A1/G1 - Libre Service - Tu habites où

Bonjour! 




Mercredi 4 Juin 
1 / 67
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 67 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bonjour! 




Mercredi 4 Juin 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs

Mercredi 4 juin ( = aujourd'hui = vandaag) 
  • Leren: werkwoorden op -er (p.157)
  • Mk. rijtje 'redoubler' in schrift (NL+FR)

Mercredi 11 juin
  • Leren: Unité 4 apprendre 1,2,3,4,5 (NL+FR)



Eindtoets vendredi 4 juillet
  • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
  • Werkwoorden: avoir, être & -er








Schrijf je huiswerk op in je plenda
Bij de deur geef je een persoonsvorm in het Frans 
timer
2:00

Slide 2 - Slide

Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
  • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
  • Vertalen van zinnen in schrift 

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Bienvenue!
Le programme

  • Parler (aller) | 5' 
  • Exercices verbes -er  | 15'
  • Verbuga: les verbes | 10' 
  • Quizlet live (groepjes) | 10'
      Lesdoelen
      • Ik kan zeggen waar ik naartoe ga / waar anderen naartoe gaan.
      • Ik ken de Franse persoonsvormen 
      • Ik kan de werkwoorden op -er correct vervoegen 
      • Ik kan de werkwoorden op -er + avoir, aller & être correct vertalen 





        Mevrouw de With (Docent in opleiding)
        a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
        Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

        Mevrouw Geluk (Bonheur)
        r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
        Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

        Slide 4 - Slide

        This item has no instructions

        Correction
        Redoubler  - Blijven zitten 

        • Je redoule   -   Ik blijf zitten 
        • Tu redoubles   -   Jij blijft zitten 
        • Il redouble   -   Hij blijft zitten 
        • Elle redouble   -   Zij blijft zitten 
        • On redouble   -   Men blijft zitten / Wij blijven zitten 
        • Nous redoublons   -   Wij blijven zitten 
        • Vous redoublez   -   Jullie blijven zitten / U blijft zitten 
        • Ils redoublent   -   Zij blijven zitten (mnl)
        • Elles redoublent   -   Zij blijven zitten (vrl) 

        Slide 5 - Slide

        This item has no instructions

        Parler
        Questions & réponses 





        timer
        5:00
        • We luisteren in stilte naar elkaar
        • We doen ons best 
        • We lachen elkaar niet uit 
        Ik kan zeggen waar ik/een ander naartoe gaat 

        Slide 6 - Slide

        This item has no instructions

        Exercice verbes -er
        Maak het werkblad werkwoorden op -er 

        1. Eerste 8min in stilte 
               - Maak het werkblad zonder gebruik te maken van je               boek 
               - Omcirkel de werkwoorden die je nog niet kent
               - Hierna kan je gebruik maken van je boek 

        Minimaal tot opdracht 6. Opdracht 7 : uitdaging

           2. 2min overleg 

        Ben je klaar? 
        Maak dan zelf 4 zinnen waarbij je gebruikt maakt van een werkwoord op -er in je schrift.
        timer
        10:00
        Ik ken de Franse persoonsvormen
        Ik kan de werkwoorden op -er correct vervoegen

        Slide 7 - Slide

        This item has no instructions

        Verbuga: avoir, être, aller
        www.verbuga.eu


        • Tijden: présent
        • Onregelmatige: aller , avoir, être 
        • Regelmatige ww. : aimer, arriver, parler, regarder 
        • (Optioneel) Onregelmatige ww : Aller, Avoir, Être 
        • Vink aan: Nederlands - Frans
        • Klik op: Bevestig


        Doel: op 70% of hoger blijven.


        Ik kan de werwoorden op -er + aller, avoir & être correct vertalen.
        timer
        10:00

        Slide 8 - Slide

        This item has no instructions

        Slide 9 - Slide

        This item has no instructions

        À Mercredi! 
        Lesdoelen : aan het einde van de les ....

        • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
        • heb ik mijn vocabulaire geoefend voor de toets 
        • heb ik mijn grammatica geoefend voor de toets 
        • heb ik een duidelijk zich op wat ik wel/nog niet kan 




          Bij de deur geef je een persoonsvorm in het Frans 
          Les devoirs : 

          Mercredi 11 juin
          • Leren: Unité 4 apprendre 1,2,3,4,5 (NL+FR)

          Eindtoets vendredi 4 juillet
          • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
          • Werkwoorden: avoir, être & -er








          Slide 10 - Slide

          This item has no instructions

          dictee 
          bal gooien en ww (onregelmatig herhalen) 


          a1 = verbes verbuga, 1 voor 1


          timer
          10:00

          Slide 11 - Slide

          This item has no instructions

          Bonjour! 



          Mercredi 11 Juin

          Slide 12 - Slide

          This item has no instructions

          Les devoirs

          Mercredi 11 juin (aujourd'hui) 
          • Leren: Unité 4 apprendre 1,2,3,4,5 (NL+FR)

          Lundi 16 juin 
          • Leren : Unité 4 apprendre 1 t/m 10 
          • Mk. rijtje "déménager" in schrift (FR - NL)

          Mercredi 18 juin
          • Leren : vertaling 8 ww -er van Unité 4 
          • Mk. rijtje "monter" in schrift (FR-NL)
          • Leren : aller, avoir & être

          Eindtoets vendredi 4 juillet
          • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
          • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








          Schrijf je huiswerk op in je plenda
          Bij de deur geef je een vorm van een werkwoord op -er die je in Unité 4 hebt geleerd
          timer
          2:00

          Slide 13 - Slide

          Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
          • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
          • Vertalen van zinnen in schrift 

          Slide 14 - Video

          This item has no instructions

          Bienvenue!
          Le programme

          • Dictée | 5'
          • Lire extra | 20'
          • Verbe | 15' 
          • Blooket | 5' 

              Mevrouw de With (Docent in opleiding)
              a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
              Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

              Mevrouw Geluk (Bonheur)
              r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
              Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

              Lesdoelen : aan het einde van de les ....

              • heb ik mijn vocabulaire herhaald 
              • kan ik de werkwoorden aller, avoir en être correct vervoegen 
              • kan ik een tekst in het frans begrijpen 
              • kan ik concrete informatie uit een tekst halen 



                Slide 15 - Slide

                This item has no instructions

                Dictée
                8 Mots : 

                -  Schrijf (zonder boek) de woorden die je hoort in je schrift. 
                - Vertaal deze daarna naar het Nederlands. 


                timer
                10:00
                • le carrefour  - het kruispunt  
                • les feux  - de stoplichten 
                • le rondpoint - de rotonde 
                • vous allez - jullie gaan / u gaat 
                • dangereux - gevaarlijk 
                • le centre-ville - het stadscentrum 
                • l'ascenseur - de lift 
                • monter - naar boven gaan 
                Ik heb mijn woordenschat geoefend

                Slide 16 - Slide

                This item has no instructions

                Lire
                Lis le texte Lire extra - p.146 t/m 149
                Werk alleen en in stilte!

                • level      : beantwoord alle vragen van dit niveau en probeer vragen van het volgende niveau te beantwoorden. 

                • level             (toetsniveau) : beantwoord alle vragen van dit niveau en probeer vragen van het volgende niveau te beantwoorden.

                • level                   : beantwoord alle vragen van dit niveau.


                Ben je klaar met jou level? Kijk dan of je de rest ook kan doen! 
                Minimaal niveau 2 maken. 
                timer
                20:00
                Wat weet je nog van leesstrategieën? 
                • maak gebruik van p.172
                Ik kan concrete informatie uit een tekst halen

                Slide 17 - Slide

                This item has no instructions

                Verbuga: avoir, être, aller
                www.verbuga.eu

                • Tijden: présent
                • Onregelmatige: aller , avoir, être 
                      > oefen ze 1 voor 1 
                      > ken je ze goed genoeg? vink ze dan allemaal aan

                • Vink aan: Nederlands - Frans
                • Klik op: Bevestig

                Doel: op 70% of hoger blijven.
                Meer uitdaging nodig? Maak dan 2 zinnen per werkwoord. 
                        > 2 zinnen met aller
                        > 2 zinnen met avoir 
                        > 2 zinnen met être

                  

                Ik kan de werwoorden aller, avoir & être correct vertalen.
                timer
                5:00

                Slide 18 - Slide

                This item has no instructions

                Verbe
                Spelregels 


                1. Iedereen gaat staan 
                2. Om te mogen zitten moet je een correcte vervoeging geven 
                  3. Het spel gaat door tot dat iedereen zit 
                timer
                5:00
                Ik kan de werwoorden van U4 correct vertalen/vervoegen

                Slide 19 - Slide

                This item has no instructions

                Slide 20 - Slide

                This item has no instructions

                À Lundi! 
                Bij de deur geef je een vorm van een werkwoord op -er die je in Unité 4 hebt geleerd

                - naar boven gaan, oversteken, doorgaan, verhuizen, kopen, opruimen, doorbrengen, winnen 
                Lundi 16 juin 
                • Leren : Unité 4 apprendre 1 t/m 10 
                • Mk. rijtje "déménager" in schrift (FR - NL)

                Mercredi 18 juin
                • Leren : vertaling 8 ww -er van Unité 4 
                • Mk. rijtje "monter" in schrift (FR-NL)
                • Leren : aller, avoir & être


                Eindtoets vendredi 4 juillet
                • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                • heb ik mijn vocabulaire herhaald 
                • kan ik de werkwoorden aller, avoir en être correct vervoegen 
                • kan ik een tekst in het frans begrijpen 
                • kan ik concrete informatie uit een tekst halen 



                  Slide 21 - Slide

                  This item has no instructions

                  Bonjour! 



                  Lundi 16 juin 

                  Slide 22 - Slide

                  This item has no instructions

                  Les devoirs

                  Lundi 16 juin (aujourd'hui)
                  • Leren : Unité 4 apprendre 1 t/m 10 
                  • Mk. rijtje "déménager" in schrift (FR - NL)

                  Mercredi 18 juin
                  • Leren : vertaling 8 ww -er van Unité 4 
                  • Mk. rijtje "monter" in schrift (FR-NL)
                  • Leren : aller, avoir & être

                  Eindtoets vendredi 4 juillet
                  • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                  • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                  Schrijf je huiswerk op in je plenda
                  Bij de deur maak ik gebruik van de ontkenning in een zin. 
                  timer
                  2:00

                  Slide 23 - Slide

                  Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
                  • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
                  • Vertalen van zinnen in schrift 

                  Slide 24 - Video

                  This item has no instructions

                  Bienvenue!
                  Le programme

                  • Parler | 5' 
                  • Correction | 5'
                  • La négation | 15' 
                  • D-toets | 20' 
                  • Quizlet | 5' 

                      Mevrouw de With (Docent in opleiding)
                      a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
                      Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

                      Mevrouw Geluk (Bonheur)
                      r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
                      Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

                      Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                      • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                      • kan ik de ontkenning goed gebruiken 
                      • heb ik mijn vocabulaire geoefend voor de toets 



                        Slide 25 - Slide

                        This item has no instructions

                        Parler
                        Questions & réponses 


                        • La négation 
                        • Les directions 
                        timer
                        5:00
                        • We luisteren in stilte naar elkaar
                        • We doen ons best 
                        • We lachen elkaar niet uit 

                        Slide 26 - Slide

                        This item has no instructions

                        Correction
                        Redoubler  - Blijven zitten 

                        • Je déménage   -   Ik verhuis
                        • Tu déménages   -   Jij verhuist
                        • Il rdéménage   -   Hij verhuist
                        • Elle déménage   -   Zij verhuist
                        • On déménage   -   Men verhuist / Wij verhuizen
                        • Nous déménagons   -   Wij verhuizen
                        • Vous déménagez   -   Jullie verhuizen / U verhuist
                        • Ils rdéménagent   -   Zij verhuizen (mnl)
                        • Elles déménagent   -   Zij verhuizen (vrl) 

                        Slide 27 - Slide

                        This item has no instructions

                        Werkblad - de ontkenning
                        Maak het werkblad - de ontkenning 


                        - Maak het werkblad in stilte zonder gebruik te maken van je boek. 
                        Lees goed wat de opdracht is. 



                        Ben je klaar? 
                        Maak vragen in het frans die een ander ontkennend moet beantwoorden. Wissel deze vragen uit en beantwoord ze.

                        ex. tu habites à soest? 
                              Non, je n'habite pas à soest 







                        timer
                        15:00
                        Ik kan de ontkenning correct gebruiken in het Frans

                        Slide 28 - Slide

                        This item has no instructions

                        Oefenen voor toets
                        1. D-toets maken 

                        - ga naar unité 4 "tu habites où" 
                        - klik op diagnostische toets deel 1 
                        - ga naar opdrachten 
                        - maak "vocabulaire" en "grammaire" 


                        2. Verbuga
                        - ga naar verbuga.eu 
                        - oefen het werkwoord avoir, aller, être


                        timer
                        20:00
                        D-toets
                        • SOM > leermiddelen > Frans > Libre Service Junior 
                        • Kom je er niet uit steek dan je hand op. 

                        Slide 29 - Slide

                        This item has no instructions

                        Slide 30 - Slide

                        geen tijd voor gehad
                        À Mercredi! 
                        Bij de deur maak ik gebruik van de ontkenning in een zin. 

                        Mercredi 18 juin
                        • Leren : vertaling 8 ww -er van Unité 4 
                        • Mk. rijtje "monter" in schrift (FR-NL)
                        • Leren : aller, avoir & être


                        Eindtoets vendredi 4 juillet
                        • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                        • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                        Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                        • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                        • kan ik de ontkenning goed gebruiken 
                        • heb ik mijn vocabulaire geoefend voor de toets 



                          Slide 31 - Slide

                          This item has no instructions

                          Bonjour! 



                          Mercredi 18 Juin

                          Slide 32 - Slide

                          This item has no instructions

                          Les devoirs

                          Mercredi 18 juin (aujourd'hui)
                          • Leren : vertaling 8 ww -er van Unité 4 
                          • Mk. rijtje "monter" in schrift (FR-NL)
                          • Leren : aller, avoir & être

                          Lundi 23 Juin 
                          • Leren app. 1 t/m 10
                          • Mk. rijtje "gagner"  in je schrift (FR-NL)

                          Mercredi 25 Juin
                          • Leren app. 1 t/m 10
                          • Mk. rijtje "passer" in je schrift (FR-NL)

                          Eindtoets vendredi 4 juillet
                          • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                          • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                          Schrijf je huiswerk op in je plenda
                          Bij de deur geen je een vorm van een werkwoord op -er van Unité 4 
                          timer
                          2:00

                          Slide 33 - Slide

                          Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
                          • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
                          • Vertalen van zinnen in schrift 
                          Bienvenue!
                          Le programme

                          • Parler | 5' 
                          • Correction | 5'
                          • Dictée marchée | 7' 
                          • Écrit | 5'
                          • Verbuga  | 10' 
                          • Quizlet | 10' 

                              Mevrouw de With (Docent in opleiding)
                              a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
                              Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

                              Mevrouw Geluk (Bonheur)
                              r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
                              Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

                              Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                              • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                              • kan ik werkwoorden op -er correct vervoegen in het Frans 
                              • kan ik zinnen schrijven met werkwoorden 
                              • heb ik mijn vocabulaire geoefend 


                                Slide 34 - Slide

                                This item has no instructions

                                Parler
                                Questions & réponses 


                                Jezelf voorstellen 
                                • naam
                                • leeftijd 
                                • woonplaats 

                                Grammaire
                                • La négation 
                                timer
                                5:00
                                • We luisteren in stilte naar elkaar
                                • We doen ons best 
                                • We lachen elkaar niet uit 

                                Slide 35 - Slide

                                Vragen stellen, zelf beantwoorden 
                                vraag stellen aan leerling 
                                leerling de vraag aan een ander laten stellen
                                Correction
                                Monter  - Naar boven gaan 

                                • Je monte   -   Ik ga naar boven
                                • Tu montes   -   Jij gaat naar boven
                                • Il monte   -   Hij gaat naar boven
                                • Elle monte   -   Zij gaat naar boven
                                • On monte   -   Men gaat naar boven / Wij gaan naar boven
                                • Nous montons   -   Wij gaan naar boven
                                • Vous montez   -   Jullie gaan naar boven / U gaat naar boven
                                • Ils montent   -   Zij gaan naar boven (mnl)
                                • Elles montent   -   Zij gaan naar boven (vrl) 

                                Slide 36 - Slide

                                This item has no instructions

                                Dictée marchée! 
                                Qu'est-ce que nous allons faire?

                                1.  Je werkt in tweetallen 
                                2. Ieder duo heeft 1 lopen en 1 schrijver 
                                3. Schrijf alle werkwoorden op je blaadje (FR+NL)
                                •  let erop dat de werkwoorden correct gespeld zijn 
                                •  Schrijf Nederlandse betekenis erachter 
                                  4. Klaar? Lever je blaadje met namen in bij de docent en maak/leer je huiswerk 


                                Tip : Als de schrijver niet weet hoe het woord geschreven moet worden, dan moet de loper het woord spellen, de loper mag zelf niet schrijven 
                                timer
                                8:00
                                Règle du jeu 

                                - Je mag niet wisselen van loper 
                                - Je bent loper niet renner 
                                - Ren je? Dan moet je terug naar je stoel en 10 sec wachten 
                                - In lokaal ben je stil zo niet? 10sec wachten 

                                Slide 37 - Slide

                                This item has no instructions

                                Écrit
                                Schrijfopdracht 

                                1. Schrijf 6 korte zinnen (over jezelf) 
                                2. Gebruik minstens :
                                        > 3 werkwoorden op -er
                                        > 1x aller + 1x avoir + 1x être

                                  3.Begin elke zin met een onderwerp (je, tu ...) 
                                  4. Houd het eenvoudig maar correct. Onderwerp +          vervoegd werkwoord + korte aanvulling 

                                Je schrijft je naam op het blaadje en levert die bij mij in.
                                Werk je samen? Dan mogen jullie niet dezelfde zinnen hebben. 
                                timer
                                5:00
                                Ben je klaar ?

                                Geef je zinnen aan je buurman en laat hem/haar ze nakijken 
                                Ik kan werkwoorden correct gebruiken in een zin.

                                Slide 38 - Slide

                                This item has no instructions

                                Verbuga: avoir, être, aller
                                www.verbuga.eu

                                • Tijden: présent
                                • Onregelmatige: aller , avoir, être 
                                • (Optioneel) Regelmatige ww. : aimer, arriver, parler, regarder 
                                • Vink aan: Nederlands - Frans
                                • Klik op: Bevestig

                                Doel: op 70% of hoger blijven.


                                Ik kan werkwoorden correct vertalen.
                                timer
                                10:00

                                Slide 39 - Slide

                                This item has no instructions

                                Slide 40 - Slide

                                This item has no instructions

                                À Lundi! 
                                Bij de deur geen je een vorm van een werkwoord op -er van Unité 4 
                                Lundi 23 Juin 
                                • Leren app. 1 t/m 10
                                • Mk. rijtje "gagner"  in je schrift (FR-NL)

                                Mercredi 25 Juin
                                • Leren app. 1 t/m 10
                                • Mk. rijtje "passer" in je schrift (FR-NL)

                                Eindtoets vendredi 4 juillet
                                • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                                • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                                Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                                • kan ik werkwoorden op -er correct vervoegen in het Frans 
                                • kan ik zinnen schrijven met werkwoorden 
                                • heb ik mijn vocabulaire geoefend 


                                  Slide 41 - Slide

                                  This item has no instructions

                                  Bonjour! 



                                  Lundi 23 Juin

                                  Slide 42 - Slide

                                  daan, jesse, marijn, rutger, iris, sophie = iets lekkers
                                  femke, eva, maud, maartje, said, roderick, ryan 
                                  Les devoirs


                                  Lundi 23 Juin (aujourd'hui)
                                  • Leren app. 1 t/m 10
                                  • Mk. rijtje "gagner"  in je schrift (FR-NL)

                                  Mercredi 25 Juin
                                  • Leren app. 1 t/m 10
                                  • Mk. rijtje "passer" in je schrift (FR-NL)

                                  Eindtoets vendredi 4 juillet
                                  • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                                  • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                                  Schrijf je huiswerk op in je plenda
                                  Bij de deur kan je zeggen waar iets in je kamer staat 
                                  timer
                                  2:00

                                  Slide 43 - Slide

                                  Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
                                  • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
                                  • Vertalen van zinnen in schrift 
                                  Bienvenue!
                                  Le programme

                                  • Parler | 5' 
                                  • Correction | 5'
                                  • Lire | 10' 
                                  • Ma chambre | 20
                                  • Quizlet | 5' 

                                      Mevrouw de With (Docent in opleiding)
                                      a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
                                      Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

                                      Mevrouw Geluk (Bonheur)
                                      r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
                                      Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

                                      Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                      • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                                      • kan ik een leestekst over een kamer begrijpen 
                                      • kan ik mijn kamer in het Frans beschrijven



                                        Slide 44 - Slide

                                        lees tekst = tekst laten schrijven door chat, vragen over tekst (10) meerkeuze, werkwoorden onderstrepen = vertalen 

                                        achterkant voor plattegrond = kamer tekenen. 

                                        Parler
                                        Questions & réponses 


                                        Jezelf voorstellen 
                                        • naam
                                        • leeftijd 
                                        • woonplaats 

                                        Grammaire
                                        • La négation 
                                        timer
                                        5:00
                                        • We luisteren in stilte naar elkaar
                                        • We doen ons best 
                                        • We lachen elkaar niet uit 

                                        Slide 45 - Slide

                                        Vragen stellen, zelf beantwoorden 
                                        vraag stellen aan leerling 
                                        leerling de vraag aan een ander laten stellen
                                        Correction
                                        Redoubler  - Blijven zitten 

                                        • Je gagne   -   Ik win
                                        • Tu gagnes   -   Jij wint
                                        • Il gagne   -   Hij wint
                                        • Elle gagne   -   Zij wint
                                        • On gagne   -   Men wint / Wij winnen
                                        • Nous gagnons   -   Wij winnen
                                        • Vous gagnez   -   Jullie winnen / U wint
                                        • Ils gagnent   -   Zij winnen (mnl)
                                        • Elles gagnent   -   Zij winnen (vrl) 

                                        Slide 46 - Slide

                                        iets verzinnen wat ze kunnen doen tijdens het huiswerk nakijken, kruiswoord puzzel op het bord
                                        Lire
                                        Lees de tekst op je werkblad 

                                        • Beantwoord de vragen 
                                        • Onderstreep de vormen van être, avoir en aller. 
                                                 > schrijf de vormen op in je schrift 
                                                 > vertaal ze naar het Nederlands




                                        Ben je klaar? 
                                        Maak dan je huiswerk. 

                                        timer
                                        10:00

                                        Slide 47 - Slide

                                        This item has no instructions

                                        Description de ma chambre

                                        Elle est comment ta chambre? Maak gebruik van apprendre 1, 6 en 7 


                                        Opdracht 1 - 8 min
                                        • Maak een plattegrond van je kamer.
                                        • Maak 8 zinnen om je kamer te beschrijven. 
                                                > Dans ma chambre il y a .... 

                                        Opdracht 2 - 4 min 
                                        • Werk in tweetalen 
                                        • De één beschrijft zijn kamer, de ander moet het tekenen.
                                        • Vergelijk de tekeningen

                                        Opdracht 3 - 4 min 
                                        • Wissel van rol
                                        timer
                                        8:00
                                        timer
                                        4:00

                                        Slide 48 - Slide

                                        heel druk, ging niet goed 
                                        lieten het aan elkaar zien in plaats van zeggen in het frans 
                                        Dictée marchée! 
                                        Qu'est-ce que nous allons faire?

                                        1.  Je wordt ingedeeld in tweetallen 
                                        2. Ieder duo heeft 1 lopen en 1 schrijver 
                                        3. Schrijf alle woorden op je blaadje (FR+NL)
                                        •  let erop dat de woorden correct gespeld zijn 
                                        •  Schrijf Nederlandse betekenis erachter 
                                          4. Klaar? Lever je blaadje met namen in bij de docent en maak/leer je huiswerk 


                                        Als de schrijver niet weet hoe het woord geschreven moet worden, dan moet de loper het woord spellen, de loper mag zelf niet schrijven 
                                        timer
                                        7:00
                                        Règle du jeu 

                                        - Je mag niet wisselen van loper. 
                                        - Je mag niet rennen.
                                        - Ren je? Dan moet je terug naar je stoel en 10 sec wachten 
                                        - Je loopt naar je duo toe om een woord te zeggen
                                        - In lokaal ben je stil zo niet? 10sec wachten 

                                        De teams die een volledig correct blaadje hebben (FR+NL) krijgen iets lekkers de volgende les. 

                                        Slide 49 - Slide

                                        10 mots 

                                        c'est dangereux - het is gevaarlijk 
                                        la sation de métro - het metrostation 
                                        vous gagnez - jullie winnen/u wint 
                                        exactement - precies 
                                        les vêtements - de kleding 
                                        les affaires - de spullen 
                                        malheureusement - jammer genoeg 
                                        le lac - het meer 
                                        le frigo - de koelkast 
                                        sous - onder 


                                        Slide 50 - Slide

                                        This item has no instructions

                                        À Mercredi! 

                                        Mercredi 25 Juin
                                        • Leren app. 1 t/m 10
                                        • Mk. rijtje "passer" in je schrift (FR-NL)

                                        Eindtoets vendredi 4 juillet
                                        • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                                        • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                                        Bij de deur kan je zeggen waar iets in je kamer staat 
                                           > het bed staat naast de deur 
                                        Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                        • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                                        • kan ik een leestekst over een kamer begrijpen 
                                        • kan ik mijn kamer in het Frans beschrijven



                                          Slide 51 - Slide

                                          This item has no instructions

                                          Bonjour! 



                                          Mercredi 25 Juin

                                          Slide 52 - Slide

                                          This item has no instructions

                                          Les devoirs


                                          Mercredi 25 Juin (aujourd'hui) 
                                          • Leren app. 1 t/m 10
                                          • Mk. rijtje "passer" in je schrift (FR-NL)

                                          Lundi 30 Juin
                                          • Leren app. 1 t/m 10 
                                          • Maak het werkblad van vandaag af (alleen de achterkant) 



                                          Eindtoets vendredi 4 juillet
                                          • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                                          • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                                          Schrijf je huiswerk op in je plenda
                                          Bij de deur maak geef je een vorm van het werkwoord être, avoir of aller in het frans 
                                          timer
                                          2:00

                                          Slide 53 - Slide

                                          Ik wil de leerlingen bezig zien zijn 
                                          • Opschrijven van het huiswerk in plenda 
                                          • Vertalen van zinnen in schrift 
                                          Bienvenue!
                                          Le programme

                                          • Correction | 5'
                                          • Woordzoeker | 10'
                                          • Dtoets 2 | 20' 
                                          • Blooket | 10' 

                                              Mevrouw de With (Docent in opleiding)
                                              a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
                                              Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

                                              Mevrouw Geluk (Bonheur)
                                              r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
                                              Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

                                              Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                              • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                                              • heb ik mijn woordjes voor de toets herhaalt 
                                              • heb ik een diagnostische toets gemaakt en weet ik wat ik nog moet leren voor de toets 



                                                Slide 54 - Slide

                                                This item has no instructions

                                                Parler
                                                Questions & réponses 


                                                Jezelf voorstellen 
                                                • naam
                                                • leeftijd 
                                                • woonplaats 

                                                Grammaire
                                                • La négation 
                                                timer
                                                5:00
                                                • We luisteren in stilte naar elkaar
                                                • We doen ons best 
                                                • We lachen elkaar niet uit 

                                                Slide 55 - Slide

                                                Vragen stellen, zelf beantwoorden 
                                                vraag stellen aan leerling 
                                                leerling de vraag aan een ander laten stellen
                                                Correction
                                                Passer - Doorbrengen 

                                                • Je passe   -   Ik breng door 
                                                • Tu passes   -   Jij brengt door 
                                                • Il passe   -   Hij brengt door 
                                                • Elle passe   -   Zij brengt door 
                                                • On passe   -   Men brengt door  / Wij brengen door
                                                • Nous passons   -   Wij brengen door 
                                                • Vous passez   -   Jullie brengen door / U brengt door 
                                                • Ils passent   -   Zij brengen door (mnl)
                                                • Elles passent   -   Zij brengen door (vrl) 

                                                Slide 56 - Slide

                                                iets verzinnen wat ze kunnen doen tijdens het huiswerk nakijken, kruiswoord puzzel op het bord
                                                Vocabulaire
                                                Woordzoeker 


                                                • Vertaal de woorden naar het Frans
                                                • Vind de franse woorden in de woordzoeker 





                                                Ben je klaar?
                                                Maak dan de opdracht op de achterkant van je werkblad (je huiswerk)
                                                timer
                                                10:00

                                                Slide 57 - Slide

                                                This item has no instructions

                                                Oefenen voor toets
                                                1. D-toets maken 

                                                > klik op : Unité 4 "tu habites où?" 
                                                > ga naar : (9) Diagnostische toets - deel 2 
                                                > klik op "Opdrachten" 
                                                > maak "vocabulaire" en "grammaire" 
                                                 

                                                2. Verbuga
                                                - ga naar verbuga.eu 
                                                - oefen het werkwoord avoir, aller, être 

                                                > temps/tijden : présent 
                                                > verbes irréguliers/onregelmatige ww : aller, avoir & être
                                                > Nederlands-Frans 
                                                > confirmer/bevestigen 

                                                Blijf boven de 70% 


                                                timer
                                                20:00
                                                D-toets
                                                • SOM > leermiddelen > Frans > Libre Service Junior 
                                                • Kom je er niet uit steek dan je hand op. 
                                                3. Quizlet - vocabulaire herhalen 

                                                Doe mee met een toegewezen activitiet
                                                > quizlet live 
                                                > code : AVU73Y




                                                Slide 58 - Slide

                                                This item has no instructions

                                                Slide 59 - Slide

                                                This item has no instructions

                                                À Mercredi! 
                                                Bij de deur maak geef je een vorm van het werkwoord être, avoir of aller in het frans 

                                                Lundi 30 Juin
                                                • Leren app. 1 t/m 10 
                                                • Werkblad afmaken (alleen de achterkant) 



                                                Eindtoets vendredi 4 juillet
                                                • Unité 4: app. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10 (hele hoofdstuk)
                                                • Werkwoorden: aller, avoir, être & -er








                                                Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                                • heb ik spreekvaardigheid geoefend  
                                                • heb ik mijn woordjes voor de toets herhaalt 
                                                • heb ik een diagnostische toets gemaakt en weet ik wat ik nog moet leren voor de toets 



                                                  Slide 60 - Slide

                                                  This item has no instructions


                                                  Bienvenue à la dernière lesson! 

                                                  Slide 61 - Slide

                                                  This item has no instructions

                                                  Bienvenue!
                                                  Le programme

                                                  • Questions | 5'
                                                  • Jeux | 10'
                                                  • Blooket | 10" 
                                                  • Le Grand Quiz - Kahoot | 15" 
                                                  • Photo de classe | 5' 

                                                      Mevrouw de With (Docent in opleiding)
                                                      a.dewith@hetbaarnschlyceum.nl
                                                      Afwezig: dinsdag, donderdag & vrijdag

                                                      Mevrouw Geluk (Bonheur)
                                                      r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
                                                      Afwezig: dinsdagochtend & vrijdag

                                                      Lesdoelen : aan het einde van de les ....

                                                      • heb ik geoefend voor de laatste toets Frans 



                                                        Slide 62 - Slide

                                                        This item has no instructions

                                                        Questions
                                                        Dit zijn mogelijke vragen die je op de toets kunt krijgen. Beantwoord deze in je schrift. 

                                                        1. Vertaal het dikgedrukte woord naar het Nederlands
                                                        > J'achète des vêtements dans un magasin

                                                        2. Kies het juiste Franse woord. Vertaal deze vervolgens. 
                                                        > Tu prends l’ascenseur / le grenier et tu arrives au deuxième étage.


                                                        timer
                                                        5:00
                                                        3. Vertaal het onderwerp en vervoeg het werkwoord in het Frans 
                                                        > ........... l'escalier pour aller dans ma chambre (Wij gaan naar boven) 

                                                        4.  Beantwoord de vraag ontkennend in het Frans. Maak een complete zin 
                                                        Ex : Tu danses?  (Niet
                                                                Non, je ne danse pas. 

                                                        > Nous sommes à Paris?       (Niet meer) 


                                                        Maak het in stilte.
                                                        Ben je klaar? Steek je vinger op dan komt mevrouw Geluk langs 



                                                          Slide 63 - Slide

                                                          This item has no instructions

                                                          Pictionary | Vocabulaire

                                                          Je gaat in teams werken 3/4/5 leerlingen (8 groepjes) 

                                                          • Pak een kaartje en teken het woord in je schrift of op een papiertje.
                                                          • De andere proberen het woord te raden.
                                                          • Is het gelukt? -> volgende kaart, volgende tekenaar! 



                                                          Niet praten of schrijven tijdens het tekenen! 
                                                          Het groepje met de meest correcte antwoorden wint! 
                                                          timer
                                                          10:00

                                                          Slide 64 - Slide

                                                          This item has no instructions

                                                          Slide 65 - Slide

                                                          This item has no instructions

                                                          Le grand quiz - Kahoot

                                                          Slide 66 - Slide

                                                          This item has no instructions

                                                          Photo de classe : A1c 

                                                          Slide 67 - Slide

                                                          This item has no instructions