1.4 Waar blijft alle grind, zand en klei?

1.4 Waar blijft alle grind, zand en klei?
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.4 Waar blijft alle grind, zand en klei?

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
- Je weet op welke manier zandbanken, duinen en een delta worden gevormd.
- Je begrijpt dat in een laagvlakte sedimentatie optreedt en dat uit samengeperste sedimenten na lange tijd sedimentgesteenten ontstaan.
- Je kunt met behulp van een foto de naam en een aantal kenmerken van sedimentgesteente benoemen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Zandsteen
Schalie
Kalksteen

Slide 10 - Slide

Wat is de juiste volgorde?
A
Sedimentatie-erosie-verwering
B
Erosie-verwering-sedimentatie
C
Verwering-erosie-sedimentatie
D
Erosie-sedimentatie-verwering

Slide 11 - Quiz

Bij welke letter vindt de meeste verwering plaat?
A
A
B
B
C
C

Slide 12 - Quiz

Welke letter geeft de laagvlakte aan?
A
A
B
B
C
C

Slide 13 - Quiz

Wat zie je hier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Delta

Slide 14 - Quiz

middenloop
bovenloop
benedenloop
zand 
klei
rotsen
grind
erosie
verwering
sedimentatie

Slide 15 - Drag question

Wat zie je hier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Delta

Slide 16 - Quiz

Wat zie je hier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Delta

Slide 17 - Quiz

Schalie 
Kalksteen 
Zandsteen 
Schelpen 
Klei
Zand 

Slide 18 - Drag question

Waaraan herken je sedimentgesteente?
A
Laagjes
B
Stolling
C
Fossielen
D
Los materiaal

Slide 19 - Quiz

Leerdoelen
- Je weet op welke manier zandbanken, duinen, een delta en een estuarium worden gevormd.
- Je begrijpt dat in een laagvlakte sedimentatie optreedt en dat uit samengeperste sedimenten na lange tijd sedimentgesteenten ontstaan.
- Je kunt met behulp van een foto de naam en een aantal kenmerken van sedimentgesteente benoemen.

Slide 20 - Slide