Tag questions V2A

Today's planning!
1.    Wat gaan we doen?
Eerst uitleg van de tag questions (aanplakvragen) en daarna oefenen op een blaadje. Het blaadje ligt op je tafel. Daarna zelf aan de slag met vraag 1 tm 8 van 3.5. Als je 3.4 nog niet af hebt dan maak je die vragen eerst af.
2.    Hoe?
Klassikaal en zelfstandig op je chromebook.
3.    Hoeveel tijd?
40 minuten.
4.    Hulp nodig?
Vinger opsteken bij een vraag.
5.    Uitkomst? Wat doen we ermee?
Nadat jullie het blaadje hebben ingevuld checken we samen de antwoorden en kijken  jullie hoe je het hebt gedaan. Als je een vraag goed hebt dan zet je een krulletje erdoorheen. Na de les lever je de blaadjes bij mij in.
6.    Klaar?
Als je klaar bent met 1 tm 8 van 3.5 kun je vraag 9 tm 13 maken.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Today's planning!
1.    Wat gaan we doen?
Eerst uitleg van de tag questions (aanplakvragen) en daarna oefenen op een blaadje. Het blaadje ligt op je tafel. Daarna zelf aan de slag met vraag 1 tm 8 van 3.5. Als je 3.4 nog niet af hebt dan maak je die vragen eerst af.
2.    Hoe?
Klassikaal en zelfstandig op je chromebook.
3.    Hoeveel tijd?
40 minuten.
4.    Hulp nodig?
Vinger opsteken bij een vraag.
5.    Uitkomst? Wat doen we ermee?
Nadat jullie het blaadje hebben ingevuld checken we samen de antwoorden en kijken  jullie hoe je het hebt gedaan. Als je een vraag goed hebt dan zet je een krulletje erdoorheen. Na de les lever je de blaadjes bij mij in.
6.    Klaar?
Als je klaar bent met 1 tm 8 van 3.5 kun je vraag 9 tm 13 maken.

Slide 1 - Slide

Regels
1. Telefoons in de tas.
2. Stil zijn tijdens de uitleg.
3. Vinger opsteken als je een vraag hebt.
4. Stil zijn als een klasgenoot een antwoord geeft. Dus: naar elkaar luisteren. 
4. Altijd een laag volume in de klas, dus niet schreeuwen.

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van de les:

Weet ik wat tag questions zijn en hoe ik ze kan maken

Slide 3 - Slide

Tag questions
Bevestigende zin (+) wordt altijd ontkennend (-) bij een tag question

 I am (+) a great host                                 aren't (-) I
You/we/they are (+) a great host        aren't (-) you/we/they
He/she/it is (+) a great host                   isn't (-) he/she/it   
I am  not (-)  a great host                        Am (+) I
You/we/they aren't (-) a great host    Are (+) you/we/they
He/she/it isn't (-) a great host              Is (+) he/she/it




Slide 4 - Slide

Voorbeeldzinnen
I am tall, aren't I?
They are such nice people, aren't they?
She is a good student, isn't she?
I am not a good singer, am I?
We aren't going to Ireland, are we?
It isn't a big deal, is it?





Slide 5 - Slide

1. d
2. F
3. C
4. A
5. E
6. B
7. H
8. G
1. F
2. B
3. E
4. G
5. B
6. C
7. D
8. A

Slide 6 - Slide

Pak nu je chromebooks, daar krijg je twee minuten voor.

Slide 7 - Slide

Aan het werk
Maak opdracht 1 tm 8 van 3.5.

Als je de opdrachten van 3.4 nog niet af hebt dan maak je die eerst af.

Slide 8 - Slide

Is het lesdoel behaald?
Aan het einde van de les:

Weet ik wat tag questions zijn en hoe ik ze kan maken

Slide 9 - Slide

Weektaak 
Voor volgende week vrijdag 8 april:

  • Opdracht 1 tm 8 van 3.5. 


Slide 10 - Slide

Einde van de les
1. Spullen opruimen
2. Blijven zitten en wachten tot de bel gaat
3. Stoel aanschuiven
4. Telefoons pakken
5. Bye, see you next lesson!

Slide 11 - Slide