Stevigheid en bewegen bs 4. Spieren VWO

Thema 5
Stevigheid en beweging
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Thema 5
Stevigheid en beweging

Slide 1 - Slide

Planning
- Start (5min)
- HW nakijken (10min)
- Terugblik (5min)
- Uitleg spieren (15min)
- Afsluiting (5min)

Slide 2 - Slide

Doelstelling en Huiswerk

- Je kunt de werking van spieren beschrijven.
- Je kunt voorbeelden noemen van bewuste en onbewuste spierbewegingen

Slide 3 - Slide

Bespreken HW

Slide 4 - Slide

Doe je Chromebook Open

Slide 5 - Slide

In de afbeelding zijn enkele beenverbindingen getekend. Bij welke van deze beenverbindingen is de minste beweging mogelijk?
A
Bij 1
B
Bij 2
C
Bij 3

Slide 6 - Quiz

Hoe noem je deze beenverbinding?
A
Gewricht
B
Vergroeid
C
Kraakbeen
D
Naad

Slide 7 - Quiz

Soort beenverbinding?
A
koppelgewricht
B
scharniergewricht
C
kogelgewricht
D
rolgewricht

Slide 8 - Quiz

Wat is geen beenverbinding?
A
naad
B
vergroeid
C
kraakbeen
D
bindweefsel

Slide 9 - Quiz


In de afbeelding hiernaast is een beenverbinding aangegeven met Q.
Welke beenverbinding is aangegeven met Q?
A
vergroeide beenverbinding
B
naadverbinding
C
kraakbeenverbinding
D
gewricht

Slide 10 - Quiz

Hier zie je de binnenkamt van een gebogen been. Wat is wat? 
A
B
C
D
gewricht
bot
spier
pees

Slide 11 - Drag question

Doe je Chromebook dicht

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Spierstelsel
Spieren zitten aan botten vast en maken beweging mogelijk.

Spieren zorgen er voor dat je kunt bewegen en rechtop blijft staan

Alle skeletspieren in je lichaam vormen samen het Spierstelsel
Niveau van biologie?
Het spierstelsel is een Orgaanstelsel

Slide 14 - Slide

''Botten kunnen zelf niet bewegen, daar zijn spieren voor nodig''

Slide 15 - Slide

Skeletspieren werken door korter en dikker te worden.
  • Spieren-> Spierbundels-> Spiervezels-> Spierfibrillen.
  • Spieren bestaan uit eiwitten die over elkaar heen schuiven.
  • Daardoor worden de spieren korter & dikker.
  • De eiwitten die over elkaar heen schuiven heten myosine & actine.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

1. Dit spierweefsel vind je terug in de skeletspieren.
2. Dit spierweefsel vind je terug in organen als de slokdarm.
3. Dit spierweefsel vind je alleen in het hart

Slide 18 - Slide

Sleep de de vakjes links naar de juiste plek
kort en dik
lang en dun

Een spier die samentrekt
Een spier die ontspannen is

Slide 19 - Drag question

Pezen
Spieren zitten aan botten vast met Pezen.

De plek waar de pees vast zit aan het bot heet: de Aanhechtingsplaats.

Pezen kunnen niet samentrekken. Ze worden door de spieren aangetrokken.
Aanhechtingsplaats
De plaats waar een pees vastzit aan het skelet
Aanhechtingsplaats
De plaats waar een pees vastzit aan het skelet

Slide 20 - Slide

Antagonisten
Antagonist betekent: 'tegenwerker

Dit zijn spieren die elkaar tegenwerken. 
Bijvoorbeeld:  biceps & triceps

Pezen kunnen niet samentrekken. Ze worden door de spieren aangetrokken.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

De spieren in de afbeelding hiernaast moeten samenwerken om de beweging te kunnen maken.
De spieren zijn elkaars...
A
tegengestelden
B
antagonisten
C
progonisten
D
samenwerkers

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Video

Kies telkens twee woorden, die passend zijn bij de zin. 
1. Als de armbuigspier gespannen is, 
    is de armtrekspier

2. Als de armbuigspier korter wordt, 
    wordt de armtrekspier

3. Als de armbuigspier ontspannen is,
    is de armtrekspier

4. Als de armbuigspier langer wordt, 
     wordt de armtrekspier 
ontspannen
gespannen
langer
korter

Slide 25 - Drag question

Spierbewegingen
Naast skeletspieren zijn er ook orgaanspieren. Spieren in:
- Het hart, darmen, bloedvaten, maag, je huid en ogen.

Deze bewegen zonder dat je daar bewust van bent. 
Hoef je niet over na te denken

Slide 26 - Slide

Doe je Chromebook Open

Slide 27 - Slide

Doe je Chromebook dicht

Slide 28 - Slide

Doelstelling en Huiswerk

- Je kunt de werking van spieren beschrijven.
- Je kunt voorbeelden noemen van bewuste en onbewuste spierbewegingen
Huiswerk:
Leren BS 4 BLZ 30 en maken Opdr. 1 t/m 8 
BLZ 55

Slide 29 - Slide