les 3 - meten

Natuurkunde = meten
  • Meten = weten
  • Grootheden
  • Eenheden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Natuurkunde = meten
  • Meten = weten
  • Grootheden
  • Eenheden

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Aan het eind van de les kan je bij verschillende metingen het juiste meetinstrument kiezen
- Aan het eind van de les kan je het verschil uitleggen tussen een grootheid en een eenheid
Aan het eind van de les kan je eenheden omrekenen

Slide 2 - Slide

Meetinstrumenten

Slide 3 - Slide

Grootheden en eenheden
Grootheid: Wat je meet

Eenheid: De maat waarin je het meet

Slide 4 - Slide

Wat je meet = grootheid
Waarin je het meet  = eenheid
grootheid
eenheid
lengte
meter
massa
gram
tijd
uur
volume
liter
temperatuur
graden Celsius

Slide 5 - Slide

lengte = 10 meter
Grootheid                cijfer            eenheid

Slide 6 - Slide

Welke eenheid is GEEN eenheid van tijd?
A
seconde
B
uur
C
jaar
D
stopwatch

Slide 7 - Quiz

Wat meet je als je wil weten of het water voor de spaghetti kookt?
Wat meet je als wil weten hoe lang een film duurt?
De bus vertrekt om 8 ......
Wat meet je als de suiker in de cakemix wil doen?
Wat gebruik je om te meten hoe warm iets is?
Wat meet je als de melk afmeet voor de pannenkoeken?
temperatuur
tijd
inhoud
thermometer
uur
gewicht

Slide 8 - Drag question

Afstand is een grootheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Wat is een grootheid en wat is een eenheid?
Grootheid
Eenheid
lengte
oppervlakte
seconde
kilogram
snelheid
centimeter
uur
tijd
kilometer
gewicht
hectare

Slide 10 - Drag question

Wat is geen grootheid?
A
frequentie
B
snelheid
C
tijd
D
meter

Slide 11 - Quiz

Eenheden omrekenen

Slide 12 - Slide

Eenheden omrekenen
De voorvoegsels kun je voor alle eenheden zetten





kan het dametje met de centimeter meten

Slide 13 - Slide

Omrekenen:
Hoeveel gram is gelijk aan 1 kg?
A
1 g
B
10 g
C
100 g
D
1000 g

Slide 14 - Quiz

100 cm =
A
1 meter
B
10 meter
C
1 kilometer
D
10 kilometer

Slide 15 - Quiz

Volume
Volume is hetzelfde als de inhoud van een voorwerp.

De ruimte die een voorwerp inneemt

Slide 16 - Slide

Volume (II)
In sommige gevallen kun je het volume ook anders bepalen.                        
                   volume =
 lengte x breedte x hoogte

Slide 17 - Slide

Volume

Volume kun je bepalen met de onderdompelmethode
1 mL = 1 cm^3

Slide 18 - Slide

maatcilinder
Nauwkeurig het volume (inhoud) van een vloeistof opmeten.  

Slide 19 - Slide

Hoe lees ik een maatcilinder af..

Slide 20 - Slide

Een eenheid is....
A
Een eigenschap van iets die je kunt meten
B
De maat waarin je iets kunt meten
C
Hoe groot iets is

Slide 21 - Quiz

huiswerk 
les 3  Meten
zie classroom
klaar?  Lezen zo zit dat of maken les waarnemen

Slide 22 - Slide