This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE
HERHALING
Slide 1 - Slide
Welke vragen heb je nog?
Slide 2 - Open question
NOTEER VOOR JEZELF
De onderwerpen die niet goed hebt
bestudeer deze nog eens extra!
Slide 3 - Slide
SLEEPVRAAG: Welke situatie of kenmerk hoort bij een democratie, bij een dictatuur of bij allebei?
Sleep het kenmerk/situatie naar 'democratie', naar 'dictatuur' of naar 'allebei'
Democratie
Dictatuur
Allebei
1. Burgers moeten zich aan de wet houden.
2. De regering verbiedt een nieuwe politiek partij.
3. De overheid heeft het geweldsmonopolie.
4. Er wordt gefraudeerd bij de verkiezingen.
5. Op tv mag je grappen maken over het staatshoofd.
6. Ministers worden niet door het volk gekozen.
7. Rechters zijn niet onafhankelijk.
8. Er is sprake van trias politica.
9. Politici komen hun belofte niet altijd na.
Slide 4 - Drag question
DE DEFINITIE VAN DEMOCRATIE
Een democratie is een bestuursvorm waarbij de
direct of indirect uitoefent op de
besluitvorming
INVLOED
BEVOLKING
POLITIEKE
Slide 5 - Drag question
Een democratie kent ...
A
een grondwet, geen verkiezingen en persvrijheid
B
persvrijheid, verkiezingen en geen grondrechten
C
verkiezingen, geen vrijheid van meningsuiting en een grondwet
D
een grondwet, verkiezingen, persvrijheid
Slide 6 - Quiz
Leg uit wat een referendum is en waarom dit vaak als voorbeeld wordt genoemd voor een directe democratie
Slide 7 - Open question
SYNONIEMEN VOOR 1e en 2e KAMER ZIJN
A
PARLEMENT, REGERING, KABINET
B
PARLEMENT, STATEN GENERAAL EN VOLKSVERTEGENWOORDIGING
C
VOLKSVERTEGENWOORDIGING, KABINET EN GEDEPUTEERDE STATEN
D
PARLEMENT, VOLKSVERTEGENWOORDIGING EN GEDEPUTEERDE STATEN
Slide 8 - Quiz
WELKE STELLING IS JUIST / ONJUIST? 1) In de aanloop naar de verkiezing worden er opiniepeilingen gedaan om te zien in te schatten hoe groot de partijen worden 2) De politici strijden om de zwevende kiezer, een kiezer die niet goed weet op welke partij hij/zij moet stemmen
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 9 - Quiz
WELKE STELLING IS JUIST / ONJUIST? 1) Een coalitie is een samenwerkingsverband tussen 2 of meerdere politieke partijen 2) De koning maakt deel uit van de regering maar heeft formeel geen macht
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 10 - Quiz
WELKE STELLING IS JUIST / ONJUIST? 1) Op dit moment heeft ons land een demissionair kabinet 2) Ook staatssecretarissen zijn een onderdeel van de regering en vergaderen mee in de tweede kamer indien gewenst
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 11 - Quiz
WELKE STELLING IS JUIST / ONJUIST?
1) Het passief kiesrecht is het recht om gekozen te worden 2) het actief kiesrecht is het recht om te kiezen
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 12 - Quiz
Zet de zinnen die aan de linkerkant staan in de juiste volgorde.
Er is een nieuwe Tweede Kamer
Partijen sluiten samen een regeerakkoord
Partijen gaan campagne voeren: op straat en via de media.
Mensen stemmen op een politieke partij.
Uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen.
Partijen maken een partijprogramma.
Slide 13 - Drag question
JUIST OF ONJUIST 1) de koning is onschendbaar en kan dus strafbare feiten begaan zonder door een rechter vervolgt te worden 2) We zijn een constitutionele democratie, dat zie je omdat we een koningshuis hebben
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 14 - Quiz
JUIST OF ONJUIST 1) De Provinviale Staten is de gekozen volksvertegenwoordiging van de provincie 2) De eerste kamer wordt eens in de vier jaar gekozen
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 15 - Quiz
Welke taak hoort bij wie?
Ministers
Tweede kamer leden
Europese Commissie
Uitvoerende macht
Wetgevende macht
Slide 16 - Drag question
Welke waarden passen
is één van de kernwaarden van het Liberalisme
is een belangrijke waarde van de sociaal democratie
Solidariteit
Vrijheid
Slide 17 - Drag question
Onze democratie is in crisis, er is steeds minder draagvlak onder burgers voor het huidige politieke systeem. Er zijn mensen die pleiten voor een districten/ meerderheidsstelsel, welke argumenten gebruiken zij om te pleiten voor dit systeem als verbetering? Zorg dat je het systeem uitlegt en minimaal 2 argumenten voor verwoord.
Slide 18 - Open question
JUIST OF ONJUIST 1) Het dagelijkse bestuur van de Europese Unie wordt gevormd door de Europese Commissie 2) Het Europees Hof wordt eens in de vijf jaar gekozen door de Europese burgers
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist
Slide 19 - Quiz
Noem een overeenkomst en verschil tussen het Nederlandse Parlement en het Europese Parlement
Slide 20 - Open question
Op een aantal terreinen is de EU een supranationale organisatie, dat wil zeggen dat......
A
Er eens in de vijf jaar verkiezingen zijn
B
De Europese Unie een scheiding van de machten kent
C
Aangesloten landen bevoegdheden hebben overgedragen
D
Besluiten alleen met een meerderheid genomen worden
Slide 21 - Quiz
Waarom is persvrijheid zo belangrijk voor de democratie? Geef een voorbeeld bij je antwoord van een land waarin dit speelt.