M1B Thuisschool Grammar Think Present Simple negative / questions worksheet maandag 15 juni 2020

Even terug naar de vorige lessen
Wat hebben we geleerd? 
Present Simple (negative) 
hoe maken we die?  
weten jullie ze nog? 
Present Simple (questions) 
hoe maken we die?  
weten jullie ze nog? 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Even terug naar de vorige lessen
Wat hebben we geleerd? 
Present Simple (negative) 
hoe maken we die?  
weten jullie ze nog? 
Present Simple (questions) 
hoe maken we die?  
weten jullie ze nog? 

Slide 1 - Slide

Present Simple (negative)
Normale zin in de Present Simple:
- I play computer games on Saturdays

Dezelfde zin maar dan in de negatieve vorm:
- I don't play computer games on Saturdays

Slide 2 - Slide

Present Simple (negative) 
Maar hoe zit dat dan met he, she en it? 
Normale zin in de Present Simple:
- She plays the piano on Sundays

Dezelfde zin maar dan in de negatieve vorm:
- She doesn't play the piano on Sundays
Let op: Als je doesn't gebruikt vervalt de 's' achter het ww

Slide 3 - Slide

Present Simple (questions)
Normale zin in de Present Simple:
- We go to school on Mondays

Dezelfde zin maar dan in de vragende vorm: 
- Do we go to school on Mondays?

Slide 4 - Slide

Present Simple (questions) 
Maar hoe zit dat dan met he, she en it? 
Normale zin in de Present Simple:
- She plays the piano on Sundays

Dezelfde zin maar dan in de vragende vorm:
- Does she play the piano on Sundays?
Let op: Als je does gebruikt vervalt de 's' achter het ww

Slide 5 - Slide

Vragen over het huiswerk??

Slide 6 - Slide

Worksheet Present Simple questions and negatives 1

Slide 7 - Slide

Worksheet Present Simple questions and negatives 2

Slide 8 - Slide

Worksheet Present Simple questions and negatives 3

Slide 9 - Slide

Vragen of opmerkingen nav het huiswerk?

Slide 10 - Slide

Pak je agenda er even bij
RULE: We use do and does before/ after the subject to make questions. We use .....Do............. + I/you/we/they + base form and ......Does.................+ he/she/it + base form

To answer we use:
Yes, I/you/we/they do           No, I/you/we/they don't
Yes, he/she/ it does                             No, he/she/it doesn't

Slide 11 - Slide

Repetitie Unit 5 Think 
Wanneer?
Donderdag 25 juni, lesuur 3
Hoe?
Digitaal (leerlingen in de klas via chromebook, thuis via eigen device (+ ander device voor meet) 

Slide 12 - Slide

Wat moet je leren? 
Grammatica:
1) Present Simple (blz 50 SB)
2) Adverbs of frequency  (blz 50 SB)
3) Present Simple negative/questions (blz 51/ 52 SB)
Vocabulary:
1) Free-time activities (blz 50 SB)
2) Gadgets (blz 53 SB) 

Slide 13 - Slide

Maak het volgende voor woensdag 17 juni: 
Workbook blz 50 Reading oefening 1,2 en 3 en blz 51 Developing Writing oefening 1, 2,3, 4 en 5
Good luck!
Ik zet het huiswerk zo ook in SOM 

Slide 14 - Slide