4.2 Welzijn

H 4 ongelijkheid
Welkom!
Ga zitten en lees P4.2
1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H 4 ongelijkheid
Welkom!
Ga zitten en lees P4.2

Slide 1 - Slide

Wat doen we vandaag
  • herhalen
  • doelstellingen 
  • opdracht in tweetallen
  • uitleg doelstellingen
  • opdrachten maken. 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet hoe je het welzijn van een land meet.
  • Je begrijpt dat welzijn meer zegt over levensomstandigheden in een land dan welvaart.
  • Je begrijpt het verschil tussen de informele sector en de formele sector.

Slide 3 - Slide

Het meten van welzijn
  • Noem 3 landen waar je denkt dat er veel armoede is.
  • Noem 3 landen waar veel rijkdom is.

Slide 4 - Slide

Human Development Index (HDI) 
Welzijn -> Levensomstandigheden meten we met HDI.
  1. Levensverwachting
  2. Alfabetiseringsgraad
  3. Koopkracht
Hoe staat Nederland ervoor? Hoe hoog staan ze op deze lijst?
Kijk naar verschillende landen en kijk naar de levensverwachting en de alfabetiseringsgraad. Wat valt op?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

1. Levensverwachting
We worden steeds ouder door:
  • gezondheidszorg
  • voeding
  • hygiëne
  • schoon drinkwater

VN kijkt naar artsendichtheid en zuigelingensterfte.  Waarom? 

Slide 7 - Slide

2. alfabetiseringsgraad
Hoeveel mensen ouder dan 15 jaar die kunnen lezen en schrijven.
 
In perifere landen is dit laag.  Waarom?

Slide 8 - Slide

3. Koopkracht
  • In arme landen hebben mensen minder te besteden, máár het leven is er ook goedkoper. 
  • Wat kan je kopen voor 1 dollar?
  • De koopkracht is hoger in een arm land. Je kan meer kopen voor 1 dollar.

Slide 9 - Slide

Big Mac Index
Hoe hoog de armoedegrens van een land is, hangt af van de prijzen in dat land.

Met 3 euro op zak kun je in sommige landen geen Big Mac kopen!


Slide 10 - Slide

Aan de slag
Maken P4.2 opdracht: 1 en 2

Slide 11 - Slide

H4 arm en rijk
Welkom!
Ga zitten en lees P42

Slide 12 - Slide

Wat doen we vandaag
  • herhalen
  • doelstellingen 
  • uitleg doelstellingen
  • opdrachten maken. 

Slide 13 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet hoe je het welzijn van een land meet.
  • Je begrijpt dat welzijn meer zegt over levensomstandigheden in een land dan welvaart.
  • Je begrijpt het verschil tussen de informele sector en de formele sector.

Slide 14 - Slide

Formele sector:
Het officiële deel van de economie. 
Informele sector:
Het niet-officiële deel van de economie, ook wel scharreleconomie genoemd.
De opbrengst van de informele sector wordt NIET meegerekend in het bbp/hoofd. Hierdoor is het bbp/hoofd veel lager in arme landen waar de informele sector een grote rol speelt.

Slide 15 - Slide

Kenmerken formele sector:
1.
2.
3.
4.


Kenmerken informele sector:
1.
2.
3.
4.


Slide 16 - Slide

Kenmerken formele sector:
  • telt mee voor het BBP
  • belasting betalen
  • vast inkomen
  • wel uitkering bij ziekte

Kenmerken informele sector:
  • niets officieel genoteerd
  • geen belasting betalen
  • wisselende inkomsten
  • geen uitkering bij ziekte

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Aan de slag
  • maken opdracht 1,2,3 en 6
  • klaar? Maak opdracht 4 en 5
  • Maak de box opdracht

Slide 19 - Slide