verband of oorzaak-gevolg

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

NU.nl schreef:

"Zoogdieren in nood kunnen 'ademen' via de anus, misschien mensen ook."

Onderzoek op  proefdieren omdat er tijdens de coronacrisis een tekort was aan beademingsapparatuur.

Zou dit kunnen? JA / NEE

Kanttekeningen:

-proefdieren waren gezond.

-hoe de opname van zuurstof gaat is niet bekend.

-duur van het onderzoek was erg kort, of dit langer toegepast kan worden is nog onduidelijk.

-onderzoek op proefdieren is niet zomaar over te zetten naar mensen.

Telegraaf schreef:

"Amerikaans onderzoek toont: suiker niet goed voor hersenen kind."

2 groepen jonge ratten: 1 groep krijgt normaal voedsel, andere groep krijgt normaal voedsel en mag suikerwater drinken.

Groep met suikerwater scoort minder op geheugentesten.

Zou dit kunnen? JA / NEE

Kanttekeningen:

-groep met suikerwater nam hierdoor minder van het normale voer, dus dat zou ook de reden kunnen zijn voor het slechter scoren op geheugentesten.

-aanname was: suiker brengt darmflora in de war waardoor er geheugenproblemen ontstaan. Dit is al vaker onderzocht maar hoe dit werkt is niet duidelijk.

-geen causaliteit (oorzaak-gevolg) aangetoond.

Algemeen Dagblad schreef:

"Artsen zouden moeten overwegen deze middelen te staken en over te gaan op andere bloedverdunners."

Verhoogd risico op artrose (slijtage) bij ouderen als gevolg van behandeling met bepaalde bloedverdunners (vitamine K remmers).

Zou dit kunnen? JA / NEE

Kanttekeningen:

-vitamine K heeft relatie met artrose, risicofactor.

-mensen met vitamine K remmers (bloedverdunners) hebben 2x meer artrose op röntgenfoto's en nieuwe gewrichten, het is niet duidelijk of ze ook meer klachten hadden zoals pijn en stijfheid.

-1 op de 15 - 20 patiënten die vitamine K remmers moet gebruiken omdat er voor hun geen alternatief is, krijgt artrose.

-voordeel van bloedverdunners weegt niet op tegen nadelen van artrose.

Correlatie = er is een verband tussen 2 factoren, maar er hoeft geen oorzaak-gevolg relatie te zijn.

Causaliteit = er is sprake van een oorzaak-gevolg relatie.

Voorbeelden:

• Als er op het strand veel ijsjes worden verkocht verdrinken er meer mensen in de zee.
• Door roken ontstaan hart- en vaatziekten.

Correlatie = er is een verband tussen 2 factoren, maar er hoeft geen oorzaak-gevolg relatie te zijn.

Causaliteit = er is sprake van een oorzaak-gevolg relatie (volgens onderzoek)

Voorbeelden:

• Als je een aansteker in je tas hebt dan is er een grotere kans op longkanker.
• Meer brandweermannen bij een brand, dan is er ook meer schade na de brand.