H6.3 De Europese eenwording

H6 'Eenheid en verdeeldheid'



cursus 6.3 'De Europese eenwording'



Tijdvak 10:

Tijd van televisie en computer (1950-nu)

Periode 5: Moderne Tijd (1800-nu)

1 / 29
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H6 'Eenheid en verdeeldheid'



cursus 6.3 'De Europese eenwording'



Tijdvak 10:

Tijd van televisie en computer (1950-nu)

Periode 5: Moderne Tijd (1800-nu)

Slide 1 - Slide

Planning

  • Lesdoelen vorige les
  • Lesdoelen deze les
  • Instructie / zelfstandig werken
  • Aan de slag
  • Lesdoelen evalueren


Slide 2 - Slide

Herhaling lesdoelen 6.2

Slide 3 - Slide

Wat betekent het begrip de Koude Oorlog?
A
Oorlog die in de winter werd gevochten.
B
Periode van tegenstelling tussen Oostblok en Westblok.
C
Een oorlog waarbij nooit echt is gevochten.
D
Oorlog waarbij veel mensen van de kou en honger zijn omgekomen.

Slide 4 - Quiz

In het communisme
A
is het loon van werknemers gelijk
B
is het loon van werknemers verschillend

Slide 5 - Quiz

Kapitalisme
A
Geen verschil tussen arm en rijk
B
Groot verschil tussen arm en rijk

Slide 6 - Quiz

Wat waren twee gevolgen van de Koude Oorlog voor Europa?
A
In Oost-Europa was geen vrijheid.
B
West-Europa was armer dan Oost-Europa.
C
Je mocht vanuit Oost-Europa op vakantie in West-Europa.
D
In Oost-Europa werd veel door de staat bepaald.

Slide 7 - Quiz

Wat is het verschil tussen het kapitalisme en het communisme?

Slide 8 - Open question

Noem 2 gevolgen van het einde van de Koude Oorlog

Slide 9 - Open question

Wat betekent het IJzeren Gordijn?
A
Ondoordringbare grens tussen het Oostblok en het Westblok tijdens de Koude Oorlog.
B
Muur om West-Berlijn tijdens de Koude Oorlog.
C
En gordijn van ijzer dat het Oostblok van het Westblok scheidde tijdens de Koude Oorlog.
D
Een soort wedstrijd wie de meeste wapens heeft om macht te tonen.

Slide 10 - Quiz

Lesdoelen 6.3
  •  Je kunt uitleggen waarom de Europese Unie is opgericht.


  • Je kunt uitleggen wat de Europese Commissie doet.

 

  • Je kunt uitleggen wat het Europees Parlement doet.

  • Je kunt 2 voordelen noemen van het wonen in de Europese Unie.

Slide 11 - Slide

De Europese Unie

Slide 12 - Slide

Wat is de Europese Unie

Slide 13 - Mind map

De Europese Unie 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Aan de slag
Afmaken 
6.2 
Lesstof + opdrachten 
Meer oefenen 
Plusopdracht 
Cursustoets 

6.3 
Lesstof + opdrachten 
Cursustoets

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

voordelen van de EU
Euro, 
geen grensposten

vrij verkeer:
iedereen mag vrij wonen, werken, en reizen binnen de EU

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Europese eenwording
Doel van de EU:
  • Nieuwe oorlog in de toekomst voorkomen.
  • Samenwerking tussen landen.

Slide 20 - Slide

Onstaan in jaartallen
1944: Benelux (economische samenwerking)
1951: EGKS (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal)
1957: EEG (Europese Economische Gemeenschap, vrij verkeer mensen en goederen)
1992: EU (Europese Unie, economische en politieke samenwerking)
2002: Euro (Niet elk land van de EU of Europa heeft de euro)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Wie is de baas in de EU?
Europese commissie: dagelijks bestuur EU en bedenkt wetten.

Europees Parlement: Bekijkt of de wetten wel goed zijn voor de EU en of wetten goed worden uitgevoerd.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Noem 2 voordelen van wonen in de EU

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Video

Aan de slag
Maken:
  • cursus 6.3 blz. 110 t/m 115 opdr. 2, 4, 5, 7, 9, 13, 14
  • begrippen en betekenissen

Slide 27 - Slide

Aan de slag
Afmaken 
6.3 
Lesstof + opdrachten 
Cursustoets

Ben je klaar?

Topografie van Hoofdstuk 6 

Slide 28 - Slide

Evaluatie Lesdoelen 6.3
  •  Je kunt uitleggen waarom de Europese Unie is opgericht.

  • Je kunt uitleggen wat de Europese Commissie doet.

  • Je kunt uitleggen wat het Europees Parlement doet.

  • Je kunt 2 voordelen noemen van het wonen in de Europese Unie.

Slide 29 - Slide