Eindtoetsen oefenen deel 5

Eindtoetsen oefenen deel 5
1 / 34
next
Slide 1: Slide
WiskundeLager onderwijs

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Eindtoetsen oefenen deel 5

Slide 1 - Slide

Kies de juiste vorm van het werkwoord.

Slide 2 - Slide

Tim ... de hond met beide armen vast.
A
houd
B
houdt
C
gehouden
D
houden

Slide 3 - Quiz

... je ook mee aan het project?
A
werk
B
werkt
C
gewerkt
D
werken

Slide 4 - Quiz

Wij ... een zomerhuisje aan de Franse kust.
A
huur
B
huurt
C
gehuurd
D
huren

Slide 5 - Quiz

Onze buurman ... naar China.
A
verhuis
B
verhuisd
C
verhuist
D
verhuizen

Slide 6 - Quiz

... je broer nog wel eens fossielen?
A
Vind
B
Vindt
C
Gevonden
D
Vinden

Slide 7 - Quiz

Wat ... hij gisteren op je vraag?
A
antwoord
B
antwoorde
C
antwoordde
D
antwoorden

Slide 8 - Quiz

De meisjes hebben gisteren hun idool ...
A
ontmoet
B
geontmoet
C
ontmoette
D
ontmoeten

Slide 9 - Quiz

Geef de meest correcte naam voor de volgende figuren.

Slide 10 - Slide


Slide 11 - Open question


Slide 12 - Open question


Slide 13 - Open question


Slide 14 - Open question


Slide 15 - Open question

Zet de volgende breuken om naar percent.

Slide 16 - Slide

2/5

Slide 17 - Open question

1/8

Slide 18 - Open question

3/4

Slide 19 - Open question

4/2

Slide 20 - Open question

Voor de volgende vragen heb je je atlas nodig!

Slide 21 - Slide

Ik ben een rivier. Ik ontspring in Zwitserland, maar stroom vooral door Duitsland.
A
Rijn
B
Schelde
C
Taag
D
Seine

Slide 22 - Quiz

Ik ben een rivier. De stad Rome ontstond aan mijn monding.
A
Theems
B
Wolga
C
Tiber
D
Seine

Slide 23 - Quiz

Ik ben een rivier. Ik stroom door de hoofdstad van Frankrijk.
A
Theems
B
Wolga
C
Tiber
D
Seine

Slide 24 - Quiz

Ik ben een rivier. Het water van de gesmolten sneeuw in de Alpen stroomt via mij naar de Adriatische Zee.
A
Garonne
B
Po
C
Tiber
D
Seine

Slide 25 - Quiz

Ik ben de grootste rivier van het Verenigd Koninkrijk. Ik stroom door Londen.
A
Theems
B
Po
C
Tiber
D
Wolga

Slide 26 - Quiz

Wat is het onderwerp in de volgende zinnen?

Slide 27 - Slide

We stalden onze fietsen in het hok.
A
We
B
stalden
C
onze fietsen
D
in het hok

Slide 28 - Quiz

Die stoere jongen antwoordt onbeleefd.
A
antwoordt
B
onbeleefd
C
die stoere jongen

Slide 29 - Quiz

De twee meisjes dragen een hele grote boekentas
A
een hele grote boekentas
B
de twee meisjes
C
dragen

Slide 30 - Quiz

Voelde mijn eerste dag in het middelbaar raar?
A
voelde
B
mijn eerste dag in het middelbaar
C
raar

Slide 31 - Quiz

De kinderen van de zesde klas waren gek van opwinding
A
gek van opwinding
B
de kinderen van de zesde klas
C
waren

Slide 32 - Quiz

Volgend schooljaar krijg ik een nieuwe rugzak.
A
krijg
B
volgend schooljaar
C
een nieuwe rugzak
D
ik

Slide 33 - Quiz

Ik schrok van zijn schouderklopje.
A
Ik
B
schrok
C
van zijn schouderklopje

Slide 34 - Quiz