2.4 De voorsprong van Europa

2.4 De voorsprong van Europa
Waarom wilden Europese landen in de 19de eeuw een wereldrijk stichten?










Maar eerst even een herhaling.....
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.4 De voorsprong van Europa
Waarom wilden Europese landen in de 19de eeuw een wereldrijk stichten?










Maar eerst even een herhaling.....

Slide 1 - Slide

Vraag
Vanaf 1870 kwamen er in Nederland steeds meer fabrieken. In deze fabrieken gingen veel kinderen werken.
Geef één argument van een voorstander en één argument van een tegenstander van kinderarbeid in fabrieken.
Doe het zo:
voorstander: ... (geef één argument) 
tegenstander: ... (geef één argument)
Tegenstanders
Het werk in fabrieken is ongezond/riskant/vermoeiend voor kinderen. Kinderarbeid zou niet nodig moeten zijn om het inkomen van volwassenen aan te vullen. Kinderen hebben recht op onderwijs. De werktijden zijn te lang.
Voorstanders
Kinderen zijn goedkope arbeidskrachten. Kinderen kunnen het geringe gezinsinkomen aanvullen / het gezin lijdt minder armoede. Kinderen kunnen het fijne handwerk verrichten dat door volwassenen niet gedaan kan worden. Het is gezond om op jonge leeftijd lichamelijke arbeid te verrichten.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesdoel=Waarom wilden Europese landen in de 19de eeuw hun eigen wereldrijk stichten? Neem par 2.4 grondig in stilte door
H

Slide 4 - Slide

0

Slide 5 - Video

Rond 1700
Rond 1900
Wat valt op?

Slide 6 - Slide

Motieven (redenen/oorzaken) voor modern imperialisme
Economisch:
1) Grondstoffen (industriële revolutie)
2) Kolonies als afzetgebied
Politiek:
3) Machtsvertoon, aanzien, nationalisme
Cultureel
4) Europese superioriteit,  technologische voorsprong


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Gevolgen van het 
imperialisme
  • Spanningen tussen grote Europese landen
  • Europeanen hadden het idee dat ze voorliepen. Dit leidde tot racisme (missiedrang)
  • Winsten werden niet besteed in de koloniën (uitbuiting)

Slide 9 - Slide

Een ander woord voor wereldrijk is..
A
kolonie
B
natie
C
imperium
D
wereldmacht

Slide 10 - Quiz

Vanaf 1870 breidden de Europeanen hun imperium uit door....
A
ook de binnenlanden te koloniseren
B
handelsposten te stichten
C
plantages te stichten
D
slaven te verhandelen

Slide 11 - Quiz

Welke economische motieven (=redenen) waren er voor het modern imperialisme?
A
grondstoffen en afzetmarkten
B
arbeidskrachten en grondstoffen
C
slaven en afzetmarkten
D
grondstoffen en eindprodukten

Slide 12 - Quiz

Kenmerken Modern Imperialisme
A
Periode 1870-1900 waar niet Europese landen zoveel mogelijk grondgebied in Azië en Afrika willen veroveren
B
Periode 1870-1970 waar Europese landen zoveel mogelijk grondgebied in Azië en Afrika willen veroveren
C
Periode 1870-1900 waar Europese landen zoveel mogelijk grondgebied in Azië en Afrika willen veroveren
D
Periode 1870-1900 waar Europese landen zoveel mogelijk grondgebied in Azië en Australië willen veroveren

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Welke van de motieven voor het modern imperialisme komt in deze prent duidelijk tot uiting?
A
Verovering voor afzetmarkten (bijvoorbeeld Cuba)
B
Verovering voor de versteviging van de Amerikaanse macht in de regio
C
Verovering om achterlijke gebieden te beschaven
D
Verovering voor grondstoffen (bijv. Cubaanse tabak)

Slide 15 - Quiz

Modern imperialisme

Slide 16 - Slide

Welke van de motieven voor het modern imperialisme komt in deze prent duidelijk tot uiting?
A
Verovering voor afzetmarkten (hier China)
B
Verovering voor de machtspositie in de wereld
C
Verovering om achterlijke gebieden te beschaven
D
Verovering voor grondstoffen (bijv. Chinese zijde voor textiel)

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Welke van de motieven voor het modern imperialisme wordt hier vooral bekritiseerd?
A
Economische
B
Politieke
C
Culturele
D
Alle drie

Slide 19 - Quiz

Laatste vraag......Welke twee gevolgen had het modern imperialisme?
A
Meer kolonies en meer slavernij
B
Meer grondstoffen en de wens naar uitbreiding van het rijk
C
Toename van spanningen tussen landen en racisme
D
De handel en het kapitaal verplaatste naar de kolonien

Slide 20 - Quiz

0

Slide 21 - Video