Les 2: Intervisie voorbereiden (deelopdracht)

1 / 11
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Absentie

Slide 2 - Slide

Planning
08:30 - 08:40 Opstarten les
08:40 - 09:20 Zelfstandig werken
09:20 - 09:30 Pauze
09:30 - 10:00 Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Deelopdracht: casus op je stage

  1. Lees het werkmodel 'casus schrijven' en denk na over een geschikte casus (praktijksituatie).
  2. Maak een plan van aanpak voor het werken aan deelopdracht 1 en verwerk dit in Dulon Online bij 'Mijn planning'.
  3. Schrijf een casus a.d.h.v. het werkmodel 'casus schrijven' en vraag feedback aan de vakdocent ten aanzien van de uitwerking.
  4. Vraag een GO (in dulon-online) aan de vakdocent voor het inleveren van de casus. De casus moet namelijk worden goedgekeurd om tijdens intervisie te gebruiken.

Slide 4 - Slide

Werkmodel intervisiecasus schrijven

  • Hoe goed je intervisie ook kunt voorbereiden, een belangrijk deel van het succes valt of staat met het juist inbrengen van een casus.


Slide 5 - Slide

Voorwaarden voor het inbrengen van een casus
De situatie die je in wilt brengen moet actueel zijn voor jezelf. Het gaat meestal om een probleem of een dilemma. 

Je wilt bespreken hoe je het zou kunnen aanpakken of bespreken hoe je de situatie hebt aangepakt. In dat laatste geval ben je benieuwd naar wat men vindt van de door jou gekozen werkwijze. Je moet de betreffende situatie wel in de groep willen bespreken. Als inbrenger van een casus stel je je altijd enigszins kwetsbaar op.

 
Als je geen situatie weet, denk eens na over een moment waarop je je hebt geërgerd aan situaties. Meestal zit daar een potentiële intervisiecasus achter.

Slide 6 - Slide

Richtlijnen voor het schrijven van een casus
We maken onderscheid tussen algemene en specifieke richtlijnen voor het schrijven van een casus. 

De algemene richtlijnen zijn de basisvoorwaarden voor een goede casus. De specifieke richtlijnen geven meer ‘kleur’ aan de situatie waardoor de kern van het probleem beter begrepen kan worden.
 
Sluit de casusbeschrijving altijd af met een open vraag aan de groepsleden. Daarmee maak je duidelijk wat je wil bespreken en onderzoeken.

Slide 7 - Slide

Algemene richtlijnen
  • Beschrijf de situatie zo helder en feitelijk mogelijk. Wat speelt er precies?
  • Verwerk gegevens die noodzakelijk zijn om de situatie te begrijpen; een korte voorgeschiedenis of het aangeven van tijd, plaats en ruimte kan belangrijk zijn voor de lezer. Een beschrijving van het ziektebeeld en/of problematiek is ook van belang.
  • Beschrijf één ervaring (situatie) of geef duidelijk onderscheid aan als het om meerdere momenten/situaties gaat, opdat er geen dubbele of door elkaar lopende probleemstelling(en) in zit(ten).
  • Sluit af met een heldere onderzoeksvraag. Op welke vraag is een antwoord gewenst? Formuleer de vraag vanuit jezelf.


Slide 8 - Slide

Situatie specifieke richtlijnen
  • Wat is, volgens jou, (feitelijk) de aanleiding, of wie is/zijn initiatiefnemer(s) tot het gebeuren.
  • Wat is jouw rol.
  • Welke andere betrokkenen (n) of partij (en) zijn er.
  • Wat wordt er op dit moment, in deze situatie, van jou verwacht (door anderen).
  • Welke beweegredenen of belangen spelen daarbij een rol.
  • Hoe geef jij vorm aan die verwachtingen.
  • Wat neem jij waar in de omgeving (collega’s, zorgvragers, naasten).
  • Wat wil je bereiken (doel).

Slide 9 - Slide

Sluit af met een open vraag aan de groep.

Slide 10 - Slide

Wat staat er in je casus?
  1. Er is een beschrijving van de situatie (het probleem, dilemma of handelingsverlegenheid).
  2. De aanleiding van de situatie.
  3. De rol van betrokkenen t.a.v. de situatie.
  4. De rol en het doel van de student t.a.v. de situatie.
  5. Een open intervisievraag.

Slide 11 - Slide