Klas 1 herhaling H4 en 5.1 en 5.2

Deze les
We gaan eerst bezig met een aantal vragen die de herhaling zijn van hoofdstuk 4 (Verhoudingen).
Dan komt er een aantal vragen over
5.1 Lengtematen en
5.2 Lengtematen gebruiken.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Deze les
We gaan eerst bezig met een aantal vragen die de herhaling zijn van hoofdstuk 4 (Verhoudingen).
Dan komt er een aantal vragen over
5.1 Lengtematen en
5.2 Lengtematen gebruiken.

Slide 1 - Slide

Vul in "is meer dan"of "is minder dan"of "is gelijk aan"
1 op de 4......... 1/5
A
is meer dan
B
is minder dan
C
is gelijk aan

Slide 2 - Quiz

Vul in "is meer dan"of "is minder dan"of "is gelijk aan"
3 op de 12 .................. 1/4
A
is meer dan
B
is minder dan
C
is gelijk aan

Slide 3 - Quiz

Welk deel van
de rechthoek
is gekleurd?
A
2/5
B
3/10
C
4/10
D
3/5

Slide 4 - Quiz

Brend schiet 21 van de 25 strafschoppen raak.
Hoeveel procent is dat?
A
21 %
B
79%
C
84%
D
16%

Slide 5 - Quiz

2 op de 5 leerlingen komt met de bus naar school.
Hoeveel van de 260 leerlingen komen met de bus?
A
52
B
104
C
130

Slide 6 - Quiz

In deze flat is een aantal
woningen te koop.
Welk deel van het totaal
aantal woningen staat te koop?
A
1/3
B
1/2
C
1/5
D
2/5

Slide 7 - Quiz

50 tegels zijn te koop voor 75 euro.
Hoeveel betaal je voor 30 tegels?
A
40 euro
B
45 euro
C
50 euro
D
55 euro

Slide 8 - Quiz

Uitleg

Slide 9 - Slide

Kies de juiste lengtemaat.
De hoogte van een deur is 21....
A
mm
B
cm
C
dm
D
m

Slide 10 - Quiz

De lengte
van je bestek is 190....
A
mm
B
cm
C
dm
D
m

Slide 11 - Quiz

De lengte van Jos is 158...
A
mm
B
cm
C
dm
D
m

Slide 12 - Quiz

Vul de juiste maat in.
De Domtoren is iets meer dan 112.... hoog.
A
mm
B
cm
C
dm
D
m

Slide 13 - Quiz

De breedte van een A4 papier is ongeveer 20.....
A
mm
B
cm
C
dm
D
m

Slide 14 - Quiz

Uitleg

Slide 15 - Slide

Dit kan je ook gebruiken:

Slide 16 - Slide

Jelle rijdt met een vrachtwagen
met een hoogte van 346 cm.
Bij een tunnel ziet hij dit bord staan.
Hij kan er niet door,hoeveel
meter is zijn vrachtwagen te hoog??
A
36
B
3,6
C
0,36
D
0,036

Slide 17 - Quiz

Voor biologie meet Guus de lengte van zijn vingers.
Zijn pink is 4,9 cm.
Welke lengte moet hij achter zijn pink invullen?
A
0,49 mm
B
4,9 mm
C
49 mm
D
490 mm

Slide 18 - Quiz

Naar Waldijk
is het 7,8 km.
Kies de juiste
betekenis van 7,8 km.
A
7 km en 0,8 m
B
7 km en 8 m
C
7 km en 80 m
D
7 km en 800 m

Slide 19 - Quiz

Vul in "is korter dan" of " is langer dan" of "is even lang als".
340 cm....... 3,2 m
A
is korter dan
B
is langer dan
C
is even lang als

Slide 20 - Quiz

Vul in "is korter dan" of " is langer dan" of "is even lang als".
2,5 cm ............... 25mm
A
is korter dan
B
is langer dan
C
is even lang als

Slide 21 - Quiz

Vul in "is korter dan" of " is langer dan" of "is even lang als".
4 km .............. 4020 m
A
is korter dan
B
is langer dan
C
is even lang als

Slide 22 - Quiz

Vul in "is korter dan" of " is langer dan" of "is even lang als".
340 mm.................43 cm
A
is korter dan
B
is langer dan
C
is even lang als

Slide 23 - Quiz

Wat vind je nog moeilijk?

Slide 24 - Open question