This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Herhalen hoofdstuk 3
Slide 1 - Slide
3.1: ijs, water, waterdamp
Slide 2 - Slide
Fasen
vaste stof
vloeistof gas
Slide 3 - Slide
Deeltjesmodel
Alles bestaat uit moleculen
Moleculen bewegen altijd
Slide 4 - Slide
phet.colorado.edu
Slide 5 - Link
adhesie en cohesie
adhesie kracht = aantrekkingskracht tussen verschillende soorten deeltjes cohesie kracht = aantrekkingskracht tussen dezelfde soort deeltjes
Slide 6 - Slide
De aantrekkingskracht tussen moleculen is in de vloeibare fase kleiner dan in de gasfase.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quiz
Moleculen in hagelstenen vertonen een ander 'gedrag' dan waterdruppels. Welk belangrijk verschil is er volgens het deeltjesmodel?
Slide 8 - Open question
§2 Temperatuur
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Welke twee ijkpunten gebruik je bij het ijken van een thermometer?
Slide 12 - Open question
§3 Veranderen van fase
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Afkortingen fases
Gas fase --> g
vloeibare fase --> l
vaste fase --> s
komt uit het Engels: gas, liquid, solid
Slide 15 - Slide
Fase-overgangen
Slide 16 - Slide
Verdampen
Slide 17 - Slide
IJs
IJs heeft een bijzondere kristalstructuur, met veel lege ruimte tussen de moleculen
Slide 18 - Slide
Met welke fase-overgang heb je te maken als: (noem de naam van de fase-overgang) een ijsklontje een tijdje in een glas frisdrank drijft en steeds kleiner wordt?
Slide 19 - Open question
Met welke fase-overgang heb je te maken als: (noem de naam van de fase-overgang) je in een winkel de geur van verschillende stukken zeep vergelijkt?
Slide 20 - Open question
Condenseren
Verdampen
Smelten
Stollen
Slide 21 - Drag question
§4 Kookpunt en smeltpunt
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Zuivere stof: smeltPUNT en kookPUNT.
Mengsels: smeltTRAJECT en kookTRAJECT
Slide 25 - Slide
Kijk eens naar de grafiek in het fasediagram van water. Je ziet een deel ‘ijs + water’ en een deel ‘water’. Beschrijf in elk van deze 2 delen wat er met de moleculen gebeurt.
Slide 26 - Open question
Welke stof(fen) is/zijn vloeibaar bij 250°C? (Tabel is zoombaar)
Slide 27 - Open question
Klaartje wil in een oven een aluminium blokje laten smelten, maar een gouden staaf mag niet smelten. Leg uit welke temperaturen de oven allemaal mag hebben. (tabel is zoombaar)
Slide 28 - Open question
In de winter wordt de ruitensproeier van een auto met een andere vloeistof gevuld dan in de zomer. Is het smeltpunt van de wintervloeistof lager of hoger dan dat van de zomervloeistof? Verklaar je antwoord.