3 vmbo-b 3.4 ordening: dieren

 thema 3 ordening
3.4 Dieren
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

 thema 3 ordening
3.4 Dieren

Slide 1 - Slide

wat gaan we vandaag doen?
herhalen vorige les: 3.3 Planten
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 3.4 Dieren
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Slide

Organismen zijn ingedeeld in 4 rijken. 1 daarvan zijn de planten. Noem de andere 3.

Slide 3 - Open question

plantencel
dierlijke cel
schimmelcel
bacterie

Slide 4 - Drag question

Planten hebben bepaalde eigenschappen. Kies de juiste mogelijkheid.
Planten hebben;
A
Geen celkernen, geen bladgroenkorrels, geen celkernen.
B
Wel celkernen, wel bladgroenkorrels, wel celwanden.
C
Wel celkernen, wel celwanden, geen bladgroenkorrels.
D
Geen celkernen, geen celwanden, wel bladgroenkorrels.

Slide 5 - Quiz

Sporenplanten planten zich voort door middel van;

A
Bestuiving
B
Sporen
C
Bevruchting
D
Zaden

Slide 6 - Quiz

Een varen plant zich voort door zaden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Een boom met naalden en kegels hoort tot de bedektzadige planten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Tot welke groep behoort deze plant?
A
Mossen
B
Varens
C
Paardenstaarten
D
Zaadplanten

Slide 9 - Quiz

Welke kenmerken horen bij sporenplanten?

A
Voortplanting door sporen. Geen bloemen. Wel wortels stengels, bladeren.
B
Voortplanting door sporen, Wel bloemen. Geen wortels, stengels, bladeren.
C
Voortplanting door zaden, Wel bloemen. Geen wortels, stengels, bladeren.
D
Voortplanting door zaden. Geen bloemen. Wel wortels stengels, bladeren.

Slide 10 - Quiz

Het plantenrijk wordt ingedeeld in groepen.
Bij welke groep horen mossen?
A
sporenplanten
B
zaadplanten

Slide 11 - Quiz

leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je de dieren indelen door te kijken naar het skelet.
- kan je de dieren indelen in sponsdieren (sponzen), neteldieren (holtedieren), wormen, weekdieren, stekelhuidigen, geleedpotigen en gewervelden.

Slide 12 - Slide

Inleiding
Er zijn heel veel verschillende soorten dieren op de wereld.

Biologen verdelen het rijk van de dieren in zeven groepen.
Bij deze indeling kijken biologen naar het skelet van het dier.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

3.4 dieren
Het dierenrijk wordt verdeeld in zeven groepen.

Hierbij wordt gekeken naar het skelet.
Een skelet geeft stevigheid of bescherming aan een lichaam.

Slide 15 - Slide

3.4 dieren
Dieren hebben een inwendig skelet, een uitwendig skelet of geen skelet.

Een inwendig skelet zit aan de binnenkant van het lichaam, bijvoorbeeld bij mensen.

Een uitwendig skelet zit aan de buitenkant van het lichaam, bijvoorbeeld bij een mossel, een slak en een kever.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

3.4 dieren

Er zijn ook dieren die geen skelet hebben, zoals een kwal.

Slide 18 - Slide

3.4 dieren
Het dierenrijk wordt verdeeld in 7 groepen:
1. sponsdieren (sponzen)
2. neteldieren (holtedieren)
3. wormen
4. weekdieren
5. geleedpotigen
6. stekelhuidigen
7. gewervelden

Slide 19 - Slide

sponsdieren

Slide 20 - Slide

neteldieren

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

wormen

Slide 23 - Slide

weekdieren

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

geleedpotigen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

stekelhuidigen

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

gewervelden

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Vragen?

Slide 32 - Slide

zelf aan de slag
3.4 Dieren: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m 6
(vanaf blz. 232)

Slide 33 - Slide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je de dieren indelen door te kijken naar het skelet.
- kan je de dieren indelen in sponsdieren (sponzen), neteldieren (holtedieren), wormen, weekdieren, stekelhuidigen, geleedpotigen en gewervelden.

Slide 34 - Slide