6.Großbuchstaben

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
STARTOPDRACHT: vertaal
1. ik ben
2. jij bent
3. hij is
4. ik heb
5. jij hebt
6. zij heeft

1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
STARTOPDRACHT: vertaal
1. ik ben
2. jij bent
3. hij is
4. ik heb
5. jij hebt
6. zij heeft

Slide 1 - Slide

1. ik ben = ich bin
2. jij bent = du bist
3. hij is = er ist
4. ik heb = ich habe
5. jij hebt = du hast
6. zij heeft = sie hat
Wiederholung
 Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 2 - Slide

Woche: sechsunddreißig
Am Ende dieser Stunde:
1.  kennst du die Wörter der Lektion eins
2. ist es dir bekannt wann du etwas groß schreiben muss
3. übst du sein und haben

Slide 3 - Slide

1. kennst du die Wörter der Lektion eins
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 4 - Slide

Was

Wer

Wie

Wann

Warum


: Aufgabe zwei, Seite acht

: Schüler selbständig

: im Buch

: vier Minuten

: woorden zijn de bouwstenen van taal
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
timer
4:00

Slide 5 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 6 - Slide

Was

Wer

Wie

Wann

Warum


: Aufgabe drei, Seite neun

: Schüler selbständig

: im Buch

: drei Minuten

: woorden zijn de bouwstenen van taal
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
timer
4:00

Slide 7 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 8 - Slide

2. ist es dir bekannt wann du etwas groß schreiben muss
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 9 - Slide

Wat is er fout?
mijn naam is peter. jouw zus is een vriendin. haar vader heet johan. hij rijdt een audi. dat is een auto die uit duitsland komt.
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 10 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
Hoofdletters:
  • begin van een zin
  • namen van; personen, merken, bedrijven, producten etc
  • geografische namen

ALLE ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN

Slide 11 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
Mein Name ist Peter. Deine Schwester ist eine Freundin. Ihr Vater heißt Johan. Er fährt ein Audi. Das ist ein Auto, das aus Deutschland kommt. 

Slide 12 - Slide

Was

Wer

Wie

Wann

Warum


: Zet een streepje onder elke hoofdletter

: Schüler selbständig

: Text

: vier Minuten

: zelfstandig naamwoorden = hoofdletter
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
timer
4:00

Slide 13 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 14 - Slide

3. übst du sein und haben
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 15 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 16 - Slide

Dieser Unterricht lerntest du:

alle zelfstandig naamwoorden met een hoofdletter schrijven
Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben

Slide 17 - Slide

Wiederholung
  Ziel
Aufgaben
Feedback
Ende
Hausaufgaben
Hausaufgaben:
Lernen: sein/haben Test


Slide 18 - Slide