H8 MAW

H8 Bindingsvraagstuk: veiligheid en criminaliteit

Fee Kos & Femke Overgaag
1 / 23
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

H8 Bindingsvraagstuk: veiligheid en criminaliteit

Fee Kos & Femke Overgaag

Slide 1 - Slide

8.1 Risicomaatschappij
  • onduidelijkheid over wie er verantwoordelijk is  

Slide 2 - Slide

8.1 Rol overheid omtrent veiligheid

Slide 3 - Slide

8.1 Veiligheid utopie

Slide 4 - Slide

8.1 Dilemma van de rechtstaat

Slide 5 - Slide

8.1 subjectieve en objectieve veiligheid

Slide 6 - Slide


A

Slide 7 - Quiz

Definitie Criminaliteit
- Criminaliteit is gedrag dat strafbaar is.
- Veel criminaliteit: Mensen voelen zich onveilig
- Weinig criminaliteit: Mensen voelen zich veiliger

Slide 8 - Slide

Het meten van criminaliteit
- Moeilijk
- Daders willen ongezien blijven
- meest gangbare manier: kijken naar bestaande cijfers van rechtbank- en politiestatistieken
- Nadeel: alleen bepaalde typen misdrijf in kaart, alleen misdrijf met veroordeling
Politie: aandacht van criminaliteit die onder de aandacht van de politie komt
- zelfrapportage: aan slachtoffers en criminelen 


Slide 9 - Slide

doelen van straffen 
- Vergelding: straf voor dader is genoegdoening voor slachtoffer --> voorkomt het spelen van eigen rechter
- Afschrikking: generale preventie --> hoge straf zorgt ervoor dat het misdrijf niet gepleegd wordt--> kosten hoger dan baten
- Speciale preventie: Het voorkomen van nieuwe misdrijven bij dezelfde dader --> soort ernstige waarschuwing 
- resocialisatie: Heropvoeden om iemand te helpen met nieuwe kennis, vaardigheden en competenties zodat diegene niet meer de fout in gaat 
- Bescherming van de samenleving: gevangenisstraf --> objectieve en subjectieve onveiligheid

Slide 10 - Slide

Twee scholen
Klassieke school: Mens is een rationeel wezen en pleegt misdaad met volledig verstand --> afweging van kosten en baten 
Moderne school: Mensen geen vrije wil, mens is beperkt in rationaliteit --> Product nature en nurture factoren --> persoonlijkheidsstoornis, trauma of biologische oorzaak

Slide 11 - Slide

daadrecht en daderrecht 
- Daadrecht: alle dader met een vergelijkbaar vergrijp moeten gelijk gestraft worden --> klassieke school --> afweging tussen kosten en baten --> afschrikking en vergelding zijn hoofddoelen van straffen
- Daderrecht: Kijken naar de omstandigheden waarin de dader tot zijn daad kwam -->  wordt gekeken naar effect van straf op dader 

Slide 12 - Slide

ideologieën
- socialistische/sociaaldemocratische partijen: maatschappelijke omstandigheden zoals armoede en gebrek aan sociale cohesie als gevolg van sociale ongelijkheid zijnnoorzaken van criminaliteit. nadruk op gelijke rechten en kansen
- liberale ideologie: vrijheid als hoogste waarde, mens is een rationeel wezen dat zelf kan kiezen wat het beste is. Nadruk op rechtshandhaving
- Confessionele ideologie: Preventie door socialisatoren zoals gezin, school en maatschappelijk middenveld.overbrengen van waarden en normen. Criminaliteit moet wel bestraft worden. 

Slide 13 - Slide

8.4 tweesporenbeleid 
tweesporenbeleid (PLAATJE)
preventie is voorkomen en repressie betekent bestraffen of onderdrukken
rechtshandhaving valt onder repressie want doel mensen afschrikken 
ondersteuning en hulpverlening: hangjongeren, mensen met schulden of jongeren met ouders met problemen 

Slide 14 - Slide

principal agent problem
- de overheid stelt doelen en laat deze door anderen uitvoeren
- agent hebben eigen waarden en belangen en kunnen of willen daarom de principale niet helemaal uitvoeren 

Slide 15 - Slide

integraal veiligheidsbeleid
- criminaliteit hangt samen met andere maatschappelijke vraagstukken en moet daarom maatschappelijke aanpak komen
- naast politie of justitie worden ook verschillende overheidsinstellingen, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven ingezet om criminaliteit te bestrijden. 

Slide 16 - Slide

§8.5 soorten bedreigingen
- bedreigingen van natuurlijke aard (epidemie of natuurramp)
- bedreigingen van technologische aard (brand, luchtverontreiniging, uitval van systemen)
- bedreigingen van sociale aard (criminaliteit, oorlog, terreur)

Slide 17 - Slide

Rationalisering en veiligheid
- mensen beschermen zich goed tegen bedreigingen van natuurlijke aard (afname) , maar bedreigingen van technologische aard nemen toe 

Slide 18 - Slide

globalisering en veiligheid
- samenleving staat onder druk van processen die wereldwijd een rol spelen
- meer mogelijkheden voor internationaal opererende criminele organisaties
- politiediensten werken effectiever samen met Europol en interpol

Slide 19 - Slide

Institutionalisering en veiligheid
- bedoeld om gedrag te reguleren
samenleving bouwt meer systemen op en deze zijn kwetsbaar voor bedreigingen

Slide 20 - Slide

individualisering en veiligheid
- mensen worden steeds zelfstandiger en kiezen zelf welke bindingen ze aangaan.
- moreel verval en verminderde sociale controle
- moeilijk te meten van criminaliteit is cultuurgebonden
wat voor de ene cultuur normaal is, wil de ander als illegaal bestempelen

Slide 21 - Slide

democratisering en veiligheid
- slachtoffers hebben meer rechten gekregen
- door informalisering hebben gezagshouders minder gezag

Slide 22 - Slide

staatsvorming en veiligheid
maffiastaat: georganiseerde misdaad heeft grotendeels de overheid als hoogste gezag verdrongen 
- corruptie en ernstige bedreigingen
- door de benodogdheid van regels en codes om mensen veilig te houden onbedoeld staatsvorming tot gevolg.

Slide 23 - Slide