kloktijden en het bez.vnw (unité 1 m2)

hoe zeg je 'het is 3 uur'?
1 / 19
next
Slide 1: Open question
FransMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

hoe zeg je 'het is 3 uur'?

Slide 1 - Open question

het is kwart over 4 =
A
il est quart et quatre
B
il est quatre heures et quart
C
il est quatre heures et demie
D
il est quatre heures moins le quart

Slide 2 - Quiz

à cinq heures et quart =

Slide 3 - Open question

il est =
à =

Slide 4 - Mind map

om 12 uur =
A
il est midi
B
il est minuit
C
à midi
D
à minuit

Slide 5 - Quiz

il est trois heures et demie =

Slide 6 - Open question

noem een Franse
kloktijd met
'kwart over' erin

Slide 7 - Mind map

à dix heures moins le quart =
A
10.15 uur
B
10.45 uur
C
11.45 uur
D
9.45 uur

Slide 8 - Quiz

geef een voorbeeld van een kloktijd
met 'moins le quart'

SCHRIJF OOK DE DIGITALE TIJD ERBIJ!

Slide 9 - Mind map

begrijp je de kloktijden
nu EEN BEETJE of GOED?

Slide 10 - Mind map

zijn broer
A
sa frère
B
son frère
C
sa père
D
son père

Slide 11 - Quiz

jullie boeken =
A
vos livres
B
votre livre
C
ton livre
D
tes livres

Slide 12 - Quiz

Welke bez.vnw passen
bij 'parents'?
Noem er zoveel mogelijk!

Slide 13 - Mind map

onze hond =
A
notre chien
B
nos chien

Slide 14 - Quiz

Leg uit waarom wat het verschil is tussen LEUR en LEURS?
Wat betekenen deze woorden?

Slide 15 - Open question

jouw zussen =
A
ta soeur
B
ton soeur
C
ta soeurs
D
tes soeurs

Slide 16 - Quiz

hun school =
A
votre collège
B
ton collège
C
leur collège
D
notre collège

Slide 17 - Quiz

Verzin nu zelf een voorbeeld van een bez.vnw.
Laat zien dat je het begrijpt!

Slide 18 - Open question

begrijp je het bez.vnw
nu EEN BEETJE of HEEL GOED?

Slide 19 - Mind map