In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek? - 9.1 Inleiding & De morele lading van techniek

In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek?
Inleiding
9.1 De morele lading van techniek
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek?
Inleiding
9.1 De morele lading van techniek

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inleiding

Slide 2 - Slide

De viaduct zou ontworpen zijn zodat er geen bussen naar het strand konden gaan. De armere bevolking, de afro-amerikanen zouden daardoor van het strand geweerd konden worden door de infrastructuur.  (omstreden inzicht van Langdon Winner over de ontwerper Robert Moses).

Het is mogelijk om in ethische termen over materiële objecten te praten.
Inleiding
Het is mogelijk om in ethische termen over materiële objecten te praten.

Techniek heeft invloed op meer dan alleen de waarneming.

Techniek heeft ook invloed op menselijke moraal:
1. ze leveren nieuwe dilemma's op
2. ze veranderen de moraal zelf ook

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Waar gaat het over?
9.1 Peter-Paul Verbeek
Echoscopie verandert morele kaders rondom abortus
Technologie is moreel geladen: heeft invloed op morele handelingen en beslissingen.

9.2  Vier verschillende manieren waarop techniek onze moraal bemiddelt:
1. ons handelen, 2. ons oordeelsvermogen, 3. de morele kaders die we gebruiken en 4. houding van subject tot techniek.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

9.1 Morele lading van techniek

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Techniek zou niet verantwoordelijkheid kunnen nemen

Vooronderstelling: 
verantwoordelijkheid nemen vereist vrijheid en intentie

Implicatie:
 ethiek zou mensenwerk zijn


-> Het heeft geen zin om een auto de schuld te geven van een ongeluk. De bestuurder wel.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Moreel actorschap
Het vermogen om moreel te handelen

Echter; morele dimensie techniek (Latour), burgerrechten aan AI om deze aansprakelijk te kunnen stellen en de verkeersdrempel* of winkelwagenmuntje*.

* ze belichamen een norm.

Voor Latour heeft moraliteit ook een actorschap; morele actor (kwestie 4).


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Peter-Paul Verbeek
(1970)
Techniek als 'bemiddelaar' van moraal

(I) technologie hoeft dan zelf geen handelingsvermogen toegekend te krijgen om de morele lading van techniek zichtbaar te krijgen.

Moraal komt tot stand in de manier waarop techniek vorm geeft aan de relatie tussen mens en wereld.
(I)
(I) staat voor implicatie

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Verbeek
Verschil tussen mens en technologieën; mensen zijn in staat morele oordelen te vormen en technologieën niet.

Ze geven wel vorm aan morele handelen van mensen en de morele oordelen die daaraan ten grondslag liggen.


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Twee dimensies relatie 
mens-techniek-wereld
1. techniek bemiddelt de manier waarop mensen in de wereld aanwezig zijn.
(onze handelingen)

2. techniek bemiddelt de manier waarop de wereld voor mensen aanwezig kan zijn.
(onze waarnemingen en interpretaties)

(2) -> hierdoor is techniek een centrale rol gaan spelen in domeinen van het menselijke denken.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Centrale rol van technologieën in domeinen van het menselijke denken.
Wetenschappelijk onderzoek: MRI, telescopen

Kennis: verruiming, meer verklaringen en waarnemingen

Ethiek: de manier waarop mensen de wereld waarnemen en begrijpen heeft vorm aan morele oordelen en dus morele handelingen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Eindterm 13
De kandidaten kunnen de opvattingen van Clark, Kockelkoren, Verbeek en De Mul over de vraag of het wezen van de mens verandert door de omgang met techniek en wetenschap uitleggen, vergelijken, toepassen en evalueren.

Daarbij kunnen zij de volgende standpunten betrekken:
• dat mensen van nature al technologische wezens zijn (Clark);
• dat omgang met techniek de zintuiglijke ervaring verandert (Kockelkoren);
• dat omgang met techniek het moreel oordeelsvermogen verandert (Verbeek);
• dat hedendaagse techniek de menselijke identiteit verandert (De Mul).

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Eindterm 16
De kandidaten kunnen uitleggen en evalueren dat volgens Verbeek techniek het moreel oordeelsvermogen verandert. Daarbij kunnen zij betrekken:

• een uitleg met tekstfragment 10 van Verbeeks argument dat techniek het moreel handelingsvermogen van de mens transformeert.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions