1M chap 5 16-6

Programme
récapitulation
nakijken le bilan
voorbereiden toets

Le programme d'aujourd'hui:

  • Voca F
  • Bijvoeglijke naamwoorden & exercices
  • Les chiffres 70-100
  • Herhaling passé composé
Le but --> à la fin de ce cours:
  • Je connais voca F 
  • Je connais les adjectifs (bijvoeglijke naamwoorden). 
  • Je connais les chiffres
  • Je connais le passé composé
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programme
récapitulation
nakijken le bilan
voorbereiden toets

Le programme d'aujourd'hui:

  • Voca F
  • Bijvoeglijke naamwoorden & exercices
  • Les chiffres 70-100
  • Herhaling passé composé
Le but --> à la fin de ce cours:
  • Je connais voca F 
  • Je connais les adjectifs (bijvoeglijke naamwoorden). 
  • Je connais les chiffres
  • Je connais le passé composé

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

voca F
Pratiquez ensemble le voca F: interrogez l'un l'autre 
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Bijvoeglijke naamwoorden
Qu'est-ce que nous avons fait le dernier cours?
(Wat hebben we de vorige les besproken?)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Mijn broer is groot
Mijn zus is intelligent
De boom is dik
Het haar is groen

Slide 6 - Slide

Exercice
Pierre est petit. Sarah est _________.
Jean est français. Alice est__________________.
Mohammed est intelligent. Annie est_________________.

Slide 7 - Slide

ATTENTION!

Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een -e?
Dan krijgt je geen extra "e" bij de vrouwelijke vorm.

Le T-shirt est rouge --> La robe est rouge

Slide 8 - Slide

ATTENTION
Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een -s?
Dan krijg je geen extra "s" bij de mannelijke vorm in het meervoud 

Le jean est gris --> Les jeans sont gris

Slide 9 - Slide

Exercice 32b
Complète avec la bonne forme de l'Adjectif ( bijvoegl. nmw)

Slide 10 - Slide

Exercice 32c

Slide 11 - Slide

Exercice 32d

Slide 12 - Slide

Les chiffres
Schrijf op (in letters in het Frans:)
73
81
97

Slide 13 - Slide

Le passé composé
Wat is het ook weer?
Waaruit bestaat het? 

Slide 14 - Slide

V.t.t. (Voltooid tegenwoordige tijd)
Ik heb gelopen
Jij hebt gegeten
Wij hebben gekocht

DUS: Hulpwerkwoord AVOIR en VOLTOOID DEELWOORD

Slide 15 - Slide

Hoe maak je het voltooid deelwoord? 

Slide 16 - Slide

Hoe maak je het voltooid deelwoord? 

PARLER: 
PARLER - ER = PARL
+ É = PARLÉ

Slide 17 - Slide

PASSÉ COMPOSÉ
Ik heb gegeten
Eten = manger --> 
Manger --> voltooid deelwoord:______________
Ik heb = ______________+ voltooid deelwoord = _________________


Slide 18 - Slide

   Vragen?

Slide 19 - Slide

Huiswerk
Volgende les: 
woensdag 16 juni
  • Leer voca F

Slide 20 - Slide