What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
V5MB: le pronom relatif
Grammaire A : Le pronom relatif
(p. 13)
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammaire A : Le pronom relatif
(p. 13)
Slide 1 - Slide
Grammaire A
Le pronom relatif = het betrekkelijk voornaamwoord.
On regarde la vidéo.
Slide 2 - Slide
Grammaire A : Le pronom relatif
Wordt gebruikt om zinnen aan elkaar te 'plakken'.
Qui, que,
en
dont
zijn de 3 belangrijkste betrekkelijke voornaamwoorden.
Slide 3 - Slide
Résumé
Bij onderwerp:
qui
Bij LV:
que / qu'
Werkwoord met "de":
dont
Slide 4 - Slide
Quiz: La maison ... j'ai achetée, est à Anvers.
A
qui
B
que
C
dont
Slide 5 - Quiz
Quelle phrase, avec un pronom relatif, est correcte ?
A
La fille qui je connais habite à Bruxelles.
B
Le train dont je dois prendre est en retard.
C
Le vélo que j'ai acheté est rouge.
D
Le stylo qui j'utilise est bleu.
Slide 6 - Quiz
La fille ... a pris le métro est en retard
A
qui
B
que
C
qu'
D
dont
Slide 7 - Quiz
Wanneer gebruik je 'dont' ?
A
Als je wil verwijzen naar het onderwerp in de hoofdzin.
B
Als je wilt verwijzen naar het lijdend voorwerp in de hoofdzin.
C
Als het werkwoord geen specifiek voorzetsel gebruikt.
D
Als het werkwoord het voorzetsel 'de' gebruikt.
Slide 8 - Quiz
Donne le pronom relatif correct:
le livre ........... est sur la table
A
qui
B
que
C
qu'
D
dont
Slide 9 - Quiz
Je n'aime pas le gâteau ........... maman a préparé
A
qui
B
que
C
qu'
D
dont
Slide 10 - Quiz
Donne le pronom relatif correct:
Le garçon ...... Yvonne a rencontré
A
qui
B
que
C
qu'
D
dont
Slide 11 - Quiz
Waar slaat que op terug?
Je porte le pull que tu as choisi.
A
Je porte
B
le pull
C
que
D
tu as choisi
Slide 12 - Quiz
Que verwijst naar...
A
Het onderwerp
B
Het werkwoord
C
De bijzin
D
Het lijdend voorwerp
Slide 13 - Quiz
"La fille qui je déteste a les cheveux blonds" is een correcte zin.
A
Vrai
B
Faux
Slide 14 - Quiz
La bonne cause ... j'adore est Médecins sans frontières.
A
Qui
B
Que
C
Où
D
Dont
Slide 15 - Quiz
Mon camarade de classe ... est en retard habite loin de l'école.
A
Qui
B
Que
C
Où
D
Dont
Slide 16 - Quiz
More lessons like this
Pubquiz français
August 2024
- Lesson with
35 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-6
Quiz!
Franse quiz
June 2024
- Lesson with
36 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Quiz!
Quiz de Noël 2023
December 2024
- Lesson with
39 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Quiz!
Quiz de Noël 2023
December 2024
- Lesson with
39 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Quiz!
Kerstquiz 2023 - frans
December 2024
- Lesson with
22 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Quiz!
Kerstquiz 2023 - frans
December 2024
- Lesson with
22 slides
by
Quiz!
Frans
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Quiz!
Paris, l'alpiniste
June 2018
- Lesson with
38 slides
by
Dé Schoolreisgids
Frans
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-6
Dé Schoolreisgids
Musique Mercredi : COURS 1
December 2022
- Lesson with
25 slides
by
Beeld en Geluid Onderwijs
Frans
Muziek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Beeld en Geluid Onderwijs