2H6 - Jezus als leraar (2)

1 / 42
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat betekent het woord discipel?
A
leraar
B
leerling
C
familie
D
kind

Slide 4 - Quiz

Wat is geen kenmerk van een gelijkenis?
A
Het gaat over het dagelijks leven
B
Het verhaal heeft een verrassende wending
C
Het is bedoeld om iets te leren
D
Het verhaal is waargebeurd

Slide 5 - Quiz

Welke bewering is waar over het koninkrijk van God?
A
het heeft een onzichtbare koning
B
het heeft nog geen grondgebied
C
het heeft wel burgers
D
alle drie zijn waar

Slide 6 - Quiz

Wat past NIET
bij het Koninkrijk van God?
A
Gezondheid
B
Roddelen
C
Liefde
D
Vrede

Slide 7 - Quiz

De verloren zoon, wat is het gewone of alledaagse aan dit verhaal?
A
dat de jongste zoon niet meer thuis wil blijven
B
dat hij al zijn geld opmaakt
C
dat hij in de problemen komt en honger lijdt
D
alle drie zijn 'normaal'

Slide 8 - Quiz

De verloren zoon, wat is de bijzondere wending in dit verhaal?
A
dat zijn geld op raakt en hij honger krijgt
B
dat hij weer naar huis wil
C
dat zijn vader zo blij is met zijn terugkomst
D
dat de oudste broer er nu niet bij wil horen

Slide 9 - Quiz

Welke persoon in het verhaal stelt God voor?
A
De vader
B
De jongste zoon
C
De oudste zoon

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ik ben tegen zinloos geweld!
A
Eens
B
Oneens

Slide 13 - Quiz

Wanneer iemand die ik niet ken in elkaar wordt geslagen, ga ik helpen.
A
Ja, natuurlijk!
B
Misschien
C
Weet ik niet
D
Nee, echt niet!

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wie denk jij dat de gewonde man gaat helpen?
A
de priester
B
de leviet
C
de Samaritaan

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Waarom waren de mensen bij het Capitol in Washington zo boos?
A
Omdat Trump geen president meer mag zijn
B
Omdat er stemmen gestolen zouden zijn.
C
Omdat Biden nu president wordt
D
Omdat ze de senaat niet eerlijk vinden

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Waarom werd Zacheüs door de mensen buitengesloten?
A
Omdat hij teveel belasting vroeg
B
Omdat hij geld in zijn eigen zak stak
C
Omdat de mensen een hekel hadden aan tollenaren
D
Alle drie zijn waar

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

Waarom was het bijzonder dat Jezus in gesprek ging met de Samaritaanse vrouw?
A
Mannen mochten niet met vrouwen praten
B
Joden en Samaritanen haatten elkaar
C
Deze vrouw was verstoten door haar vrienden/familie
D
Alle drie zijn waar

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Welk volk komt in twee van de drie verhalen voor?
A
De Samaritanen
B
De Romeinen
C
De Grieken
D
De Egyptenaren

Slide 26 - Quiz

Hoe heetten de mensen die in de tempel offers mochten brengen?
A
Levieten
B
Farizeeën
C
Priesters
D
Sadduceeën

Slide 27 - Quiz

4

Slide 28 - Video

00:06
Het verhaal heet de 'Barmhartige Samaritaan'.

Wat betekent het woord 'barmhartig'? Zoek het op!

Slide 29 - Open question

01:52
Waarom zouden de priester en de leviet de man niet helpen?

Noem 2 redenen. Kijk hiervoor ook op blz. 16 van je reader.

Slide 30 - Open question

02:50
Leg uit: waarom is het bijzonder dat de Samaritaan wel helpt?

Slide 31 - Open question

02:54
Waarom zou Jezus dit verhaal juist zo hebben verteld, dat een Samaritaan de hulpverlener is?

Slide 32 - Open question

4

Slide 33 - Video

00:19
Hoe werden de belastingambtenaren in Jezus' tijd genoemd?
A
Farizeeën
B
Tollenaars
C
Belastinginners
D
halve Romeinen

Slide 34 - Quiz

01:46
Waarom zou Zacheüs de boom als beste plek zien om Jezus te kunnen zien?

Slide 35 - Open question

02:33
Wat is er volgens Zacheüs anders aan Jezus?

Slide 36 - Open question

03:34
Wat belooft Zacheüs te zullen doen?
A
de helft van zijn bezit aan de armen geven
B
4x zoveel terug te geven aan de mensen die teveel hebben betaald
C
niet meer teveel te vragen
D
dit allemaal

Slide 37 - Quiz

4

Slide 38 - Video

01:23
Midden op de dag is het warm en dus niet echt weer om met een zware waterkruik te lopen.

Waarom zou de vrouw dan toch naar de put gaan?
A
Ze was vanochtend niet zo lekker en heeft nog geen water gehaald
B
Ze heeft onverwachts meer water nodig
C
Ze heeft gehoord dat Jezus daar is en wil hem graag ontmoeten
D
Ze is bang voor de andere vrouwen die over haar roddelen

Slide 39 - Quiz

02:11
Waarom mag Jezus niet met de vrouw praten volgens de regels?
A
Omdat ze een Samaritaan is
B
Omdat haar man er niet bij is
C
Omdat ze een slechte reputatie heeft
D
Dit zijn allemaal redenen

Slide 40 - Quiz

02:30
Zoek in je boekje op blz. 18 op: wat bedoelt Jezus met het levende water?

Slide 41 - Open question

03:02
Geef een ander woord voor Messias.
A
herder
B
redder
C
bemoeial
D
slaaf

Slide 42 - Quiz