herhalingsles

Herhaling
1 / 14
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?

  • Vragen Lessonup (?)
  • zelfstandig werken
  • Morgen: Oefentoets/ zelfstandig werken (slim als je al geleerd hebt)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

De Tweede kamer
Wetgevende taak:                                    Controlerende taak:
- stemrecht                                                  - recht van motie 
- recht van amendement                       - vragenrecht
- recht van initiatief                                  - recht van interpellatie
- budgetrecht                                              - recht van enquête

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Linkse politieke partijen:

A
vinden dat rijke mensen evenveel belasting moeten betalen als arme mensen.
B
vinden dat de overheid moet opkomen voor de zwakkeren in de samenleving.
C
willen het verschil tussen arm en rijk vergroten.
D
hechten veel waarde aan het bedrijfsleven.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is liberalisme?
A
Mensen die strijden voor gelijke rechten.
B
Mensen die voor vrijheid gaan
C
Mensen die de kerk belangrijk vinden.
D
Mensen die voor vrouwen opkomen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Recht van amendement is
A
recht om een wetsvoorstel in te dienen
B
recht om vragen te stellen
C
recht om een minister weg te stemmen
D
recht om een wetsvoorstel te wijzigen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een directe democratie?
A
Volksvertegenwoordigers worden gekozen en beslissingen namens de bevolking
B
Inwoners in een gebied hebben zelf de mogelijkheid te beslissen over politieke kwesties.
C
Volksvertegenwoordigers die samen in de politiek zitten en beslissingen nemen.
D
Bevolking die namens de politiek beslissingen nemen over hun vakgebied

Slide 7 - Quiz

Definitie Directie democratie:
Een vorm van democratie waarin inwoners van een gebied zelf over politieke kwesties beslissen. Zoals een referendum.
Bij welk soort partij past de uitdrukking ‘de stem van het volk’ het best?
A
One-issuepartijen
B
Populistische partijen
C
Ideologische partijen
D
Niet-democratische partijen

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Grondrechten
Onschendbaar
Ministeriële verantwoordelijkheid
Basisrechten voor elke burger.
De minister moeten aan het parlement verantwoording afleggen.
De koning is niet zelf verantwoordelijk voor wat hij zegt of doet.

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Kwetsbaren helpen
Elkaar helpen
Eigen verantwoordelijkheid 
One-issue partij 
Populistische partij
Liberale partij

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Een overeenkomst tussen coalitiepartijen over het te voeren beleid in de regeerperiode van vier jaar.
Iemand die de ministers en staatssecretarissen zoekt die het regeerakkoord gaan uitvoeren. Zelf wordt de formateur minister-president.
Persoon die onderzoekt welke partijen met elkaar het beste kunnen en willen regeren.
Tussenoplossing waar meerdere partijen zich in kunnen vinden,
Regeerakkoord
Formateur.
Informateur
Compromis

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Begrip: Een volksstemming over een bepaalde politieke kwestie

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Begrip: Het kiesstelsel waarbij alle uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het totale aantal zetels.

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Zelfstandig werken
  • Werkboekopdrachten
  • Samenvatting

Slide 14 - Slide

This item has no instructions