21-22 / Par. 5.4

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen
1 / 27
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesinhoud
  • Korte herhaling par. 5.1 t/m 5.3                - kengetallen en berekenen omzetsnelheid
  • Uitleg par. 5.4                                                   - berekenen omzetduur
  • Aan de slag                                                        - maken opdrachten uit boek

Slide 4 - Slide

Lesdoelen: 
  • Je leert hoe je de omzetduur
      moet berekenen

Slide 5 - Slide

Hoe zat het ook alweer?
  • Twee kengetallen van voorraad: omzetsnelheid en omzetduur
  • Wat is omzetsnelheid?
  • Wat is omzetduur?
  • Wat is de relatie tussen omzetsnelheid en omzetduur?
  • Hoe bereken je de omzetsnelheid?

Slide 6 - Slide

Wat betekent omzetsnelheid?
A
Hoeveel omzet je in een periode (jaar) hebt gehaald
B
Hoe lang het duurt voordat je de voorraad uit de winkel heb verkocht
C
Het aantal keer dat je de gemiddelde voorraad in een periode (jaar) verkoopt

Slide 7 - Quiz

Begrip omzetsnelheid
Het aantal keren dat de gemiddelde voorraad in een bepaalde periode (meestal een jaar) wordt verkocht

Slide 8 - Slide

Een winkelier heeft een omzetsnelheid van 13. Wat betekent dit?
A
Het duurt 13 dagen voordat hij zijn gemiddelde voorraad verkoopt.
B
Hij heeft een winstmarge op zijn voorraad van 13 %.
C
Hij verkoopt 13 keer per jaar zijn gemiddelde voorraad.

Slide 9 - Quiz

Wat betekent omzetduur?
A
De tijd die nodig is om je omzet te halen.
B
De tijd die nodig is om de gemiddelde voorraad één keer te verkopen.
C
Het aantal keer dat je de gemiddelde voorraad in een bepaalde periode hebt verkocht.

Slide 10 - Quiz

Begrip omzetduur
  • Geeft de tijd aan die nodig is om de gemiddelde voorraad
      één keer om te zetten in geld 
  • In dagen, weken of maanden
  • Meestal in dagen uitrekenen

Slide 11 - Slide

Voorbeeld
Omzetduur is 90 dagen:
  • je doet er 90 dagen over voordat je de gemiddelde
      voorraad één keer hebt verkocht       óf anders gezegd
  • de gemiddelde voorraad ligt ongeveer 90 dagen in de winkel

Slide 12 - Slide

Bij een gelijke omzet steeg afgelopen jaar de omzetsnelheid. Welk gevolg heeft dit voor de omzetduur?

Slide 13 - Open question

Voorbeeld
Een jaar heeft 360 dagen

omzetsnelheid
4 keer
6 keer
omzetduur
90 dagen
60 dagen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Oefenopdracht 
  • IWO = € 2.385.000
  • De voorraad op 1 januari is € 200.000
  • De voorraad op 1 april is € 180.000
  • De voorraad op 1 juli is € 220.000
  • De voorraad op 31 december is € 175.000
Bereken de omzetsnelheid. Rond af op twee decimalen.

Slide 17 - Slide

Uitwerking oefenopdracht 
  1. Formule omzetsnelheid = IWO : gemiddelde voorraad
  2. IWO = € 2.385.000 (wordt gegeven in de opdracht)
  3. Gemiddelde voorraad =  (0,5 x € 200.000) + € 180.000 + € 220.000 + (0,5 x € 175.000) =
    € 100.000 + € 180.000 + € 220.000 + € 87.500 = € 587.500 : 3   =   € 195.833,33
  4. Omzetsnelheid = IWO : gemiddelde voorraad = € 2.385.000 : € 195.833,33 = 12,18
  5. Dit betekent dat je 12,18 keer de gemiddelde voorraad hebt verkocht in dat jaar

Slide 18 - Slide

Berekenen omzetduur (par. 5.4)
Gebruik de volgende formule

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Berekenen omzetduur
1. Reken eerst de omzetsnelheid uit 
2. Vul daarna de formule van omzetduur in
3. Omzetduur in dagen altijd naar boven afronden

Slide 21 - Slide

Oefenopdracht 
  • De omzetsnelheid is 4,6
  • Bereken de omzetduur in dagen (een jaar heeft 360 dagen)

Slide 22 - Slide

Uitwerking oefenopdracht 
Stap 1. Formule omzetduur = 360 : omzetsnelheid
Stap 2. Vul de formule in --> 360 : 4,6 = 78,3 dagen
Stap 3. Afronden naar boven is 79 dagen

Dit betekent dat het 79 dagen duurt voordat de gemiddelde voorraad één keer is verkocht

Slide 23 - Slide

Oefenopdracht 
  • De voorraad op 1 januari is € 30.000 
  • De voorraad op 31 december is € 75.000
  • De omzet is € 1.095.000
  • De brutowinst is € 459.900
a. Bereken de omzetsnelheid. Rond af op twee decimalen.
b. Bereken de omzetduur in dagen. Een jaar heeft 360 dagen.

Slide 24 - Slide

Uitwerking a
Stap 1. omzetsnelheid = IWO / gemiddelde voorraad
Stap 2. IWO is € 1.095.000 - € 459.900 = € 635.100
Stap 3. Gemiddelde voorraad is € 30.000 + € 75.000 = € 105.000 : 2 = € 52.500
Stap 4. omzetsnelheid = € 635.100 / € 52.500 = 12,10

Dit betekent dat je 12,10 keer de gemiddelde voorraad hebt verkocht in dat jaar.

Slide 25 - Slide

uitwerking b
Omzetduur = 360 / omzetsnelheid = 360 / 12,10 = 29,75 dagen = 30 dagen

Dit betekent dat je er 30 dagen over doet voordat je de gemiddelde voorraad één keer hebt verkocht.

Slide 26 - Slide

Aan de slag
Maken uit je boek opdracht 11 t/m 16 van par. 5.4

Slide 27 - Slide