• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Quiz Nederlands

Nederlands!
Quiz!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Nederlands!
Quiz!

Slide 1 - Slide


Vraag 1: Wat voor een soort tekst is dit?

A
gedicht
B
gebruiksaanwijzing
C
krantenartikel
D
voorleesboek

Slide 2 - Quiz

Vraag 2: Een uitdrukking

Zo gezond als een ...
A
vis
B
hond
C
kip
D
pauw

Slide 3 - Quiz

Vraag 3: spelling

Welk woord is GOED geschreven?
A
interresant
B
portomonnee
C
encyclopedie
D
onmiddelijk

Slide 4 - Quiz

Vraag 4: woordenschat
Hoe noem je een ander woord met (bijna) dezelfde betekenis?

A
gezegde
B
synoniem
C
alinea
D
afbeelding

Slide 5 - Quiz

Vraag 5: lezen
Uit welke boekenserie komt deze illustratie?
A
Hugo
B
Het leven van een loser
C
Niek de Groot
D
Dagboek van een muts

Slide 6 - Quiz

Vraag 6: uitdrukking Wat betekent:
Je ziet er
bedrukt uit?
A
dat je er verdrietig uitziet
B
dat je er moe uitziet
C
dat het lijkt of je onder het kopieerapparaat lag
D
dat je er goed uitziet

Slide 7 - Quiz

Vraag 7: grammatica
In welke zin staan precies drie werkwoorden?
A
De vliegen vliegen achter vliegen aan.
B
De reiziger zal met de trein gaan reizen.
C
In de mediatheek staan veel computers.
D
Misschien moeten wij verhuizen.

Slide 8 - Quiz

Vraag 8: een uitdrukking
Hoge bomen vangen veel .....
A
regen
B
vogels
C
water
D
wind

Slide 9 - Quiz

Vraag 9: spelling
Welk woord is GOED geschreven?
A
aggresief
B
agressief
C
agresief
D
aggressief

Slide 10 - Quiz

Vraag 10: grammatica
Hoe noem je het woord in hoofdletters?
Vind jij NEDERLANDS leuk?
A
lidwoord
B
heel werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

Vraag 11: woordenschat
Wat is een ander woord voor "realistisch"?
A
vreemd
B
echt
C
sterk
D
anders

Slide 12 - Quiz

Vraag 12: grammatica
Wat is geen werkwoord?
A
ben
B
haar
C
geweest
D
loop

Slide 13 - Quiz

Vraag 13: woordenschat
Wat is een ander woord voor "kosteloos"?
A
eenvoudig
B
gratis
C
snel
D
zonder

Slide 14 - Quiz

Een dier verstopt in een zin.
1. De verdachte heeft niets aan een alibi zonder bewijs.
(bizon)
2. Het spant erom bij de laatste wedstrijd; wie wordt kampioen? (panter)
Nu jij..........................................

Slide 15 - Slide

Vraag 14. Welk dier vind je in de volgende zin?
De nieuwe woonplaats bleek Hoorn te zijn.

Slide 16 - Open question

Vraag 15: Welke nieuwe stem ga je gebruiken bij het lezen van teksten?
A
fluisterstem
B
spreekstem
C
denkstem
D
pianostem

Slide 17 - Quiz

En de winnaar is:.................!

Slide 18 - Slide

More lessons like this

Quiz Nederlands

June 2024 - Lesson with 31 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands

October 2020 - Lesson with 34 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands

April 2022 - Lesson with 34 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands

July 2023 - Lesson with 38 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands Brugklas

September 2022 - Lesson with 33 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Week 8_Les2_3G_ Pitch_Herfstquiz Nederlands

October 2024 - Lesson with 42 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands HA1B

April 2025 - Lesson with 31 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Quiz Nederlands

November 2024 - Lesson with 16 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings