• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
‹Return to search

Les/quiz 4: 3C E-factor

Quiz over §3C 'E-factor'
Deze quiz bevat een aantal vragen die je kennis over de E-factor testen. Neem er de tijd voor; lees de opgaven goed!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Quiz over §3C 'E-factor'
Deze quiz bevat een aantal vragen die je kennis over de E-factor testen. Neem er de tijd voor; lees de opgaven goed!

Slide 1 - Slide

Instructie
Vragen verschijnen op een sheet;
het antwoord vul je in op de sheet erna.

Slide 2 - Slide

Vraag 1
Iemand vertelt je dat de E-factor van een bepaald productieproces 0,5 is. Wat betekent dit?

Slide 3 - Slide

Antwoord op vraag 1
A
per 0,5 kg product ontstaat 1 kg afval
B
per 0,5 kg product ontstaat 0,5 kg afval
C
per kg product onstaat 0,5 kg afval
D
per kg product ontstaat 1 kg afval

Slide 4 - Quiz

Vraag 2
Je vergelijkt twee processen
die hetzelfde product maken.

Proces 1 heeft een E-factor van 0,8.
Proces 2 heeft een E-factor van 0,4.

Welke stelling is juist?

Slide 5 - Slide

Antwoord op vraag 2
A
proces 1 gebruikt meer energie dan proces 2
B
proces 2 gebruikt meer energie dan proces 1
C
proces 1 gebruikt meer grondstof dan proces 2
D
proces 2 gebruikt meer grondstof dan proces 1

Slide 6 - Quiz

Vraag 3
Wat is de atoomeconomie voor waterstof in de volgende reactie:
2 H2O  →  2 H2 + O2

Slide 7 - Slide

Antwoord op vraag 3
A
5,6%
B
11,2%
C
88,8%
D
100%

Slide 8 - Quiz

Vraag 4
Je laat 100 g water volgens de vergelijking van
vraag 3 reageren en vangt 10,0 g H2 op.

2 H2O  →  2 H2 + O2
Wat is dan het rendement?

Slide 9 - Slide

Antwoord op vraag 4
A
10,0%
B
12,6%
C
89,4%
D
90,0%

Slide 10 - Quiz

Vraag 5
Voor een bepaalde reactie geldt dat de atoomfactor overeenkomt met 70%  en een rendement van 90%. 

Bereken de E-factor

Slide 11 - Slide

Antwoord op vraag 5
A
70
B
37
C
0,11
D
0,59

Slide 12 - Quiz

Vraag 6 (bonus)
Deze vraag is lastig! Het is niet erg als je er niet uitkomt, maar schrijf wel alles op wat je denkt!

Je hebt 100 kg grondstof waarmee een bepaald product wordt gemaakt. De E-factor van dit proces is 1,25. Hoeveel kg product maak je?

Slide 13 - Slide

Antwoord op vraag 6

Slide 14 - Open question

More lessons like this

Les/quiz 4: 3C E-factor

March 2020 - Lesson with 14 slides
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

THS Groene productie 5H

February 2024 - Lesson with 51 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

THS Groene chemie 5 H/V

February 2024 - Lesson with 47 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

samenvatting groene chemie

March 2023 - Lesson with 24 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

herhaling M4

August 2020 - Lesson with 24 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4-6

AG6 H15.2

March 2023 - Lesson with 28 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

H15 Groene chemie herhaling met opgaven

January 2025 - Lesson with 31 slides
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

les 3 H11.3 Atoomeconomie, rendement, E-factor

February 2025 - Lesson with 26 slides
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings