Le Passé Composé

Le 25 mai 2020
Vanaf vandaag bonuspunt te verdienen op luistertoets:
  • Aanwezig live les + actieve deelname lesson up
  • Alle opdrachten altijd op tijd ingeleverd (gemaakt op de dag van de les)
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Le 25 mai 2020
Vanaf vandaag bonuspunt te verdienen op luistertoets:
  • Aanwezig live les + actieve deelname lesson up
  • Alle opdrachten altijd op tijd ingeleverd (gemaakt op de dag van de les)

Slide 1 - Slide

Le Passé composé
Ik kan de voltooide tijd met avoir vormen

Slide 2 - Slide

Deux temps: Présent, Passé composé 
- Présent : Heden ( ik dans)
- Passé composé: Voltooid tegenwoordige tijd ( ik heb gedanst)

- Présent: Je danse
- Passé composé: J'ai dansé

Slide 3 - Slide

Hoe vorm je een regelmatig ww op -er in de présent (tegenwoordige tijd)?
A
- er + uitgangen
B
heel ww + uitgangen

Slide 4 - Quiz

Regelmatig ww op -er
Bijvoorbeeld: chanter (zingen)
- er + uitgangen:
Je chante
Tu chantes
Il/elle/on chante
Nous chantons
Vous chantez
Ils/elles chantent

Slide 5 - Slide

Sleep de pers vnw naar de juiste uitgangen
e
es
ons
ent
e
ez
je 
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles

Slide 6 - Drag question

Slide 7 - Slide

Welke zin staat in een voltooide tijd?
A
ik heb gespeeld
B
ik speelde
C
ik zal spelen
D
ik speelde

Slide 8 - Quiz

Vul het rijtje van avoir in!
+ vertaling!

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Tu (écouter) in de passé composé:
A
as écouté
B
a écouté
C
ont écouté
D
e écouté

Slide 11 - Quiz

Ils (regarder) in de passé composé:
A
a regardé
B
ont regardé
C
e regardé
D
ent regardé

Slide 12 - Quiz

Wij hebben gewoond
A
vous avez habité
B
nous sommes habité
C
nous avons habité
D
nous habitons

Slide 13 - Quiz

Prendre = ik heb genomen - J'ai pris
Vouloir = ik heb gewild - J'ai voulu

Let op!
Etre = Ik ben geweest - J'ai été

Slide 14 - Slide

zij heeft gemaakt
A
elle a fait
B
elle est fait
C
elle a fairé
D
elle a fais

Slide 15 - Quiz

wij zijn geweest
A
Nous sommes été
B
Nous avons été
C
Vous êtes été
D
Vous avez été

Slide 16 - Quiz

Zij hebben gehad

Slide 17 - Open question

Hoe maak je een Passé composé?
A
avoir + ww op é
B
aller + ww op é
C
faire + ww op é
D
avoir

Slide 18 - Quiz

Bien travaillé!
  • Ga nu naar Libre Service online en maak de oefeningen ex. 16A, 16B, 16C, 16D.
  • Voorbereiden op luistertoets? Luister naar de vocabulaire en probeer het te begrijpen.

Slide 19 - Slide