Verkorte reeks Les 1. Introductie (Abraham) en Les 2 Jodendom (TeNaCh & Mozes)

LEVENSBESCHOUWING
BHV1
1 / 20
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

LEVENSBESCHOUWING
BHV1

Slide 1 - Slide

Aan het eind 
van de les ...  
ken ik de drie abrahamitische religies en kan ik uitleggen waarom deze zo worden genoemd.
ken ik het verschil tussen een monotheïstische en een polytheïstisch religie.
kan ik overeenkomsten en verschillen benoemen tussen de abrahamitische religies.

Slide 2 - Slide

Monotheïsme: het geloof in het bestaan van één God (Grieks: monos = één / theos = god)

Polytheïsme: het geloof in het bestaan van meerdere goden (Grieks: poly = veel / theos = god)

Slide 3 - Slide


Abraham
Wat ga je doen?
  • Stap 1. Lees de tekst Abraham.
  • Stap 2. Noteer de woorden in je schrift die nieuw voor je zijn.
  • Stap 3. Leg daarna in minimaal drie zinnen uit waarom Abraham in alle drie de religies belangrijk is.
  • Stap 4. Maak tot slot een stamboom van Abrahams nakomelingen. Gebruik de volgende namen: Abraham, Hagar, Isaak, Ismaël, Jezus, Mohammed en Sara.

Slide 4 - Slide


Verschillen?
Wat ga je doen?
  • Stap 1. Maak in je schrift twee rijtjes. Boven het ene rijtje schrijf je overeenkomsten en boven het andere verschillen.
  • Stap 2. Noteer onder het eerste rijtje zoveel mogelijk overeenkomsten tussen de abrahamitische religies.
  • Stap 3. Schrijf daarna onder het andere rijtje zoveel mogelijk verschillen.
  • Stap 4. Ben je klaar? Lees dan de tekst De Westelijke muur of klaagmuur. (pag. 117)

Slide 5 - Slide

Aan het eind 
van de les ...  
ken ik de drie abrahamitische religies en kan ik uitleggen waarom deze zo worden genoemd.
ken ik het verschil tussen een monotheïstische en een polytheïstisch religie.
kan ik overeenkomsten en verschillen benoemen tussen de abrahamitische religies.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Aan het eind 
van de les ...  
ken ik de betekenis van het woord TeNaCH en kan ik de indeling hiervan noemen.
ken ik de drie abrahamitische religies en kan ik uitleggen waarom deze zo worden genoemd.
ken ik het verhaal van Mozes en kan ik uitleggen waarom dit verhaal zo belangrijk is voor Joden.

Slide 8 - Slide


TeNaCH
Wat ga je doen?
  • Stap 1. Bekijk het filmpje TeNaCH / Oude Testament. Noteer tijdens het kijken vragen of nieuwe woorden in je schrift.
  • Stap 2. Geef daarna in tweetallen het antwoord op de drie vragen die je hiernaast ziet staan. Noteer beide de antwoorden in je eigen schrift.
  • Stap 3. Ben je klaar? Vraag dan om een Bijbel en bekijk hoe de boeken van het Oude Testament heten.
  1. Hoe worden de eerste vijf boeken van de TeNaCH genoemd?
  2. Hebben christenen dezelfde naam voor deze boeken? Zo niet, hoe noemen christenen deze boeken?
  3. Het woord TeNaCH is een acroniem. Je spreekt het uit als een woord, maar eigenlijk is het een afkorting. Bijvoorbeeld: HEMA staat voor Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam. Waar is TeNaCH een afkorting van?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video


TeNaCH
Torah (תּוֹרָה)
  • De 5 boeken van Mozes
  • Onderwijs (regels & wetten)
Nevi'im (נְבִיאִים)
  • Profeten
CHetoevim (כְּתוּבִים)
  • Geschriften

Slide 11 - Slide


Mozes
Wat ga je doen?
  • Stap 1. Bekijk het filmpje Sandy Tales | Het verhaal van Mozes
  • Stap 2. Zet daarna zelfstandig en in stilte de gebeurtenissen die je hiernaast ziet staan in de juiste volgorde.
  • Stap 3. Ben je klaar? Lees dan de teksten over het jodendom op pagina 23, 83 en 117 in je lesboek. Noteer in je schrift de woorden die je nog niet kent.
  1. De Egyptische prinses adopteert Mozes.
  2. Mozes ziet dat het joodse volk in slavernij leeft.
  3. Mozes wordt door zijn joodse moeder in een mandje in de Nijl gelegd.
  4. God stuurt verschillende plagen op de farao en Egypte af. 
  5. Mozes ontvangt van god de wetten waar de Joden zich aan moeten houden.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video


Hoeveel Joden zijn er ongeveer wereldwijd?​
A
4.000.000
B
14.000.000
C
24.000.000
D
34.000.000

Slide 14 - Quiz


Wie is de eerste belangrijke persoon?​
A
Abraham
B
Isaak
C
Jozef
D
Mozes

Slide 15 - Quiz


Hoe kan je Joods worden?​
A
Dat kan niet.
B
Als je vader Joods is.
C
Als je moeder Joods is.
D
Door te bidden.

Slide 16 - Quiz


Wat mogen Joden wel eten?​
A
Varken
B
Schaaldieren
C
Rund
D
In melk gekookt vlees.

Slide 17 - Quiz


Hoe vaak bidden Joden per dag?​
A
Eén keer per dag.
B
Twee keer per dag.
C
Drie keer per dag.
D
Ze bidden niet.

Slide 18 - Quiz


Vanaf wanneer zijn Joodse jongens volwassen?​
A
Vanaf 12 jaar.
B
Vanaf 13 jaar.
C
Vanaf 16 jaar.
D
Vanaf 18 jaar.

Slide 19 - Quiz

Aan het eind 
van de les ...  
ken ik de betekenis van het woord TeNaCH en kan ik de indeling hiervan noemen.
ken ik de drie abrahamitische religies en kan ik uitleggen waarom deze zo worden genoemd.
ken ik het verhaal van Mozes en kan ik uitleggen waarom dit verhaal zo belangrijk is voor Joden.

Slide 20 - Slide