Je kunt de vorige zin nog langer maken door er stukjes aan toe te voegen.
Ruben leert. Wordt bijvoorbeeld > Ruben leert zijn Engelse woordjes.
Zinsdelen. Ze geven antwoord op vragen als: Wie? Wat? Waar? Wanneer?
Een zinsdeel kan uit één woord bestaan.
Vaak telt een zinsdeel meer woorden.