H9.1-1 Zouten herkennen

H9.1-1 Zouten herkennen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H9.1-1 Zouten herkennen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Ik kan opnoemen hoe je een zout kan herkennen.
Ik kan het verschil opnoemen tussen een moleculaire stof en een zout.
Ik kan omschrijven wat ionen zijn.
ik kan de namen van de ionen opschrijven.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


Slide 3 - Poll

This item has no instructions

Metalen
moleculaire stoffen
zouten

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Leeractiviteiten
uitleg H9.1 Zouten eigenschappen
maken opdrachten 1 t/m 10
uitleg H9.1 Ionen
maken opdrachten 11 t/m 20
nakijken opdrachten
evaluatie

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Link

This item has no instructions

moleculaire stoffen en zouten
  • moleculaire stof
  • verbinding tussen niet-metaalatomen  
  • geleiden geen stroom

  • zout
  • verbinding tussen metaal- en niet-metaalatoom
  • geleiden wel stroom

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

ZOUTEN
Kenmerken:
  • Hoog smelt- en  kookpunt
  • In vaste vorm geleiden ze geen stroom
  • In vloeibare vorm (en opgelost in water) geleiden ze wel stroom
  • Ze zijn opgebouwd uit metaal- en niet-metaaldeeltjes

Slide 8 - Slide

Stroomgeleiding, dus er zijn geladen deeltjes. In de vaste vorm kunnen deze niet bewegen in de vaste wel.
ZOUTEN
Bekende zouten:
Keukenzout (triviale naam)
Natriumchloride (rationale naam)
NaCl (s) (formule)

Soda (triviale naam)
Natriumcarbonaat (rationele naam)
Na2CO3 (s) (formule)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

ZOUTEN
meeste zouten zijn wit, de zoutoplossing is kleurloos.
sommige zoutoplossingen hebben een kleur.
koperzout is bijvoorbeeld blauw.


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Vlamkleuring
Binas: 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten
Wat: maak opgaven 1 t/m 10
Hoe: zelfstandig en stil
Hulp: boek en docent en medeleerling
Tijd: 10 min
Uitkomst: Ik kan opnoemen hoe je een zout kan herkennen en het verschil opnoemen tussen een moleculaire stof en een zout.
Klaar: lees H9.1 door en maak de rest van de opgaven

timer
10:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

ZOUTEN
Zouten bestaan uit geladen deeltjes. Deze noemen we ionen.

Zouten zijn opgebouwd uit:
  • Positief geladen metaal-ionen EN
  • Negatief geladen niet-metaal ionen

Slide 13 - Slide

Denk aan ionenwisselaar
ZOUTEN

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

ZOUTEN
MgCl2
Magnesium-ionen (metaal)
Chloride-ionen 
(niet-metaal)
Magnesiumchloride

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

ZOUTEN
Ionrooster

Slide 16 - Slide

In de vaste fase kunnen de ionen niet bewegen, maar in de vloeibare fase wel

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hoe weet je hoeveel lading een ion heeft?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten
Wat: maak opgaven 1 t/m 20
Hoe: zelfstandig en stil
Hulp: boek en docent en medeleerling
Tijd: tot 10 min voor einde les
Uitkomst: Ik kan omschrijven wat ionen zijn.
ik kan de namen van de ionen opschrijven.
Klaar: lees H9.1 door en maak de rest van de opgaven

timer
10:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat is een zout?
A
Een verbinding van een metaal en een niet-metaal
B
een verbinding van twee metalen
C
een verbinding van twee niet-metalen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Schrijf de volgende slides over:

Wat is een zout?


  • Een verbinding tussen een metaal en een niet-metaal

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Welke deeltjes zijn de positieve ionen en welke de negatieve?



  • de positieve deeltjes zijn metaalionen
  • de negatieve deeltjes zijn niet-metaalionen


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat is de formule van het calciumion?

  • Ca2+

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Wat is de naam van het O2--ion?

  • oxide -ion

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Gebruik je BINAS.
Wat is de lading van het chloride ion
A
1-
B
2-
C
3-
D
0

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Gebruik je BINAS
Wat is de lading van het aluminium ion
A
0
B
1+
C
2+
D
3+

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions