H 4.3_Hoe verkoop ik mijn idee?

H4: Hoe ondernemend ben jij?
1 / 37
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H4: Hoe ondernemend ben jij?

Slide 1 - Slide

H 4.3: Hoe verkoop ik mijn idee?


  • Terugblik paragraaf 4.2;
  • Doorlezen paragraaf 4.3;
  • Lesdoelen par. 4.3;
  • Uitleg;
  • Maken + bespreken opdrachten;
  • Huiswerk volgende les;
  • Leerdoelen par 4.3

Slide 2 - Slide

Op deze begroting maak je een inschatting van hoeveel geld je nodig hebt voor je bedrijf
A
financieringsplan
B
Investeringsbegroting
C
Resultatenbegroting
D
vreemd vermogen

Slide 3 - Quiz

In welk financieel plan staan de verwachte kosten van machines die vervangen moeten gaan worden?
A
Exploitatiebegroting
B
Investeringsbegroting

Slide 4 - Quiz

Stelling I : een investeringsbegroting geeft aan hoeveel geld je nodig hebt voor bedrijfsmiddelen om te starten.

Stelling II : een financieringsbegroting geeft aan hoe de investeringen betaald gaan worden.


A
Stelling I is juist Stelling II is onjuist
B
Stelling I is onjuist Stelling II is juist
C
Stelling I en II zijn juist
D
Stelling I en II zijn onjuist

Slide 5 - Quiz

Om een eigen bedrijf te kunnen starten heb je spullen nodig.
Je maakt een .......begroting
A
investeringsbegroting
B
resultatenbegroting
C
financieringsbegroting
D
huishoudbegroting

Slide 6 - Quiz

In welke begroting vind je de verwachte inkomsten en uitgaven?
A
Investeringsbegroting
B
Financieringsbegroting
C
Exploitatiebegroting
D
Liquiditeitsbegroting

Slide 7 - Quiz

Wat komt niet voor op een investeringsbegroting
A
vlottende activa
B
omzet
C
aanloopkosten
D
liquide middelen

Slide 8 - Quiz

Doorlezen paragraaf 4.3

Slide 9 - Slide

Leerdoelen par. 4.3:
> Je kunt uitleggen wat marketing is;
> Je kunt het marktaandeel uitrekenen en toelichten;
> Je kent de marketingmix en kunt deze toepassen;
> Je kunt uitleggen hoe je de verkoop kan bevorderen en hoe je de consument kan beïnvloeden.

Slide 10 - Slide

Lesdoel 
Je kunt uitleggen wat marketing is.

Slide 11 - Slide

Marketing
Marketing heeft betrekking op alle activiteiten die een bedrijf uitvoert om de verkoop van producten of diensten te stimuleren.

Slide 12 - Slide

Lesdoel 
Je kunt het marktaandeel uitrekenen en toelichten.

Slide 13 - Slide

Marktaandeel
Marktaandeel is het aandeel wat een bedrijf in handen heeft van de totale markt.

Dit aandeel wordt uitgedrukt in een percentage van de totale afzet of de totale omzet.

Slide 14 - Slide

Formule marktaandeel
Eigen omzet : totale omzet = marktaandeel 
of
Eigen afzet : totale afzet = marktaandeel

Slide 15 - Slide

Voorbeeld marktaandeel
In Den Haag heb je een aantal bakkers en die verkopen allemaal croissantjes. Samen  verkopen ze  1 miljoen croissantjes per jaar.
Bakker Segaar verkoopt in datzelfde jaar 150.000 croissantjes.

Wat is het marktaandeel van Bakker Segaar?

Slide 16 - Slide

Voorbeeld marktaandeel
Totaal aan croissantjes = 1.000.000 (1 miljoen) (= geheel
Bakker Segaar = 150.000 croissantjes (= deel)

Formule =   

(150.000 / 1000.000 ) x 100 = 15% 
Bakker Segaar verkoopt dus 15% van alle croissantjes in DH
GeheelDeel100

Slide 17 - Slide

Lesdoel 
Je kent de marketingmix en kunt deze toepassen.

Slide 18 - Slide

Marketing
mix


De 6 P's

Slide 19 - Slide

Lesdoel 
Je kunt uitleggen hoe je de verkoop kan bevorderen en hoe je de consument kan beïnvloeden.

Slide 20 - Slide

Prijspolitiek
  • Hoge prijzen -> luxe uitstraling.   
  • Lage prijzen -> goedkope uitstraling
  • Psychologische prijzen ->  4,00 of 3,99 
  • Afroomprijzen-> bij introductie een hoge prijs -> veel winst en later wordt het product / dienst goedkoper
  • Penetratieprijzen -> bij introductie  een scherpe lage prijs -> direct groot marktaandeel 

Slide 21 - Slide

Ideële reclame
commerciële reclame

Slide 22 - Slide

Ideële reclame
Ideële reclame. gericht op het doorgeven van een belangeloze boodschap

Veel ideële reclame wordt verzorgd door SIRE (Stichting Ideële REclame).

Slide 23 - Slide

Maken opdrachten 
Je hebt 15 minuten om te werken aan de opderachten 
van paragraaf 4.3



timer
15:00

Slide 24 - Slide

Huiswerk volgende week
Paragraaf 4.3


Slide 25 - Slide

Zijn de lesdoelen behaald?
> Je kunt uitleggen wat marketing is;
> Je kunt het marktaandeel uitrekenen en toelichten;
> Je kent de marketingmix en kunt deze toepassen;
> Je kunt uitleggen hoe je de verkoop kan bevorderen en hoe je de consument kan beïnvloeden.

Probeer de volgende vragen te beantwoorden zonder het boek te gebruiken.

Slide 26 - Slide

Uit welke P's bestaat de marketingmix.
A
Product, Plaats, Prijs, Promotie, PowerPoint, Presentatie
B
Product, Plaats, Prijs, Promotie, Personeel
C
Product, Plaats, Prijs, Promotie, Personeel, Presentatie
D
Product, Plaats, Prijs, Producent, Personeel, Promotie

Slide 27 - Quiz

Sociale beinvloeding
Commerciele beinvloeding
Vooral vrienden en familie
Reclame

Slide 28 - Drag question

Een TV bij Mediamarkt kost € 999. Dit is een voorbeeld van
A
penetratieprijs
B
afroomprijs
C
psychologische prijs

Slide 29 - Quiz

Een marktaandeel is
A
het deel van de totale markt van alle producten die te koop zijn
B
de afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet van dat product
C
het stukje van de markt waar jij je kraam mag zetten

Slide 30 - Quiz

Welke P heeft niets te maken met marketing?
A
Plaats
B
Product
C
Personeel
D
Professioneel

Slide 31 - Quiz

Wat is marketing?
A
Alle activiteiten die een bedrijf onderneemt om niet te voldoen aan de wensen van de klanten
B
Een marktkraam opzetten
C
Alle activiteiten die een bedrijf onderneemt om te voldoen aan de wensen van de klanten
D
Prijs op verschillende manieren gebruiken om je product te verkopen

Slide 32 - Quiz

Stelling I: In verband met Valentijnsdag is er een groot aanbod van rode rozen. Er geldt een speciale prijs van € 1,99 per stuk. Dit noem je psychologische prijsstelling.
Stelling II : De warme kaasbroodjes zijn in de aanbieding bij Deen. De actie is drie halen, twee betalen. Dit is een voorbeeld van prijspolitiek.

A
Stelling I is juist, stelling II is onjuist
B
Stelling I is onjuist, stelling II is juist
C
Stelling I en II zijn juist
D
Stelling I en II zijn onjuist

Slide 33 - Quiz

Een voorbeeld van penetratieprijs politiek is
A
een product voor een hoge prijs op de markt brengen en later de prijs verlagen
B
een product voor een lage prijs op de markt brengen om snel een marktaandeel te veroveren
C
een product voor € 3,99 verkopen in plaats van voor € 4,-

Slide 34 - Quiz

Hoe bereken je het marktaandeel?
A
Afzet : totale afzet v/d markt X 100%
B
Omzet : totale omzet v/d markt X 100%
C
Beide formules zijn juist
D
Beide formules zijn onjuist

Slide 35 - Quiz

Sociale beïnvloeding 
Commerciële beïnvloeding 

Slide 36 - Drag question

De marketing mix bestaat uit
A
3 P's
B
4 P's
C
5 P's
D
6 P's

Slide 37 - Quiz