p3/week 1 Kader 1

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Goals for today

I know what am I going to learn during P3

I can practise words and grammar that I already know

I can understand a clip about animals and a zoo

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

• How did it go during PTO2 ?
• Do you think you passed the test?
• What was the most difficult and the easiest part of the test for you ?

Talk in English 

Guess what chapter
5 is about. Use key words

Do you like animals?

1. yes
2. no

Do you have a pet?

1. yes
2. no

Answer the question (write a full sentence: My favourite animal is...): What is your favourite animal?

Environment animals live:

Name an animal that lives as a pet in peoples houses.

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

Environment animals live:

Name an animal that lives on a farm.

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

Environment animals live:

Name an animal that you usally see in a zoo.

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

Environment animals live:

Name an animal that lives in the mountains.

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

Environment animals live:

Name an animal that lives in the ocean.

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

If you could have a pet, what pet would you like to have?

1. cat
2. dog
3. hamster
4. fish

Instruction

Words and grammar that I already know...

Make ex. 2/p.58

Make ex. 5/ p.59

You have 5 min

Aan de slag (p.60-61)

1. ex. 7a,b
2. ex. 7c
3. ex. 7d

Aan de slag

Page 61/ex. 10

Exercise

Log in lessonup: Describe the animal ( for example: colour, teeth, environment )

1

Your answer:

2

Your answer:

3

Your answer:

Nabespreking

Each team speaks about the topic. 

You have 1 min.

Homework

Study: words A/p. 96

Make: ex. 9/p. 61

Begrippen uit deze les

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen