2-kader VMBO Hoofdstuk 6.2 Toonhoogte en frequentie

Hoofdstuk 6 Geluid
Paragraaf 6.2 Toonhoogte en frequentie
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 6 Geluid
Paragraaf 6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 1 - Slide

Inleiding
De remweg
De beginsnelheid en de remweg
De massa en de remweg
De reactietijd en reactieafstand

Slide 2 - Slide

Wat weet je nog van vorige les?

Slide 3 - Mind map

Wat ga je vandaag leren?
  • Je kunt drie factoren noemen waarvan de lengte van de remweg afhangt.
  • Je kunt aan de hand van een grafiek uitleggen wat het verband is tussen de beginsnelheid en de remweg.
  • Je kunt uitleggen wat bedoeld wordt met de reactietijd en de reactie-afstand.
  • Je kunt de afstand berekenen die een auto nodig heeft om te stoppen.

Slide 4 - Slide

Wat ga je vandaag leren?

  • Je kunt de afstand berekenen die een auto nodig heeft om te stoppen.
  • Je kunt uitleggen hoe veiligheidsvoorzieningen in een auto bijdragen aan het verlengen van de remweg van de inzittenden.

Slide 5 - Slide

Wat is toonhoogte?

Slide 6 - Mind map

Wat is frequentie?

Slide 7 - Mind map

TOONHOOGTE
  • De dikte van de snaar
  • De lengte van de snaar
  • De spanning van de snaar

Slide 8 - Slide

Frequentie
  • Het aantal trillingen per seconde
  • Het aantal trillinger per seconde wordt Hertz genoemd (Hz)
  • Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon

Slide 9 - Slide

De oscilloscoop

Slide 10 - Slide

De oscilloscoop
  • Een oscilloscoop kan geluidstrillingen omzetten in een elektrisch signaal
  • Met de oscilloscoop kun je geluid "zichtbaar" maken

Slide 11 - Slide

Hoorbaar geluid
  • Een mens kan maar een bepaald geluidsgebied horen
  • Ligt tussen de 20Hz en 20.000 Hz
  • Dit noem je het frequentiebereik
  • Verschillende dieren hebben andere frequentiebereik
  • Hoe goed is jouw gehoor?

Slide 12 - Slide

Frequentiebereik

Slide 13 - Slide

Wat heeft geen invloed op de toonhoogte van een trillende snaar?
A
De lengte van de snaar
B
De dikte van de snaar
C
De spanning van de snaar
D
De kleur van de snaar

Slide 14 - Quiz

De frequentie is het aantal trillingen per minuut
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Wat is de eenheid voor frequentie?
A
Frq
B
Hr
C
Hz
D
Fq

Slide 16 - Quiz

Als de frequentie omlaag gaat gaat de toonhoogte...
A
Omhoog
B
Omlaag
C
Verandert niet

Slide 17 - Quiz

Een snaar trilt 120 keer per minuut. Wat is de frequentie?
A
2 Hz
B
60 Hz
C
120 Hz
D
4 Hz

Slide 18 - Quiz

Wat is het frequentiebereik van het menselijk oor?
A
10Hz - 10.000Hz
B
0Hz - 100.000Hz
C
2Hz - 2.000Hz
D
20Hz - 20.000Hz

Slide 19 - Quiz

Een snaar maakt 15.000 trillingen per seconde, kan een mens dit geluid horen?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Een oscilloscoop...
A
Kan geluid omzetten in een elektrisch signaal
B
Kan een elektrisch signaal omzetten in geluid
C
Werkt als een microfoon

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Link

Check, check, doublecheck
Wat hebben we vandaag geleerd?

  • Wat houdt toonhoogte in?
  • Hoe kun je de toonhoogte van een snaarinstrument veranderen?
  • Wat houdt frequentie in?
  • Wat is het verband tussen frequentie en toonhoogte?
  • Wat is een oscilloscoop en wat kun je hiermee doen?
  • Wat is het frequentiebereik van onze oren?

Slide 23 - Slide

Huiswerk voor de volgende les
Maak het test jezelf onderdeel bij paragraaf 6.2

SUCCES!

Slide 24 - Slide