erfelijkheid

erfelijkheid
Bekijk de filmpjes en beantwoord de vragen die je tussendoor tegenkomt.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

erfelijkheid
Bekijk de filmpjes en beantwoord de vragen die je tussendoor tegenkomt.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat maakt dat Julia twijfelt of haar vader haar vader is?
A
Haar oogkleur
B
Het tongrollen
C
of haar oorlelletje vast zit
D
Haar bloedgroep

Slide 3 - Quiz

Waarom is het onwaarschijnlijk dat Hugo haar vader is?

Slide 4 - Open question

Hoe heet de stof waar de erfelijke informatie in zit opgeslagen?
A
DNA
B
RNA
C
CNA
D
QNA

Slide 5 - Quiz

Een streng van deze stof heet een
A
chromosoom
B
chromatine
C
chromoloog
D
chrammafoon

Slide 6 - Quiz

Waar bevindt de erfelijke informatie zich?
A
Alleen in de celkernen van de huidcellen
B
Alleen in de celkernen van de cellen in de ogen
C
Alleen in de eicellen en de zaadcellen
D
celkern van iedere cel in het lichaam

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Video

Hoe heet het proces van gewone celdeling, bijvoorbeeld zoals na de bevruchting?
A
Mitose
B
Meiose
C
Lactose
D
Sacharose

Slide 9 - Quiz

Hoeveel chromosomen heeft een lichaamscel?
A
46
B
48
C
23
D
24

Slide 10 - Quiz

Het bloed bestaat uit verschillende onderdelen. Welk onderdeel zou Julia het beste kunnen gebruiken om te weten of Arend haar vader is?
A
Bloedplasma (het vocht)
B
Rode bloedcellen, (zonder celkern)
C
Bloedplaatjes (kapotte cellen)
D
Witte bloedcellen

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Hoe heet een overzicht waarin je familiebanden in kaart brengt? (Terrence en Julia maakten deze samen)

Slide 13 - Open question

Waarmee wordt een vrouw weergegeven in het overzicht?
A
Vierkantje
B
Rondje
C
Driehoekje
D
Rechthoek

Slide 14 - Quiz

Hoe kon de dokter zien dat Hugo niet de moordenaar kon zijn geweest?

Slide 15 - Open question

Leg in je eigen woorden uit hoe een eeneiïge tweeling ontstaat

Slide 16 - Open question

Waarom zijn eeneiïge tweelingen altijd van hetzelfe geslacht? Leg je antwoord uit.

Slide 17 - Open question

Met wie kan het DNA van Julia het beste vergeleken worden om te weten of Arend haar vader is?
A
Erik
B
Terence
C
Mabel
D
Hugo

Slide 18 - Quiz

Hoeveel DNA heb je hetzelfde als je vader?
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%

Slide 19 - Quiz

Einde van deze toets!

Slide 20 - Slide