VCA examenvragen V2 - VI

VCA examenvragen
VI
1 / 21
next
Slide 1: Slide
VCAMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

VCA examenvragen
VI

Slide 1 - Slide

Welke kleuren worden gebruikt op borden voor brandbestrijdingsmiddelen?
A
Wit pictogram op rode achtergrond.
B
Wit pictogram op groene achtergrond.
C
Zwart pictogram op gele achtergrond.

Slide 2 - Quiz

Wat is een functie van een werkvergunning?
A
Alle betrokkenen bij het werk moeten overleggen over een veilige uitvoering.
B
De overheidsinspectiedienst Veiligheid en Gezondheid kan controleren welke werkzaamheden worden uitgevoerd.
C
De arbodienst kan bepalen of de betrokken werknemers gekeurd dienen te worden.

Slide 3 - Quiz

Wat betekent dit bord?
A
Oppassen voor vallende voorwerpen.
B
De valbeveiliging gereed houden.
C
De valbeveiliging verplicht gebruiken.

Slide 4 - Quiz

Wat staat onder andere in een bedrijfsnoodplan vermeld?
A
De fasering bij bestrijding van noodsituaties.
B
Wanneer de evacuatieoefening wordt gehouden.
C
Welke stoffen en processen op het terrein voor een noodsituatie kunnen zorgen.

Slide 5 - Quiz

Hoe kan blootstelling aan giftige stoffen het best worden beperkt?
A
Door altijd dezelfde persoon met de giftige stof te laten werken.
B
Door de medewerkers te trainen in het werken met giftige stoffen.
C
Door een andere, niet giftige stof te gebruiken.

Slide 6 - Quiz

Op de verpakking van een stof staat onderstaand pictogram.

Wat is een eigenschap van deze stof?
A
Bijtend.
B
Licht ontvlambaar.
C
Oxiderend.

Slide 7 - Quiz

Wat is de LEL van een gas?
A
De hoogste concentratie van het gas waarbij een ontploffing mogelijk is.
B
De laagste concentratie van het gas die gemeten kan worden.
C
De laagste concentratie van het gas waarbij een ontploffing mogelijk is.

Slide 8 - Quiz

Wat doe je als eerste als je een brand ontdekt?
A
De brandweer waarschuwen.
B
De politie waarschuwen.
C
Voor eigen veiligheid zorgen.

Slide 9 - Quiz

Wanneer moet een hijsband worden afgekeurd?
A
Als de hijsband ouder dan twee jaar is.
B
Als de hijsband aan het zonlicht is blootgesteld.
C
Als het label onleesbaar is.

Slide 10 - Quiz

Wat is een regel bij het gebruik van kettingen?
A
Draai de bouten van de sluitingen helemaal aan.
B
Vet de ketting in voordat je gaat hijsen.
C
Werk altijd met z’n tweeën.

Slide 11 - Quiz

Wanneer is elektrisch handgereedschap tegen water en vocht beschermd?
A
Nooit.
B
Wanneer het dubbel geïsoleerd is
C
Wanneer de machine geaard is

Slide 12 - Quiz

Voor wie is de veiligheidsbril bestemd?
A
Voor iemand die door zijn slechte ogen niet veilig kan werken
B
Voor iemand die door zijn bril geen volgelaatmasker past
C
Voor iemand die bij zijn werk beschermd moet worden tegen rondvliegende hard en scherpe deeltjes

Slide 13 - Quiz

Wat zijn 2 voorbeelden van gehoorbescherming?
A
Koptelefoon en propjes
B
Pluggen en gehoorkappen
C
Oorwarmers en watten

Slide 14 - Quiz

Wanneer ben je verplicht gehoorbescherming te dragen?
A
Vanaf 80db
B
Vanaf 85db
C
Vanaf 90db

Slide 15 - Quiz

Waarvoor waarschuwt dit pictogram?
A
Schadelijke stoffen
B
Giftige stoffen
C
Corrosieve stoffen

Slide 16 - Quiz

Wat brandt er bij een brandklasse C?
A
Vaste stof
B
Gas
C
Vloeistof

Slide 17 - Quiz

Je mag onder de 18 jaar werken in een besloten ruimte.
A
Waar
B
Niet waar
C
Het mag alleen onder toezicht van iemand die ouders is dan 18.

Slide 18 - Quiz

Waarvoor gebruik je een steekflens?
A
Voor het afsluiten van toevoerleidingen naar vaten, tanks of installaties
B
Als scheidingswand bij de opslag van twee gevaarlijke stoffen
C
Om de werknemer te beschermen steekvlammen

Slide 19 - Quiz

Waarom is het slopen van asbest zo gevaarlijk?
A
Er kunnen gevaarlijke gassen vrijkomen
B
Er kunnen gevaarlijke stofdeeltjes vrijkomen
C
Er kunnen gevaarlijke dampen vrijkomen

Slide 20 - Quiz

Wat is er bij het gebruik van hangsteigers verplicht?
A
Bediening alleen door personeel met een VCA-diploma
B
Het gebruik van een steigerkaart
C
Het gebruik van een veiligheidsharnas

Slide 21 - Quiz