This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Leer hoe je een les in Scratch maakt!
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Doel van de les
Aan het einde van deze les zul je in staat zijn om een les in Scratch te maken.
Slide 2 - Slide
Geef een duidelijke uitleg over het doel van de les en wat de leerlingen aan het einde van de les zullen kunnen.
Wat weet jij al over het maken van een les in Scratch?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Scratch en wat het kan doen
Scratch is een programmeertaal waarmee je interactieve projecten kunt maken, zoals animaties, games en verhalen.
Slide 4 - Slide
Laat enkele voorbeelden zien van projecten die met Scratch kunnen worden gemaakt. Leg uit waarom Scratch nuttig kan zijn voor het maken van educatieve lessen.
Een nieuw Scratch-project starten
Om te beginnen, open je Scratch en klik je op 'Maak een nieuw project'.
Slide 5 - Slide
Laat zien hoe je een nieuw project in Scratch start en laat de leerlingen hetzelfde doen.
Scratch-codering
Scratch-codering bestaat uit blokken die je kunt slepen en neerzetten om scripts te maken.
Slide 6 - Slide
Leg uit hoe de Scratch-codering werkt en laat enkele voorbeelden zien van de verschillende blokken die beschikbaar zijn in Scratch.
Het maken van een lesplan
Begin met het bedenken van het doel van je les en de kernpunten die je wilt behandelen. Maak vervolgens een lesplan dat is afgestemd op de doelgroep van de les.
Slide 7 - Slide
Leg uit hoe belangrijk het is om een lesplan te hebben voordat je begint met het maken van een Scratch-les en laat enkele voorbeelden zien van lesplannen.
Het verhaal van je les
Denk na over het verhaal dat je wilt vertellen in je les. Zorg ervoor dat het duidelijk en gemakkelijk te volgen is.
Slide 8 - Slide
Leg uit hoe belangrijk het is om een goed verhaal voor je les te hebben en laat enkele voorbeelden zien van educatieve verhalen die in Scratch kunnen worden verteld.
Interactieve elementen toevoegen
Maak je les interactief door elementen zoals knoppen, geluiden en bewegende personages toe te voegen.
Slide 9 - Slide
Laat enkele voorbeelden zien van interactieve elementen die in Scratch kunnen worden gebruikt en leg uit hoe ze kunnen worden toegevoegd aan een Scratch-project.
Het testen van je les
Test je les om te zien of het duidelijk en gemakkelijk te begrijpen is. Maak eventueel wijzigingen en test opnieuw.
Slide 10 - Slide
Leg uit hoe belangrijk het is om een Scratch-les te testen voordat je deze aan leerlingen presenteert en laat enkele voorbeelden zien van wijzigingen die kunnen worden aangebracht om de les te verbeteren.
Het delen van je les
Als je klaar bent met het maken van je Scratch-les, deel deze dan met anderen door het te uploaden naar de Scratch-website.
Slide 11 - Slide
Leg uit hoe een Scratch-project kan worden geüpload naar de Scratch-website en hoe leerlingen hun projecten kunnen delen met anderen.
Scratch lesvoorbereiding in de praktijk
We gaan nu samen een les in Scratch voorbereiden. Bedenk een educatief onderwerp en maak een lesplan. Voeg vervolgens enkele interactieve elementen toe en test je les.
Slide 12 - Slide
Laat de leerlingen samenwerken in groepen om een educatief onderwerp te kiezen en een Scratch-les te maken die past bij hun onderwerp. Begeleid hen bij het maken van hun les en geef feedback tijdens het testen van de les.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 13 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 14 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 15 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.