Les 2: Hulp bieden bij mobiliteit -deel 2-

• basiszorg
• MBO
• Studiejaar 1

Hulp bieden bij mobiliteit

Hoofdstuk 24, blz. 278 van het blauwe boek

Even herhalen

Spieren

• De gewrichten tussen de botten maken bewegingen mogelijk.
• Deze bewegingen ontstaan door het samentrekken van spieren. 

Een spier zwelt op als deze samengetrokken wordt.

1. Juist
2. Onjuist

Schedel

De belangrijkste functie van de schedel is de bescherming van je hersenen.

Opbouw schedel

De schedel bestaat uit:

• aangezichtsschedel, met daarin je onderkaak, bovenkaak, jukbeenderen en neusbeentjes.
• schedeldak, die bestaat uit het voorhoofdsbeen, de wandbeenderen, het achterhoofdsbeen en de slaapbeenderen.

Hoe heet de ruimte tussen de schedelbeenderen bij een baby?

Wervelkolom

Schoudergordel

De schoudergordel wordt gevormd door:

• 2 sleutelbeenderen
• 2 schouderbladen

Bekkengordel

De ledenmaten

Een ledemaat is een onderdeel van je lichaam dat aan de romp hangt en door de spieren bewogen kan worden (armen en benen).

Benoem de onderdelen
die behoren je armen.

Benoem de onderdelen
die behoren bij je benen.

Hoe heet het bot aan de bovenkant van je arm?

Uit welke botten bestaat je onderarm?

Het dijbeen zit aan de bovenkant van je been.

1. Juist
2. Onjuist

Uit welke onderdelen bestaat
het onderbeen

Handen 

• Het gewricht tussen je handen en arm bestaat uit handwortelbeentjes.
• Je hand bestaat uit middenhandsbeentje en vingerkootjes.
• Elke vinger heeft 3 vingerkootjes met uitzondering van de duim.

Voeten

• De voetwortelbeentjes zijn groter dan de handwortelbeentjes.
• Elke teen heeft 3 teenkootjes met uitzondering van de dikke teen, deze heeft er maar twee.

Huiswerk

Werkboek blz. 366-370 (t/m opdracht 7).