Wet zorg en dwang

Wet zorg en dwang
1 / 40
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Wet zorg en dwang

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Slide 2 - Slide

Bedenk voor jezelf hoe het zou zijn als...
  • je dagelijks je telefoon moet inleveren als je naar je slaapkamer gaat
  • je elke ochtend om 08.00 uur moet opstaan (ook in het weekend en in vakanties)
  • elke dag om 21.00 uur de lichten uit moeten
  • je niet zelf hebt kunnen kiezen welk broodbeleg op tafel staat
  • je met mensen woont die je niet aardig vindt
  • er kleding voor je is klaargelegd voor de volgende dag
  • er voor je bepaald wordt of je onder de douche kan of niet
  • je de dag na een feestje een urinetest moet doen ter controle op middelengebruik.

Wat zou je onprettig vinden?

Slide 3 - Slide

Waar denk je aan bij de wet zorg en dwang?

Slide 4 - Mind map

Wat weet je al over de wet zorg en dwang?

Slide 5 - Open question

Welke vragen heb je over de wet zorg en dwang?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Video

Wet zorg en dwang
Vervanging van de wet BOPZ per 1 januari 2020.
Wet verplichte GGZ en Wet zorg en dwang. 

1. Onvrijwillige zorg voor mensen met dementie of een verstandelijke beperking zo veel mogelijk voorkomen.
2. Cliënten met dementie of een verstandelijke beperking beschermen tegen de nadelen van onvrijwillige zorg. 

Alleen als het niet anders kan, mag onvrijwillige zorg worden toegepast ná zorgvuldige multidisciplinaire afweging. 

Slide 8 - Slide

Uitgangspunten van de wet
Vrijheid
  • Ieder mens heeft recht op vrijheid en veiligheid.
  • Dit recht is vastgelegd in de Nederlandse Grondwet.
  • Leven in vrijheid is normaal.

Slide 9 - Slide

Geef een voorbeeld waar jij de vrijheid van een cliënt hebt beperkt.

Slide 10 - Open question

Onvrijwillige zorg mag niet, tenzij...
  • Er sprake is van 'ernstig nadeel' en
  • er geen andere oplossingen/ alternatieven zijn om dat te bestrijden.

Onvrijwillige zorg is een allerlaatste optie!

Slide 11 - Slide

Zoek op
Zoek online op wat de Wet zorg en dwang inhoudt en beantwoordt de volgende vragen:
1. Voor welke cliënten is de Wzd?
2. Wat regelt de Wzd?
3. Wat betekent de wet voor jou als toekomstig zorgprofessional?

Zoektip: www.dwangindezorg.nl 

Slide 12 - Slide

Voor wie geldt de Wzd?
1. Mensen met een psychogeriatrische aandoening of verstandelijke beperking met een Wlz-indicatie, of een verklaring van een diagnose van een ter zake kundige arts.
2. Mensen met NAH, Korsakov of Huntington die dezelfde gedragsproblemen en hetzelfde regieverlies ervaren als mensen met dementie of een verstandelijke beperking en die vergelijkbare zorg ontvangen in een zorginstelling. 

Slide 13 - Slide

Wat regelt de Wzd?
1. In welke situaties onvrijwillige zorg en/of opname aan de orde kan zijn;
2. Hoe een besluit tot onvrijwillige zorg genomen wordt.
3. Wanneer onvrijwillige zorgverlening geëvalueerd moet worden en waar mogelijk afgebouwd kan worden (stappenplan Wzd)

Slide 14 - Slide

Discussieer eens of oneens?
  • Ik weet precies wie mijn cliënt is en ik ken zijn/ haar voorgeschiedenis.
  • Als je niet kunt praten heb je minder vrijheid.
  • Slaapmedicatie is minder erg als de deur op slot zit.
  • Als ik thuis de kast op slot doe, mag dat op de locatie ook.
  • Vrijheid is belangrijker dan veiligheid.
  • Groepsregels zijn geen vorm van onvrijwillige zorg.
  • Een cliënt kan zelf altijd kiezen wat hij wil eten. 

Slide 15 - Slide

Onvrijwillige zorg
Onvrijwillige zorg is de zorg waar de cliënt of diens vertegenwoordiger niet mee instemt of de cliënt zich tegen verzet. 

Slide 16 - Slide

Welke voorbeelden kun jij opnoemen van onvrijwillige zorg?

Slide 17 - Open question

Leg de voorbeelden op volgorde van licht naar zwaar, zoals jij het zelf zou ervaren. Leg je volgorde uit aan een klasgenoot. 

Slide 18 - Slide

9 Categorieën van onvrijwillige zorg
1. Het toedienen van vocht, voeding en medicatie en medische (be)handelingen bij mensen met een verstandelijke beperking of dementie
2. Beperking van bewegingsvrijheid
3. Insluiten 
4. Toezicht op de cliënt
5. Onderzoek van kleding of lichaam;
6. Onderzoek van de woonruimte op drugs en gevaarlijke voorwerpen
7. Controle op drugs 
8. Beperking in het inrichten van het eigen leven waardoor de client iets moet doen of laten
9. Beperking in het ontvangen van bezoek

Slide 19 - Slide

Uitzonderingen
Altijd stappenplan, ook al heeft de vertegenwoordiger ermee ingestemd.

1. Het toedienen van gedragsmedicatie die het gedrag of de bewegingsvrijheid beïnvloedt en niet volgens de professionele richtlijnen wordt voorgeschreven
2. Beperking van de bewegingsvrijheid door bijvoorbeeld fixatie
3. Insluiting

Slide 20 - Slide

Instemmen en verzet
Wie
  • De client of
  • de vertegenwoordiger

Wanneer:
  • Bij aanvang
  • Bij verandering en signalen
  • Gepland tussentijds (evaluaties)

Slide 21 - Slide

Bespreking verzet
Een cliënt wil niet gewassen worden. Hoe weet je of deze cliënt dit wil of niet wil?
Welke afwegingen maak je?

Noem vier voorbeelden van uitingen van verzet. 

Slide 22 - Slide

Ernstig nadeel
  • De cliënt brengt zichzelf of anderen in levensgevaar;
  • De cliënt brengt ernstig lichamelijk letsel toe;
  • De cliënt brengt ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade toe;
  • Verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang van de cliënt of andere;
  • De veiligheid van de cliënt wordt bedreigd;
  • Cliënt roept met hinderlijk gedrag de agressie van anderen op;
  • De algemene veiligheid van personen of goederen is in gevaar. 

Slide 23 - Slide

Bespreking - Ernstig nadeel
Bespreek of er bij onderstaande voorbeelden sprake kan zijn van ernstig nadeel en leg uit waarom:
1. Meneer met dementie heeft groot risico op vallen.
2. Een cliënt spuit vanwege verwardheid zelf een dubbele hoeveelheid insuline.
3. De kinderen vinden hun vader onrustig en willen gedragsmedicatie.
4. Een 18-jarig meisje met LVB is erg kwetsbaar en gaat om met verkeerde jongens.
5. Een bewoner heeft epilepsie en wil heel graag fietsen.
6. Moeder met lichte vorm van dementie doet voor iedereen de deur open.
7. Een man met een matige verstandelijke beperking woont alleen op een flatje en drinkt dagelijks alcohol.
8. Een jongen van 16 in een rolstoel met een ernstige meervoudige beperking rijdt rond en trekt aan alles wat hij tegenkomt. 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Alternatieven
1. Welke interventies om onrust te voorkomen heb jij wel eens gezien op jouw stage?
2. Lees de onderstaande casussen door en bedenk één of twee alternatieven waar de cliënt (of vertegenwoordiger) mogelijk wel mee instemt of niet tegen verzet). 

Job de Haas
Job de Haas is een man van 45. Hij komt graag op de Hoeve, een dagbestedingsplek voor mensen met NAH. Na zijn ongeluk en 3 weken coma is er blijvende hersenschade ontstaan. De gezamenlijke momenten zorgen voor een stressvolle situatie. Het lukt hem niet om te blijven zitten en te eten. Hij accepteert geen medicatie. Daarom is er besloten een half uur voor het middageten verdekt onrustmedicatie toe te dienen. 
Lisa de Bont
Lisa is een jonge meid van 21 met een licht verstandelijke beperking. Ze woont in een intramurale voorziening. 's Avonds eten ze samen. In de ochtend en in de nacht is er een slaapdienst aanwezig. Ze is dan vooral veel op haar eigen woonunit. Hier zit ze veel op haar laptop en telefoon. Ze is veel in contact met jongens waarvan niet bekend zijn wie ze zijn. Lisa heeft een paar keer verteld over de seksuele aard van het contact wat ze heeft. Voor het slapen gaan moet zij haar telefoon inleveren. Niet vrijwillig. 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Het stappenplan
Als het niet lukt om een vrijwillig alternatief te vinden, moet de zorgorganisatie een stappenplan doorlopen waarbij de situatie goed wordt geanalyseerd, alternatieven in een multidisciplinair team worden bekeken en (externe) deskundigheid wordt ingeschakeld om mee te denken. 

Stappenplan wordt gevolgd bij:
1. onvrijwillige zorg
2. Als bepaalde vormen van zorg berleend worden aan wilsonbekwame cliënten, ook al stemt de cliënt en/of vertegenwoordiger ermee in, nl:
- Het toedienen van gedragsmedicatie buiten de richtlijn;
- Een maatregel die ervoor zorgt dat een cliënt in zijn bewegingsvrijheid wordt beperkt
- Een vorm van insluiting. 

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Wat is een cliëntvertrouwenspersoon (CVP)
Als je er samen niet uitkomt dan informeer je de cliënt over de aanwezigheid van een CVP. 

De CVP is iemand die de cliënt of zijn vertegenwoordiger kan ondersteunen als deze niet tevreden is over de zorg die hij krijgt of als hij tegen zijn zin wordt opgenomen in een instelling. 

Slide 30 - Slide

Onvrijwillige zorg is volgens de wet:
A
Zorg die door de arts wordt opgelegd
B
Zorg die door de vertegenwoordiger of familie wordt opgelegd
C
Zorg waartegen de cliënt (of vertegenwoordiger) zich verzet

Slide 31 - Quiz

Een cliënt is heel erg vergeetachtig, maar niemand heeft vastgesteld dat er sprake is van een psychogeriatrische aandoening. Is de Wet zorg en dwang dan van toepassing?
A
Ja
B
Nee

Slide 32 - Quiz

Onbegrepen gedrag van een cliënt komt altijd door psychische problemen van de cliënt, zoals slaapproblemen, angsten, wanen of een psychose.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quiz

Wanneer mag je volgens de Wet zorg en dwang onvrijwillige zorg toepassen?
A
Als er 'ernstig nadeel' dreigt
B
Als de cliënt een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie heeft of een verstandelijke beperking
C
Als er geen andere oplossing is om 'ernstig nadeel' te bestrijden
D
Alle drie zijn een voorwaarde

Slide 34 - Quiz

Bij het toepassen van onvrijwillige zorg moet je voortaan een stappenplan doorlopen. Wat is de kern van het stappenplan?
A
Analyse van het gedrag en zoeken naar alternatieven.
B
Multidisciplinair overleg.
C
Zorgvuldige besluitvorming
D
Alle bovenstaande elementen

Slide 35 - Quiz

Is psychofarmaca onvrijwillige zorg?
A
Ja
B
Nee
C
Soms wel/ soms niet

Slide 36 - Quiz

Hoe vaak moet volgens de Wet zorg en dwang een nieuwe maatregel geëvalueerd worden (niet toegepast in noodsituatie)?
A
Minimaal 4 weken
B
Minimaal elk half jaar
C
In eerste instantie 3 maanden en daarna 6 maanden

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide