Lezen H3 - inleiding, slot en hoofdgedachte

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

WELKOM 

bij Nederlands 

Planning vandaag

• Planning periode 
• Herhalen H1 en H2
• Startopdrachten 

Periode A

Lezen H1 t/m 3 

Toetsmoment: woensdag 25 september 

Woordenschat H1 t/m 5

Toetsmoment: maandag 11 november

Uit welke drie delen bestaat een tekst? 

• inleiding, middenstuk en slot  

Hoe noemen we de verschillende aspecten/kanten van het onderwerp, die besproken worden in het middenstuk?

H2: deelonderwerpen 

• Een tekst is vaak verdeeld in een inleiding, een middenstuk (kern) en een slot. 

• In het middenstuk – het grootste tekstdeel – staat de meeste informatie over het onderwerp. 

• In dit deel van de tekst worden meestal verschillende aspecten (kanten, delen) van het onderwerp besproken: dit noemen we deelonderwerpen. 

• Voorbeeld: onderwerp: ‘film’, deelonderwerpen: ‘actiefilm’, ‘griezelfilm’ en ‘sciencefiction’.  

H3: inleiding, slot en 

hoofdgedachte

• Het eerste deel van een tekst is de inleiding. Hierin wordt duidelijk gemaakt wat het onderwerp van de tekst is (bijv. anekdote).

• Het laatste deel van een tekst is het slot. Daar vind je bijvoorbeeld een conclusie of een korte samenvatting (bijv. toekomst).

Niet af? Zet de opdrachten in je daltonplanagenda bij NE donderdag. 

H3: inleiding, slot en 

hoofdgedachte

De hoofdgedachte van een tekst is één volledige zin, die het belangrijkste samenvat wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt. 

Opdracht

Vandaag leren we: inleiding / slot / hoofdgedachte van een tekst vinden

• Lees de tekst van gister nog een keer.
• Uit welke alinea's bestaat de inleiding? 
• Uit welke alinea's bestaat het slot?
• Wat is dus het middenstuk en waaraan kun je dat zien?
• Schrijf de hoofdgedachte van de tekst op. (In een zin het belangrijkste dat over het onderwerp gezegd wordt in de tekst.)

Niet af? Zet de opdrachten in je daltonplanagenda bij NE donderdag. 

Wat is de functie van de inleiding?
(welk doel heeft een inleiding?)

1. Onderwerp duidelijk maken (en aandacht trekken bij de lezer)
2. Samenvatting geven van de tekst.
3. Deelonderwerpen bespreken.
4. Een conclusie geven

Functies van het slot.
Wat is een functie van het slot?

1. De centrale vraag stellen
2. Een advies geven
3. Een samenvatting geven.
4. Enkele personen introduceren.

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?

1. de belangrijkste zin van een alinea
2. het onderwerp van de tekst
3. een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent
4. het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin

Onderwerp en hoofdgedachte:
Wat kan géén hoofdgedachte zijn?

1. Jongetje stoot beeld van 4.000 euro om en moet betalen
2. Honden troosten kinderen na aanslag in VS
3. doden door stortbuien China
4. Kangoeroe huppelt door weiland op Texel

Wat is de hoofdgedachte?

De hoofdgedachte = ?

1. Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
2. Arnhemmer Bart van den Akker.
3. Spin op ongewone plek
4. De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.