Voorplantingsorganen van de man en de vrouw

Veranderingen in de puberteit en de

voortplantingsorganen van de man

1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Veranderingen in de puberteit en de

voortplantingsorganen van de man

Slide 1 - Slide

Puberteit

Je leert:
1.  Wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn.
2. Welke verandering het lichaam in de puberteit doormaakt.

3. geslachtsorganen man

Slide 2 - Slide

Geestelijke verandering

Dit heeft te maken met je gevoelens en gedachten. In de puberteit ga je anders denken, je kunt verliefd worden.

De veranderingen in je lichaam tijdens de puberteit komt door hormonen, deze regelstoffen worden in hormoonklieren gemaakt

Slide 3 - Slide

lichamelijke verandering


Je lichaam verandert, je krijgt een groeispurt. Tijdens de puberteit gaan je voortplantingsorganen werken. De puberteit begint als je ongeveer 12 bent.

Je secundiare geslachtskenmerken (borsten, schaamhaar, bredere heupen, baard in de keel) ontstaan

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Primaire en
secundaire geslachtskenmerken





Primair = het is er al bij de geboorte
Secundair = het ontstaat in de puberteit

Slide 6 - Slide

De schaamlippen bij een vrouw zijn
A
Primaire geslachtskenmerken
B
Secundaire geslachtskenmerken

Slide 7 - Quiz

Welke geslachtskenmerken zijn vanaf de geboorte zichtbaar>
A
Primaire geslachtskenmerken
B
Secundaire geslachtskenmerken
C
Primaire en secundaire geslachtskenmerken
D
Geen van beide

Slide 8 - Quiz

geslachtskenmerken

Slide 9 - Slide

Hormonen zijn:
A
Regelstoffen
B
Voedingsbestanddelen
C
Geslachtskenmerken

Slide 10 - Quiz

In welke levensfase beginnen de voortplantingsorganen te functioneren en komen de secundaire geslachtskenmerken tot ontwikkeling?
A
Schoolkind
B
Volwassene
C
Puber
D
Adolescent

Slide 11 - Quiz

Wat zijn geslachtskenmerken?

Daar waar je aan herkent of het een man/jongen
of vrouw/meisje is

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

zaadcellen

Vanaf de puberteit maken de teelballen zaadcellen(spermacellen) dat zijn de mannelijke geslachtscellen. De teelballen maken elke dag miljoenen zaadcellen.

Deze zaadcellen worden opgeslagen in de bijballen.

De zaadleiders vervoeren de zaadcellen.

Slide 14 - Slide

Waar worden zaadcellen gemaakt?
A
Teelballen
B
Bijballen

Slide 15 - Quiz

Voortplantingsorganen van een man, wat doet de zaadleider?
A
Slaat zaadcellen op
B
Vervoert de zaadcellen
C
Ontstaan zaadcellen
D
Voegen zaadvocht toe

Slide 16 - Quiz

Zaadcellen worden tijdelijk opgeslagen in de
A
Teelballen
B
Bijballen

Slide 17 - Quiz

sperma

Sperma bestaat uit vocht en zaadcellen.

Het vocht komt uit de zaadblaasjes en de prostaat. De zaadblaasjes voegen ook nog voedingsstoffen toe aan de zaadcellen.

Slide 18 - Slide

Waaruit bestaat sperma?
A
uit zaadcellen
B
uit zaadvocht
C
uit zaadcellen en zaadvocht
D
uit zaadcellen en urine

Slide 19 - Quiz

De zaadblaasjes en prostaat maken
A
Vocht
B
Urine
C
Zaadcellen
D
Eicellen

Slide 20 - Quiz

besnijdenis


Tussen de voorhuid en de eikel kan gemakkelijk een ontsteking ontstaan. Het is daarom belangrijk om je daar goed te wassen.

In sommige landen wordt de voorhuid weggesneden. Dit heet besnijdenis.

Slide 21 - Slide

erectie
De zwellichamen vullen zicht met bloed, dan heeft een man een erectie.

Slide 22 - Slide

zaadlozing

Bij een zaadlozing komt sperma met schokken uit de penis. per zaadlozing komt er een theelepel sperma uit de penis.

Een zaadlozing bevat 100 tot 400 miljoen zaadcellen.

Slide 23 - Slide

In de penis zitten spieren
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

wat heb je geleerd?
  • Je weet wat geslachtskenmerken zijn.
  • Primaire en secundaire geslachtskenmerken.
  • lichamelijke en geestelijke verandering.
  • Mannelijke geslachtscellen

Slide 25 - Slide