Destination: voyage cours 2

Bonjour ! Comment ça va ?
1 / 44
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Bonjour ! Comment ça va ?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Les buts du cours
  • tu peux faire un dialogue sur ton voyage
  • tu répètes le grammaire du passé composé avec avoir.
  • tu apprends le grammaire du passé composé avec être.

Slide 2 - Slide

Belangrijke opdrachten H3: ex. 4,5,6,8,9,10,12,15,16,17,18.
 
Belangrijke opdrachten H5: ex. 2,3,4,5,6,7,8,9,10,12,13,15,16,18,19,20, 21,26,27 
Je voyages .......?.......

.

Tu voyages comment?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Et toi, tu vas où?


Moi, je vais en Italie.
Choisis une destination:______________
Où?


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Et toi, tu vas où?


Moi, je vais en Italie.
Choisis une destination:______________
Où?


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

vrouwelijk land ->   en France, en Italie
mannelijk land ->   au Maroc, au Danemark
meervoud ->            aux Pays-Bas
ville                             à Paris, à Londres, à Madrid

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Ça coute combien?
Ça coute _______ euros
les nombres de 10 à 100

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Je pars __ / __


Tu pars quand?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Tu pars à quelle heure?
Je pars à ______ heures

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

le billet de train

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

EXERCICE
1. Remplis  ton billet.
2. Faites le dialogue en duo.
3. Changez de rôle.
timer
10:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Unité 1 - Grammaire II - Passé Composé
Deel 1: passé composé met 'avoir'
  • Uitleg (livre page 106)
  • Uitlegfilmpje werkwoord (youtube)
  • Oefenvragen
Deel 2: passé composé met 'être'
  • Uitleg
  • Uitlegfilmpje werkwoord (youtube)
  • Uitlegfilmpje werkwoord (boek)
  • Oefenvragen
Algemeen
  • Websites met extra oefeningen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Deel 1: Grammaire | Passé Composé met avoir

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Hulpwerkwoord 'avoir'
a
as
a
avons
avez
ont

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

parler
regarder
écouter
voyager
travailler
acheter
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Voltooid deelwoord (regelmatig op -er)
Infinitief      | Voltooid deelwoord 
parlé
regardé
écouté
voyagé
travaillé
acheté

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: U heeft gepraat

Slide 18 - Open question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Jij hebt gekocht

Slide 19 - Open question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Jean en Marie hebben gekeken

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

attendre
vendre
répondre
entendre
perdre
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Voltooid deelwoord (regelmatig op -re )
Infinitief     | Voltooid deelwoord 

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Ik heb gewacht (attendre)

Slide 22 - Open question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Men heeft verkocht (vendre)

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

finir
réfléchir
réussir
remplir
choisir
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Voltooid deelwoord (regelmatig op -ir )
Infinitief     | Voltooid deelwoord 

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Ik heb gekozen (choisir)

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Passé composé
faire
j'ai
prendre
tu as
être
il a
avoir
on a
Voltooid deelwoord (onregelmatige)
fait
été
eu
pris

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Jij bent geweest (être)

Slide 27 - Open question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Ik heb gemaakt/gedaan (faire)

Slide 28 - Open question

This item has no instructions


Passé composé met hulpwerkwoord avoir
Vertaal: Wij hebben gehad (avoir)

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Einde deel 1
Fini (klaar)
Je hebt nu alles geleerd over de passé composé met het hulpwerkwoord avoir (ik heb gehad, wij hebben gepraat etc.)
Extra oefenen? Zie alle oefenwebsites aan het einde van deze LessonUp.
 
Maak nu exercice 15 c,d (livre page 106 et 107)

Deel 2 
Hierna komt deel 2. Hier leer je alles over de passé composé met het hulpwerkwoord être  (ik ben gegaan, wij zijn gevallen etc.)

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Deel 2: Grammaire | Passé Composé met être

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Video

This item has no instructions

gaan
aller
blijven

rester
aankomen

arriver
vallen

tomber
naar binnen gaan
entrer
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
Voltooid deelwoorden met hulpwerkwoord être
Deel 1, van de werkwoorden die in de passé composé het hulpwerkwoord être krijgen.
allé
resté
arrivé
tombé
entré

Slide 33 - Drag question

This item has no instructions

Passé composé
Voltooid deelwoord (onregelmatige)
M
V
Enk.
-
e
Mv.
s
es
Let op het onderwerp in de zin!
extra e en/of s achter het voltooid deelwoord:

Slide 34 - Drag question

This item has no instructions


 Grammaire 'Passé composé' | être
Pierre ...... (tomber)
A
tombe
B
est tombé
C
est tombée
D
est tombés

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions


 Grammaire 'Passé composé' | être
Monsieur, vous ..... ? (rester)
A
restez
B
êtes restée
C
êtes restés
D
êtes resté

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions


Grammaire 'Passé composé' | être
Les filles .... ..... à Paris (aller)
A
vont
B
ont été
C
sont allé
D
sont allées

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Einde deel 2
Fini (klaar)
Je hebt nu alles geleerd over de passé composé met het hulpwerkwoord avoir en être
Extra oefenen? Zie alle oefenwebsites aan het einde van deze LessonUp.
 
Maak nu exercice 16 a,c,d (livre page 107 et 108)

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Extra oefenen ? 1/2
Onbeperkte oefeningen:
  • www.verbuga.eu [ klik op Nederlandse vlag!]
  • Temps (tijd): 
    * = passé composé
    ** = présent +  passé composé (voor het verschil)
  • Irréguliers (onregelmatige) : avoir & être (faire)
  • réguliers: arriver, parler
  • Vink aan: Nederlands - Frans
  • Bevestig
  • Probeer zo veel mogelijk op 100% te houden.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Extra oefenen ? 2/2
Websites

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Le passé composé
J'ai voyagé en avion.

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je geleerd deze les?
Donnez des exemples!

Slide 43 - Open question

This item has no instructions

Bronnen:

Slide 2, 11, 12
Grandes lignes
Berg-Moumadi, K., Brocken, E., Brouwer C., Hendriks, R., Hommersom-Schreuder, P., Hugon, G. . . . Wedershoven-Pastour, M. (z.d.). Grandes Lignes 3 VWO Cahier d’Activités A, Noordhoff

Slide 15
Franse Les. (2017, September 18). Grammaire: le passé composé être - het voltooid deelwoord met zijn [Video]. YouTube.

https://www.youtube.com/watch?v=Y6fcx33wtS8

Slide 32:
Franse Les. (2017a, September 18). Grammaire: le passé composé avoir - het voltooid deelwoord met hebben [Video]. YouTube.
https://www.youtube.com/watch?v=1VL79DR6G5U

Slide 41 https://www.quora.com/Can-someone-meet-each-other-if-they-are-from-different-airlines-and-at-Turkey-Airport-and-one-of-them-had-a-layover-Is-it-allowed-that-we-can-met-each-other



Slide 44 - Slide

This item has no instructions