This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Communisme & de Sovjet-Unie
26-05
Par. 4.2 (verdieping)
Veenendaal. P
Slide 1 - Slide
Programma
Bespreken leerdoelen
Herhaling
Communisme & de Sovjet-Unie
Aan de slag
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat het communisme en kapitalisme is (met enkele voorbeelden)
Ik kan vertellen wie Stalin was en wat hij voor impact had op de Sovjet-Unie (met voorbeelden)
Slide 3 - Slide
Wat is het kapitalisme?
Slide 4 - Open question
Kapitalisme
Kapitalisme: een ideologie waar vrijheid centraal staat. Grond en bedrijven zijn eigendom van ondernemers die een zo'n groot mogelijke winst proberen te maken.
Kenmerken: open markt, meeste bedrijven in handen van particulieren, werkgevers willen zoveel mogelijk winst maken
Slide 5 - Slide
Wat is het communisme?
Slide 6 - Open question
Communisme
Communisme: Het communisme is een ideologie die streeft naar een klassenloze maatschappij gebaseerd op gemeenschappelijke eigendom van producten en openbare instellingen. Economisch gezien wordt er geproduceerd naar behoefte.
Kenmerken: klasseloze maatschappij (in theorie), economie gecontroleerd door de overheid, gaat vaak samen met propaganda en censuur
Slide 7 - Slide
Russische Revolutie
Keizerrijk Rusland met Tsaar (tot 1917)
Februari- en Oktoberrevolutie
Rusland een communistische staat --> de Sovjet-Unie!
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Stalin en de Sovjet-Unie
Vanaf 1922 grote communistische veranderingen in de Sovjet-Unie (landbouw, 5 jaren plannen en strafkampen)
1939-1945
1945-1953 begin verdeling oost west en Koude Oorlog
1953- destalinisatie door opvolger chroesjtsjov
Slide 10 - Slide
Verdeling Oost- en West
Slide 11 - Slide
Sovjet-Unie
Verenigde Staten
Democratie
Eén partij
Planeconomie
Kapitalisme
Slide 12 - Drag question
Aan de slag
Werken aan de opdrachten van 4.2
Kijken: de Koude Oorlog: oversimplified op Youtube
Slide 13 - Slide
Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat het communisme en kapitalisme is (met enkele voorbeelden)
Ik kan vertellen wie Stalin was en wat hij voor impact had op de Sovjet-Unie (met voorbeelden)