A3 22 maart 2021

Terugblik op chapitre 3
  • le futur simple
  • de vraagwoorden
  • quel(le)(s) 
  • connaître
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Terugblik op chapitre 3
  • le futur simple
  • de vraagwoorden
  • quel(le)(s) 
  • connaître

Slide 1 - Slide

Le futur simple
  • zullen
  • hele werkwoord + de uitgangen van "avoir"
  • let op bij werkwoorden die eindigen op een -e
  • onregelmatige vormen!

je serai - j'aurai - j'irai - je ferai - je pourrai - je voudrai - je viendrai - je devrai 

Slide 2 - Slide

je (chercher)

Slide 3 - Open question

tu (avoir)

Slide 4 - Open question

il (boire)

Slide 5 - Open question

nous (faire)

Slide 6 - Open question

vous (choisir)

Slide 7 - Open question

ils (être)

Slide 8 - Open question

Poser une question
  • vragen met/zonder vraagwoord
  • ? / est-ce que / inversie eventueel met tussen-t (parle-t-il?) 
  • vraagwoorden

Slide 9 - Slide

Vraagwoorden (+ vert.)

Slide 10 - Mind map

Quel(le)(s) = welke/wat
  • meteen voor het zelfstandig naamwoord (Tu aimes quel (welke) genre de musique?)
OF
  • het wordt gevolgd door "est"/"sont" (Quelle (wat) est ta matière préférée?
  • In beide gevallen past het zich aan aan het znw waar het bij hoort!

Slide 11 - Slide

Tu vas choisir ........... filière?
A
quel
B
quelle
C
quels
D
quelles

Slide 12 - Quiz

.................. est ton pays préféré?
A
quel
B
quelle
C
quels
D
quelles

Slide 13 - Quiz

............... sont tes matières préférées?
A
quel
B
quelle
C
quels
D
quelles

Slide 14 - Quiz

Connaître
  • onregelmatig
  • reconnaître (herkennen), paraître (blijken) en apparaître (verschijnen) 

Slide 15 - Slide

Nous connaissons = we kennen.
Wat is dan: ik kende?

Slide 16 - Open question

Hij zal kennen (connaître)

Slide 17 - Open question

U heeft herkend (reconnaître)

Slide 18 - Open question