Tekstverbanden en signaalwoorden

• Nederlands
• ISK

Tekstverbanden

En signaalwoorden

Dinsdag 11 november

Lesprogramma

- Quiz 

- Opdracht 12 en 13 nakijken

- Tekst 2 samen lezen

- Nieuwe opdrachten

Welke vier tekstverbanden kennen we?

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Ik eet een appeltje, daarna drink ik water.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Daarentegen is het belangrijk om alle spullen mee te nemen.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Ik heb gestudeerd, maar ik heb een slecht cijfer gehaald.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Terwijl hij aan het koken was, heb ik schoongemaakt.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Ten eerste wil ik zeggen dat we een mooie klas hebben.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Hij is al lang in Nederland, dus hij spreekt goed Nederlands.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Jana houdt van klimmen. Zij houdt ook van koken.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Het regent, toch spelen de kinderen buiten.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Hieruit volgt dat wij hard moeten leren voor de toets.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Toen jij ziek was, hebben wij een toets gemaakt.'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Heb jij verder nog iets te vertellen?'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Bij welk tekstverband hoort de zin?
'Ondanks zijn ziekte is hij vandaag op school?'

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Tijdsvolgorde
4. Conclusie

Huiswerk check

We kijken het huiswerk na. 

Bladzijde 91

Opdracht 12 en 14

Maak een goede zin met het signaalwoord 'kortom'

Maken

Bladzijde 92

Opdracht 14, 15 en 16