillen. Gezonde koolhydraatarme voeding en veel beweging zijn nog belangrijker voor diabetspatiënten. 



Diabetes mellitus
Complicaties: schade aan bloedvaten en zenuwuiteinden.
  • schimmelinfectie
  • droge huid
  • dikkere huid
  • verkleuring
  • minder gevoel
  • minder goede genezing, tot zelfs afsterving

Slide 21 - Slide

Door de schade aan bloedvaatjes en zenuwen stroomt het bloed minder goed naar de benen en voeten. Hierdoor worden voeten gevoelloos en merk je niet dat er wondjes en ontstekingen ontstaan die niet goed genezen. Dit kan zelfs leiden tot afstervend weefsel.
Diabetes veroorzaakt schade aan de zenuwuiteinden en bloedvaten. Dit levert huidklachten op zoals droge huid, dikke huid, verkleuringen en soms ook schimmelinfecties.
Uitleg
Allergieën en eczeem

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Allergieën
Berlocke dermatitis
Fytofotodermatitis
Urticaria
Oedeem van Quinke

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Berlocke dermatitis
Bergamotolie
UV-licht

- Grillige pigmentvlekken
- Preventie

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Fytofotodermatitis
Planten
UV-licht

- Grillig rode vlekken, blaren,  blaasjes
- Zinkoxide zalf

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Urticaria
= netelroos

- reactie op geneesmiddelen, planten, levensmiddelen
- jeuk
- rode vlekken
- behandeling door koelen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Oedeem van Quinke
- reactie op geneesmiddelen, planten, levensmiddelen
- vochtophoping

- arts inschakelen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Eczeem
Ontstekingsreactie van de huid; erfelijk of door contact.
In principe niet besmettelijk.
- droog en gesloten
- open en nat

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

1. Constitutioneel eczeem
= atopisch eczeem
Erfelijke factoren, geen allergie.
Vaak ook in combinatie met andere aandoeningen, zoals hooikoorts of astma.

- roodheid - bultjes - blaasjes - schilfering

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

2. Contact eczeem
1. Ortho-ergisch:
- reactie van huid op schadelijke stoffen: geen allergie.
- vaak aan handen
 
2. Allergisch:
- antistoffen worden aangemaakt
- voorbeeld nikkelallergie

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Benigne tumor

Eptiheelgezwel
  • Verruca vulgaris
  • Verruca senilis
  • Molluscum contagiosum
Bindweefselgezwellen
  • Fibroom
  • Keloïd
  • Lipoom
  • Xantehelasma

Maligne tumor

Epitheelgezwel
  • Plaveiselcarcinoom
  • Basaalcelcarcinoom
Bindweefselgezwel
  • Sarcoom
Pigmentgezwel
  • melanoom

Slide 31 - Slide

Benigne tumor = goedaardig
Maligne tumor = kwaadaardig

Huidwoekeringen
De opeenhoping van cellen wordt ook wel tumor of woekering genoemd.
Abnormale celvermeerdering.

Benigne = goedaardig
Maligne = kwaadaardig



Slide 32 - Slide

Tumor is een ander woord voor gezwel. Er zijn goedaardige gezwellen (benigne tumoren) en kwaadaardige gezwellen (maligne tumoren).
Goedaardige gezwellen

Kenmerken:
  • Ingekapseld
  • Groeien langzaam / expansief
  • Dringen niet in ander weefsel door (zaaien niet uit)



Slide 33 - Slide

Benigne = goedaardig
Langzame groei in alle richtingen, expansief (= alle richtingen)
Metastasen = uitzaaiingen


Een goedaardig gezwel is een klompje cellen in een soort schil. Deze schil noem je het kapsel. Binnen dit kapsel delen de cellen zich steeds waardoor het gezwel kan groeien. Dit kan problemen veroorzaken.
Een gezwel in de slokdarm kan bijvoorbeeld de luchtpijp dichtduwen waardoor de ademhaling bemoeilijkt wordt. Op de huid hebben goedaardige tumoren vooral een cosmetisch effect. Dat betekent dat het er niet mooi uitziet. 
  • Hyperhidrosis: overmatig transpireren 

  • Hypohidrosis: het lichaam zweet te weinig

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

2. Verhoorningsafwijkingen 
1. Hyperkeratose
2. Keratosis pilaris
3. Ichtyosis
4. Psoriasis

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Degeneratieafwijking:
Striae
Panniculose

Slide 36 - Slide

Als je ouder wordt, verandert er van alles in je lichaam. Dat is niet altijd zichtbaar. De huid verandert ook bij het ouder worden en dat is wél goed zichtbaar. Denk maar aan rimpeltjes. De eerste rimpels verschijnen al na je twintigste levensjaar. Het verouderingsproces van de huid noemen we huiddegeneratie. Dit proces kan je niet voorkomen maar als schoonheidsspecialist kan je mensen wel helpen om de huid goed in conditie te houden of bepaalde afwijkingen te camoufleren.
Lesevaluatie
  • Wat heb je geleerd?
  • Tips en tops?
  • Heb je nog vragen?

Slide 37 - Slide

This item has no instructions