8.1 Krachten op voertuigen

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Bekijk de volgende uitspraken:
I - Als je hard fietst heb je meer last van luchtwrijving dan als je langzamer fietst.
II - Zonder rolwrijving kun je sneller rijden.
Welke uitspraak is juist?
A
Uitspraak I en II zijn beide juist.
B
Alleen uitspraak I is juist.
C
Alleen uitspraak II is juist.
D
Uitspraak I en II zijn beiden onjuist.

Slide 3 - Quiz

Als je fietst en stopt met trappen, wordt je afgeremd door:
A
rolwrijvingskracht.
B
luchtwrijvingskracht.
C
rolwrijvingskracht + luchwrijvingskracht.
D
spierkracht.

Slide 4 - Quiz

Waarom is de luchtwrijving bij deze fietsen zo verschillend?
A
de rolwrijwing speelt hier geen rol
B
de snelheden zijn zeer verschillend
C
de vorm van de fiets is zo anders
D
ze zijn voor andere wegdekken.

Slide 5 - Quiz

Welke factor heeft geen invloed op de luchtwrijving?
A
de massa
B
de vorm
C
de grootte
D
de snelheid

Slide 6 - Quiz

v-03)
Welke invloed heeft een ter lage bandenspanning op de rolwrijving
A
dit heeft geen invloed
B
de rolwrijving neemt toe
C
de rolwrijving neemt af

Slide 7 - Quiz

Bij een hogere snelheid is de luchtwrijving groter
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Hoe berekende je de zwaartekracht?

Slide 14 - Open question

Het gewicht is een kracht.
Wat is de eenheid van gewicht?
A
kg
B
N
C
m
D
F

Slide 15 - Quiz

Bereken het gewicht.

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Aangrijpingspunt
Grootte van de kracht
richting

Slide 19 - Drag question

1
2
3
Sleep het blokje 'grootste kracht' naar de juiste vector.
Let op dat je blokje 1 in blok 1 zet etc.
1: grootste kracht.
2: grootste kracht.
3: grootste kracht.

Slide 20 - Drag question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Wat kan je dan zeggen over de nettokracht bij elke beweging.
De nettokracht is gelijk aan 0 N
De nettokracht is groter dan 0 N
De nettokracht is kleiner dan 0 N

Slide 23 - Drag question

Bereken de nettokracht bij afbeelding 1 en 2.
690N
310N
90N
510N

Slide 24 - Drag question

Een fietser gaat een heuvel af.
Welke kracht hoort bij welke pijl?
1.
2.
3.
4.
5.
Zwaartekracht
Rolwrijving
Luchtwrijving
Nettokracht
Trapkracht

Slide 25 - Drag question